Mild gekruid

maandag 30 juni 2014

Actualisatie – Top 5 Vergelijkingen van Horst en omgeving met archetypische plaatsen, streken, gebouwen en wijken (3)

Er zijn mensen die denken dat Horst-sweet-Horst serieus wordt genomen in de kringen die ertoe doen. Bij de publicatie van elk nieuw stukje zou een siddering door Horst aan de Maas gaan. Zelf weet ik wel beter. Waarschuwingen van Horst-sweet-Horst worden om de haverklap in de wind geslagen, briljante ideeën telkenmale volledig genegeerd, vernieuwende inzichten stelselmatig doodgezwegen, doorwrochte adviezen consequent belachelijk gemaakt.
Eén voorbeeld ter illustratie van het voorgaande: de vergelijkingen van Horst en omgeving met archetypische plaatsen, streken, gebouwen en wijken. U kent ze wel: Griendtsveen het Venetië van het noorden (Urheber onbekend), Horst het Wageningen van het zuiden (Romé Fasol), de kasteelruïne de Eiffeltoren van Horst (Geer Selen), de Rode Kruislocatie in het centrum van Horst het Quartier Latin van het noorden (Leon Litjens), het meertje achter het Parkhotel de Rivièra van Horst (Dagblad De Limburger), het Wilhelminaplein het klein Vrijthof (Rudy Tegels), Horst aan de Maas het Volendam van Limburg (Kees van Rooij).
Een en ander maal heeft Horst-sweet-Horst de afgelopen jaren geageerd tegen dit verderfelijk gebruik. Op 26 juli 2010 bijvoorbeeld: ‘Hotemetoten die doen alsof vergelijkingen met andere plaatsen, wijken of gebouwen nodig zijn om hun eigen plaats, wijk of gebouw te doen opstomen in de vaart der volkeren, maar in werkelijkheid kampen met een minderwaardigheidscomplex van zorgwekkende omvang.’ En op 20 september 2010: ‘Weg met dat Calimero-gedoe! Enig zelfbewustzijn kan beslist geen kwaad. Zelf archetype worden, dat zou voortaan het streven moeten zijn. Potentie genoeg.’ En op 13 februari 2012: ‘Overigens blijf ik die vergelijkingen van Horst en omgeving met archetypische plaatsen, streken, gebouwen, wijken en pleinen zien als uitingen van een minderwaardigheidscomplex.’ 
Zou Horst-sweet-Horst waarlijk de Horster slijpsteen van de geest zijn die sommigen er in zien, dan zou niemand het ooit nog in z’n hoofd halen een archetypische vergelijking te maken met Horst (aan de Maas) als lijdend voorwerp. De werkelijkheid is helaas anders. De vergelijkingen waarin Horst aan de Maas fungeert als het-kleine-broertje-van blijven maar opduiken. Deze week was het weer eens raak. Wittenhorst-voorzitter Ton Hagens afgelopen dinsdag in Dagblad De Limburger: ‘Wij willen als het ware het Papendal (een topsporttrainingslocatie in Arnhem) van het zuiden worden.’ Fout! Beschik je met sportpark Ter Horst over een unieke accommodatie, een Groene Kathedraal, ga je die vergelijken met Papendal! Papendal, dat associaties oproept met naargeestige trainingskampen, met turnmeisjes die worden afgeknepen, met de megalomanie van het FC Hollywood aan de Rijn.
Kom op, Ton! Kom op, andere Horster ertoe-doeners! Kop omhoog, borst vooruit! Zelfbewustzijn! Schud dat minderwaardigheidscomplex nou eens af! Heus, jullie kunnen het!

Top 5 – Huldigingsopties Paul Verhaegh

Gek toch, hoe bij een voetbaloverwinning elk gevoel voor realiteit het aflegt tegen onverholen chauvinisme. Zo bakte Streekomroep Reindonk ze gisteren na de ontsnapping tegen Mexico ook behoorlijk bruin op zijn website (en op Twitter):
Vanochtend was de realiteitszin weergekeerd, getuige de nieuwe kop die hetzelfde bericht ineens had gekregen: 
De wegen van Louis zijn zoals bekend ondoorgrondelijk, maar na gisteren lijkt het me stug dat we Paul Verhaegh dit toernooi nog in actie zullen zien. Wat niet wegneemt dat Kees van Rooij zich wel eens gedachten mag gaan maken over de huldiging van onze Kronenbergse wereldkampioen over twee weken. Coöperatief als Horst-sweet-Horst is, denkt het graag met onze burgervader mee. Vandaar: de Horst-sweet-Horst top 5 van huldigingsopties voor Paul Verhaegh:   

