Mild gekruid

woensdag 16 oktober 2024

Intermezzo – Water

Woord van de week: water. Water dat tegen de plinten klotst, maar zomaar water uit de kraan drinken? Geen denken aan! So near and yet so far. In greifbarer Nähe. Tantaluskwelling. Facebook als bron van zalig watervermaak. De het-valt-allemaal-wel-meeërs: ‘Wat een paniek weer om niks.’ De onvermijdelijke complottheoretici: ‘Het is een test hoe mensen erop reageren. Gedragsexperiment... WEF agenda...’ De defaitisten: ‘Dit geneuzel van water koken voor gebruik zou wel eens veel langer kunnen gaan duren dan 3 dagen...‘ De relativisten: ‘Ik heb gewoon koffie gedronken met kraanwater. Nergens last van!’ De grapjurken: ‘Beetje e-coli is goed voor je weerstand.’


Het op mezelf betrekkend: tot dit weekend was drinkbaar water uit de kraan voor mij een feit. Een vanzelfsprekendheid, nooit ook maar het begin van een gedachte aan gewijd. Aan het begrip waterleiding evenmin. Tijd voor een regionaal-historisch inhaalslagje – je moet het water koken als het heet is. Verwacht geen afgerond verhaal, geen stromend water, alleen wat druppels.

In Horst begon de aanleg van een waterleiding pas in de eerste naoorlogse jaren. In Griendtsveen pas jaren later. Nog in 1954 berichtte het Dagblad voor Noord-Limburg vanuit het Peeldorp dat ‘kinderen soms plat op hun buik liggend het water uit de kanalen drinken en dat vele ouderen dit water in gekookte toestand aanwenden voor huishoudelijke consumptie’.

De eerste Venrayse plannen voor de aanleg van een waterleiding dateren al uit de jaren twintig van de vorige eeuw. Daar ontbrandde in 1925 een heftige discussie over de noodzaak van een waterleiding. ‘Eenige Steegsche boeren’ luchtten hun hart in Peel en Maas: ‘Wat is hier in Venray gevaarlijker, dat ontzettende stofopjagen der wegenvernielers of het slechte drinkwater?’ Ze vonden ‘het voor Venray nog niet de tijd zich stadsch voor te doen’.

Uiteindelijk kreeg ook Venray pas in de eerste naoorlogse jaren de beschikking over een moderne waterleiding. En daarvoor? Daarvoor was men, ook in Horst aan de Maas, aangewezen op regenwater, putten en gemeenschappelijke pompen. Gezondheidscommissies rapporteerden overal in Noord-Limburg tot in de jaren dertig met grote regelmaat over de inferieure kwaliteit en de ziekmakendheid van het drinkwater.

Intussen druppelde maandag het bericht door dat het drinkwater in Horst aan de Maas nog zeker tot donderdag moet worden gekookt. Uiteraard regende het weer Facebookreacties. Een zekerweter: ‘En donderdag is het nog niet opgelost.’ Net zo laat was het: intussen is vandaag het bericht doorgedruppeld dat het drinkwater in Horst aan de Maas nog zeker tot zaterdag moet worden gekookt. Uiteraard regent het weer Facebookreacties. Een nu-nu-heeft-het-onderhand-wel-lang-genoeg-geduurdtenaar: ‘Pffff nog langer deze onzin…’

Zalig degenen die gods water over gods akker laten lopen.

(Dit is een geactualiseerde versie van het stukje dat vandaag in iets andere vorm verscheen in Via Horst-Venray)

maandag 14 oktober 2024

Intermezzo – Johan Neeskens (2)

‘Twijfelachtig’, noemde ik het een week geleden (klik hier) of de op 6 oktober overleden overleden Johan Neeskens ooit in Melderslo had gevoetbald. Nou, dat heb ik geweten! Van verschillende kanten kreeg ik te horen dat Nees wel degelijk Melderslose bodem heeft gekust.

John van Helden berichtte: ‘Zeker is hij in Melderslo geweest. Het was een mooie zaterdagmiddag. Ik heb de originele handtekening nog.’


Gé Peeters leverde het ultieme bewijs: een op zaterdag 28 mei 1977 gemaakte foto op het terrein van recreatieclub Paradijsvogels in Melderslo. Daarop is Johan Neeskens (die middag actief voor Paradijsvogels) in duel met Sjaak Swart (die middag actief voor Oud-Ajax). Op de achtergrond volgt scheidsrechter Piet Peeters (de vader van Gé) het duel nauwlettend.


Gé meldde verder dat ook hij handtekeningen had. Herinneringen misschien eveneens? ‘Helemaal niet; geen flauw idee of onze pap of ik die handtekeningen heb veroverd… Geen flauw idee wie er nog meer waren. Een groot zwart gat!’

In het archief van Geschiedenis Melderslo ontdekte ik vervolgens dankzij de medewerking van Jarvin van de Ven dat Johan Segundo ook nog eens driemaal scoorde voor Paradijsvogels. Uiteindelijk won Oud-Ajax met 5-6. Citaat uit het verslag van de wedstrijd in het Dagblad voor Noord-Limburg:
‘Onder een stralende zon hebben bijna 2000 mensen de voetbalkunsten van Johan Neeskens, Johnny Rep en Gerrie Mühren, drie in Spanje spelende “toppers”, die dank zij bemiddeling van Sjaak Swart naar Melderslo waren gekomen, kunnen bewonderen. Vooral Johan Neeskens was bij het publiek erg in trek. Neeskens was in het geheel niet van plan het “zomaar even rustig aan te doen”. Met volle inzet spelend nam hij drie van de vijf doelpunten van Paradijsvogels voor zijn rekening.’
Neeskens ging voorafgaand aan zijn tweede doelpunt trouwens wel even in conclaaf met scheidsrechter Piet Peeters. Nogmaals het Dagblad voor Noord-Limburg:
‘Paradijsvogels nam na een half uur spelen de leiding door een afstandsschot van Johan Neeskens en twee minuten later kon Neeskens van dichtbij doelman Bertus Hoogerman gemakkelijk passeren. Iedereen dacht namelijk aan buitenspel en ook Neeskens zelf moest even scheidsrechter Piet Peeters raadplegen of hij kon doorspelen of niet.’

Enkele dagen later luidde de kop boven een artikel in het E3 Journaal (eveneens opgeslagen in het archief van Geschiedenis Melderslo): ‘Neeskens stal de show in Melderslo’. Citaat uit het artikel: ‘De thuisblijvers die dachten dat de ex-Ajacied zich niet voor honderd procent zou geven, zijn bedrogen uitgekomen. Alsof het kampioenschap op het spel stond, speelde Neeskens.’ Het artikel ging vergezeld van een foto waarop Neeskens wordt belaagd door handtekeningenjagers. Die jongen met die bril, derde van links, is dat misschien Gé? Gé desgevraagd: ‘Dat zou inderdaad kunnen.’


En die jongen in spijkerpak, die Neeskens om een handtekening vraagt? Onafhankelijk van elkaar komen we tot de conclusie dat dat misschien wel André Boekesteijn is.

woensdag 9 oktober 2024

Intermezzo – Gymzaal Meterik

Gisteren werd bekend dat onze plaatselijke Zonnekoning zijn begerig oog op de voormalige gymnastiekzaal in Meterik heeft laten vallen. In afwachting van de mogelijke joyeuse entrée aldaar van le roi soleil alvast wat over de geschiedenis van dit aan de Sint-Jansstraat gelegen pand.


Wat tot vorig jaar een gymzaal was, werd in 1891 gebouwd als school. Meterik beschikte al minimaal vanaf de eerste helft van de achttiende eeuw over een eigen lagere school. In 1849 opende op de huidige locatie een nieuwe school zijn deuren. Na veertig jaar voldeed dit gebouw niet meer. In 1891 werd daarom besloten tot nieuwbouw op dezelfde plek. Tot architect werd uitverkoren de in Roermond gevestigde Jan Jorna (1854-1927). Een jaar eerder had dezelfde Jorna al het gemeentehuis aan de Steenstraat in Horst ontworpen. Tien jaar later was hij ook verantwoordelijk voor het ontwerp van het huidige Gasthoês. Zijn school in Meterik heeft net als beide Horster gebouwen stijlkenmerken van de neorenaissance. Hoewel aanzienlijk soberder uitgevoerd dan gemeentehuis en Gasthoês, is de school evengoed rijkelijk voorzien van decoraties en siermetselwerk. Een markant element is nog altijd het zolderluik in de linker zijgevel.


De afmetingen van de school bedroegen 22,7 x 7,9 meter. De drie klaslokalen waren naast elkaar gesitueerd en vormden een gesloten front aan de straatzijde. Tegen de achtergevel was een gang gebouwd van 16,9 x 2,9 meter. Centraal daarin bevond zich de dubbele deur van de school die toegang verschafte tot de gang waaraan de drie lokalen lagen. Het schoolplein was gelegen achter die gang.


De school was 35 jaar lang bestemd voor zowel jongens als meisjes. Vanaf 1926 gingen de meisjes voortaan naar de bijzondere lagere meisjesschool in het Theresiaklooster. De school aan de Sint-Jansstraat ging verder als openbare jongensschool. Die werd in 1948 omgezet in een bijzondere school, vernoemd naar Sint Tarcisius.


In 1967 kwam een einde aan de schoolfunctie van het gebouw. Zowel jongens als meisjes genoten daarna lager onderwijs in het Theresiaklooster. Het schoolgebouw aan de Sint-Jansstraat ging vanaf 1970 fungeren als entree en kleedgelegenheid voor de aanpalende gymnastiekzaal die verrees op het voormalige schoolplein. De entree werd gecreëerd centraal in de gevel aan de Sint-Jansstraat. Het pand bleef vervolgens tot vorig jaar de functie van gymzaal behouden.