5. Kronenberg
De Driefkuilenloop en de Schorfvenloop lenen zich helaas niet voor een intocht in Kronenberg per rondvaartboot. Zelfs met een vlot(je) zou het al lastig worden. Sowieso is het de vraag of het verstandig is een Kronenbergs accent op de huldiging te leggen: Paul is immers niet alleen de beste van Kronenberg, nee, Paul is ook de beste van Broekhuizen, de beste van Meerlo, de beste van Griendtsveen. Wat geldverslindende campagnes niet lukte, doet Paul wel: hij maakt een onvermoed wij-gevoel in Horst aan de Maas los. Paul is van ons allemaal! Dat momentum moeten we zien vast te houden en dat doen we niet door van de huldiging iets exclusief Kronenbergs te maken.

4. Sevenum
Ontvangst op het voormalige gemeentehuis aan het Raadhuisplein, gevolgd door een balkonscène.
In wezen geen onaantrekkelijke optie, ware het niet dat de aanwezigheid van het wapen van de voormalige gemeente Sevenum op het balkon zou kunnen leiden tot een opflakkering van het Sevenums separatisme dat recentelijk juist zo aardig beteugeld leek.

3. Horst
Meest voor de hand liggend: ontvangst op het gemeentehuis. Hier doet zich echter het gemis van een balkon pijnlijk voelen.
Als Paul van ons is, dient hij immers ook aan den volke te worden getoond. En dat nu is ten enenmale onmogelijk bij het gemeentehuis. Weeffoutje zullen we maar zeggen.

2. Horst
Weeffoutjes werden vroeger niet gemaakt: het voormalige gemeentehuis uit 1890 heeft een balkon om u tegen te zeggen.
Huldiging alhier zou het Sint-Lambertusplein meteen op de kaart zetten als belevingsplein. Hoewel dus alle voorwaarden voor een grandioos festijn voorhanden zijn, gooit de aanleg van een belevingsfontein op het belevingsplein roet in het eten. Anticiperen is ook een kunst.

1. Meterik
Zoals altijd is Meterik weer een blessing in disguise. De voormalige Bondszaal in Meterik is welbeschouwd de ideale locatie voor de huldiging van onze wereldkampioen. Ga maar na: geen Kronenbergs accent, geen gevaar voor opflakkerend Sevenums separatisme, geen genöl dat Horst altijd alles krijgt. Plus een plein om de mensenmassa te herbergen én een balkon!
En dat De 3Vrouwen? Lossen we op door aardbeienprinses Chantal Freriks, rozenkoningin Suzanne Verhaegh-Seuren en aspergeskoningin Sharon Martens samen met Kees de huldiging te laten verrichten. Vooraf rondtoer door Meterik van de wereldkampioen in de aspergemobiel.

Ingezonden – Walk of Fame

Afgelopen week berichtte Hallo Horst aan de Maas dat het centrum van Horst een Walk of Fame krijgt (klik hier). Naar aanleiding daarvan ontving Horst-sweet-Horst een ingezonden bijdrage van Jan Duijf (Kloosterstraat te Horst). Komt-ie:

Walk of Fame
Een nieuwe traditie wordt gegrondvest

Een Walk of Fame is een hoogst noodzakelijke en volstrekt logische aanvulling op onze gebrekkige en afnemende aandacht voor de verdienstelijke inwoner van Horst aan de Maas.
Voor het eerst in de geschiedenis van onze regio maakt de gewone man of vrouw nu ook kans op altijd durende en eeuwige erkenning.
Traditioneel krijgt de ‘vereeuwiging’ van inwoners van onze gemeente slechts sporadisch zijn beslag op naamborden van straten. Het beitelen van een naam in de voet van een standbeeld is een zeldzaamheid. De naamvermelding op grafkruizen en –monumenten vertoont een sterk dalende tendens: de nabestaanden zijn minder en minder bereid om te betalen voor de instandhouding van graven en monumenten. Gemeentegenoten leven voort in enkele papieren of digitale historische beschouwingen door leden van een heemkundevereniging of historische kring. Maar hoeveel mensen lezen dit?
Voor het in ‘het zonnetje zetten’ van waardevolle burgers, beschikt onze burgemeester slechts over beperkte mogelijkheden: het onverwachte lintje en de obligate foto met burgervader. Elke club of vereniging kent slechts een handvol ereleden en leden van verdienste. Bedrijven roemen hoogstens tweemaal per jaar de inzet, prestaties en persoonlijkheid van een jubilerende werknemer. Een handvol mensen gaat naar de Dodenherdenking op vier mei. Steeds minder inwoners laten een mis voor de eeuwigheid lezen voor hun dierbare overledenen. Kortom: het aantal inwoners dat voor de eeuwigheid wordt bewaard is evident tanende. Daar helpen geen halve maatregelen.
De Walk of Fame rekent radicaal, definitief en passend af met deze teneur van verminderde aandacht en inzet van ons allen voor de burger met bovengemiddelde gemeenschapszin. Stelt bovendien scherp paal en perk aan hen die denken hun goede werk in stilte en anonimiteit te kunnen verrichten. Straks liggen ook zij ter verlevendiging van het centrum, desnoods tegen wil en dank, met de neus vooraan. In het belang van de gemeenschap natuurlijk.
Iedereen profiteert van deze moderne tegeladoratie. Daar is geen discussie over mogelijk: daar staan de objectieve criteria voor tegeltoekenning garant voor.
Ik ga ervan uit dat de tegels van duurzaam materiaal worden gemaakt. Duurzaamheid is per slot van rekening een ander woord voor eeuwigheid. Voor minder gaat de gewone inwoner van Horst niet. De eeuwige roem lonkt. De Walk of Fame brengt dat ideaal binnen bereik. Niks mis met smaakvolle en realistische ambities.

Intermezzo – Liederenbank

Mevrouw Van Norden zat met de koffie op hen te wachten, in een kleine huiskamer vol familiefoto’s en kleine, koperen snuisterijen. ‘Maar ik ga niet zingen’, zei ze verschrikt toen Elshout de bandrecorder voor zich op het gebloemde tafelkleed zette.‘Nee’, zei Elshout, ‘ik zet hem hier alleen even neer.’Hij ging zitten en keek haar vriendelijk aan.
Maarten was ook gaan zitten, wat terzijde, in een kleine fauteuil bij het raam.
‘Wat vind ik dat aardig, dat ik u nou ook eens in werkelijkheid zie’, zei mevrouw Van Norden. ‘Toen ik die brief schreef had ik niet durven hopen dat u ook nog op bezoek zou komen.’Elshout glimlachte.
J.J. Voskuil, Het bureau. 2: Vuile handen (Amsterdam 1996) p. 67
Een romanfragment. Maar wel een romanfragment met een hoog realiteitsgehalte. ‘Elshout’, Jaring Elshout in Het bureau, was in werkelijkheid Ate Doornbosch (1926-2010), van 1957 tot 1993 presentator van het radioprogramma Onder de groene linde en vanaf 1966 administratief hoofdambtenaar bij het Volksliedarchief van het P.J. Meertens-Instituut. In beide hoedanigheden reisde hij stad en vooral land af, op zoek naar oude liederen uit de mondelinge overlevering. Hij bezocht mensen thuis, maakte opnamen en zond die uit in Onder de groene linde. Zo ging het in 1966 bij mevrouw Van Norden uit Rotsterhaule in bovenstaand fragment, maar zo ging het ook bij Wilhelmina van der Sterren-Wijs die Doornbosch op 2 februari 1968 thuis in Meterik bezocht. Wilhelmina, in 1908 geboren in Haps, zong voor hem Ons Kaatje was bedronken, Ik ben een jong soldaatje, Toen God de wereld heeft geschapen en Clara was een blonde schone (klik hier en klik vervolgens - ook bij de overige links in dit stukje - op ‘mp3’). De betreffende opnamen zijn allemaal te beluisteren in de Liederenbank, een project van de Universiteit Utrecht, het Meertens Instituut en de Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren dat sinds 19 juni volledig online is.
De Liederenbank bevat teksten, melodieën, muziek en opnamen van vijftigduizend volksliederen, geuzenliederen, psalmen en kerstliederen, marktzangen, zeemansliederen, kinderliedjes en nog veel meer traditionele liederen van vóór 1900. Zoals een blogger over Horst betaamt, ben ik onmiddellijk op zoek gegaan naar Horster elementen in de Liederenbank. Hoewel niet heel talrijk, zijn die wel degelijk aanwezig. Behalve bij Wilhelmina van der Sterren-Wijs ging Doornbosch bijvoorbeeld ook (in 1971 en in 1975) bij Peter Johannes Mulders (1895-1979) uit Lottum op bezoek. De bank telt zes opnamen van door hem aandoenlijk gezongen liederen (klik hier).
Grubbenvorst is in de Liederenbank onder meer vertegenwoordigd met drie dialectliedjes – waaronder twee Sint-Maartensliedjes –, in 1976 gezongen door Anna Maria Clara van Wissen-Joosten en Petronella Theodora Elisabeth Gerits (klik hier en zie vervolgens de eerste drie resultaten). Van Sinter Mertes Veugelke bevat de bank overigens tachtig versies, waarvan ook één gezongen door mevrouw Tacken-Houben uit Meterik in een opname uit 1964 (klik hier).
Wat Horst aan de Maas betreft is het in mijn ogen echter Leo Wijnen (1911-1985) uit Melderslo die de show steelt. De databank telt achttien door hem gezongen liederen (klik hier). Allemaal zijn ze opgenomen in 1977 en bij allemaal begeleidt hij zichzelf op accordeon. Zó mooi! Luisteren!  