(Dit stukje is voornamelijk gebaseerd op T.H.G. Pubben, Horster historiën 4. Van leem naar steen (Horst 1993) 119-120)

maandag 7 oktober 2024

Intermezzo – Johan Neeskens (1)

Rond een uur of vijf luidde vanmiddag de doodsklok van de Sint-Lambertuskerk in Horst. Ter nagedachtenis aan Johan Neeskens? Vermoedelijk niet. Toch was er wel degelijk een connectie tussen Horst aan de Maas en een van de grootste voetballers die Nederland ooit heeft gehad.


In juli 2010 bivakkeerde Neeskens een week lang met Galatasaray in het Parkhotel. De Turkse topclub had een trainingskamp belegd in Horst en stond sinds kort onder leiding van Frank Rijkaard. Neeskens was een van zijn assistenten.


De trainingen vonden dagelijks plaats op de velden van sportpark Ter Horst.


Of Johan Segundo ook Melderslose bodem heeft gekust, is twijfelachtig, hoewel een bericht uit het Limburgs Dagblad van 28 mei 1977 anders doet vermoeden. De roemruchte cafévoetbalvereniging Paradijsvogels uit Melderslo nam het die zaterdagmiddag op tegen oud-Ajax. De krant meldde dat Paradijsvogels versterking zou krijgen van Johnny Rep, Ruud Geels, Gerrie Mühren en de op dat moment voor Barcelona uitkomende Neeskens.


Maar op beelden van die wedstrijd (klik hier en ga naar 13.22 minuten) is Neeskens niet te zien, net zo min als Geels. Mühren en Rep verschijnen wel regelmatig in beeld, net als Sjaak Swart. Ook op de teamfoto ontbreekt Neeskens, in tegenstelling tot Sjaak Swart (staand, tweede van links), Gerrie Mühren (staand, vierde van links) en Johnny Rep (staand, tweede van rechts).

woensdag 2 oktober 2024

Intermezzo – Veemarkt 5

‘Heb ik dáár nu al die tijd voor om moeten fietsen?’, was mijn eerste reactie bij het zien van de voorgevel van twaalf nieuwe appartementen aan de Veemarkt 5 in Horst, tussen het voormalige postkantoor (Veemarkt 3) en het voormalige brouwershuis (Veemarkt 7), op de hoek met de Herstraat.


Maandenlang was mijn favoriete fietsverbinding met het Wilhelminaplein afgesloten en daarna grotendeels geblokkeerd. Allemaal om de bouw van de twaalf appartementen mogelijk te maken. Steeds koesterde ik de stille hoop dat tegenover mijn tijdelijk ongemak een architectonische aanwinst zou staan. Hoop op een gebouw dat niet per se de concurrentie zoekt met Veemarkt 3 en Veemarkt 7, maar dat wel karakter en een eigen gezicht heeft.


Veemarkt 5 is in opdracht van Wonen Limburg gebouwd door Bouwmij Janssen uit Venray. Nu de bouwhekken zijn verwijderd, mijn favoriete verbinding met het Wilhelminaplein is hersteld en ik Veemarkt 5 met eigen ogen heb kunnen aanschouwen, rijst bij mij de vraag of er wel een architect aan het gebouw te pas is gekomen. Kan het misschien zo zijn dat het ontwerp afkomstig is uit een catalogus en dat een bouwkundig ingenieur of engineer vervolgens alles op maat heeft uitgewerkt?


Ja, Veemarkt 5 maakt de straatwand compleet. En nee, Veemarkt 5 zoekt niet de concurrentie met Veemarkt 3 en Veemarkt 7. Maar karakter en een eigen gezicht heeft het bepaald niet. Veemarkt 5 is kleurloos, mist een eigen identiteit, is volstrekt inwisselbaar. Het had evengoed in Purmerend, Oudenbosch of Stadskanaal kunnen staan. Dertien in een dozijn, nergens valt aan het gebouw af te lezen dat het een aanwinst wil zijn voor deze toplocatie in het Horster centrum.


Op Facebook schrijft iemand over Veemarkt 5: ‘Ik ken nieuwe bewoners, die blij zijn met hun nieuwe woning/appartement. Dat telt! En ach…, smaken verschillen.’ Natuurlijk zijn de bewoners blij met hun appartement (en het is heel goed dat het Horster centrum er twaalf betaalbare appartementen bij heeft gekregen, meld ik er ten overvloede ook nog maar even bij). Maar waarschijnlijk zouden de bewoners even blij of misschien nog wel blijer zijn geweest met een gebouw met een béétje architectonische ambitie. Die ambitie hoeft ‘m niet in allerlei toeters en bellen te zitten, maar kan ook tot uiting komen in iets ingetogens, in iets dat uitblinkt in bescheidenheid.


En inderdaad, smaken verschillen. Mijn bezwaar in dit geval is dat elke smaak ontbreekt, het is zouteloos.