maandag 23 juni 2014

Intermezzo – Straatnamen

Afvalemmerweg
Bakkerspad
Banaanboulevard
Bijstandsplein
Bloempotlaan
Brievenopenerplantsoen
Broodplein
Fietsbelweg
Flessenopenerslaan
Frietendijk
Gazonmaaierstraat
Golfkarretjesbaan
Grasstraat
Hagelslagdreef
Handschoenenpad
Hinderwetvergunningstraat
Hooistraat
Koekjesplein
Kopieerapparaatplaats
Lunchboxdreef
Majolicaweg
Melkbusplein
Naaigarenstraat
Onderbroekenboulevard
Pantalonpad
Paprikaplantsoen
Pastaplein
Plakbandallee
Postagentschaplaan
Prullenbakweg
Rookwarendijk
Schoenenbaan
Slagersweg
Snoepjesstraat
Stekkerdoosweg
Tandpastastraat
Tijdschriftenplein
T-shirtweg
Vleesweg
Wijnweg
Yoghurtallee
Zakagendaweg
Ziektewetsteeg
Zorgtoeslagplein
Zuivelgats
(Representatieve selectie uit de nog beschikbare tot de verbeelding sprekende straatnamen voor Horst aan de Maas nu Fruitweg, Groentestraat, Haverstraat, Tarwestraat, Roggestraat, Boekweitstraat en Korenpad al vergeven zijn.)

Klein mysterie 570 – Parkeren (1)

Als het gaat om (gratis) parkeerplaatsen heeft Horst aan de Maas een naam hoog te houden. Er kan geen locatie in het Horster centrum vrijkomen of ze wordt bestemd tot parkeerplaats. Allerlei ambitieuze plannen uit het verleden ten spijt ondergaat momenteel dus ook het gebied tussen Loevestraat en Wilhelminaplein dezelfde metamorfose die bijvoorbeeld de gebieden tussen Hoofdstraat en Doolgaardstraat en tussen Steenstraat en Herstraat eerder eveneens ondergingen.
Waar andere gemeentebesturen groene of culturele aspiraties koesteren, doet Horst aan de Maas z’n best uit te groeien tot mekka voor de heilige koe. Elke gemeente krijgt het gemeentebestuur dat ze verdient, zullen we maar zeggen.
Al jaren ben ik een vurig pleitbezorger voor invoering van betaald parkeren in het centrum van Horst: als die kostbare centrumruimte dan toch zo nodig dient te worden opgeofferd aan blik, moet er ook maar iets tegenover staan. Ik heb niet de indruk dat ik me heel erg populair maak met deze opvatting. Geeft niets, mijn eerste levensdoel is niet om me populair te maken met mijn opvattingen. Bij politieke partijen ligt dat anders. En dus zijn die unaniem van mening dat betaald parkeren in Horst aan de Maas gratis dient te blijven. Want zonder gratis parkeerplaatsen is Horst ten dode opgeschreven. ‘No parking, no business’ is bijvoorbeeld het doembeeld waarmee Essentie zieltjes probeert te winnen. Diezelfde partij noemt gratis parkeren in zijn verkiezingsprogramma ook een randvoorwaarde voor ‘een bruisende lokale economie’.
Voor mijn gevoel allemaal lulkoek van de eerste orde, maar probeer dat maar eens hard te maken als niet ingewijde. Een artikel in Trouw van 31 mei kwam daarom als geroepen (klik hier). Journaliste Dorien Pels voert daarin Giuliano Mingardo op. Mingardo is onderzoeker aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Hij koppelde gegevens over het winkelgedrag van zeventigduizend Nederlanders aan informatie over parkeren in de winkelgebieden die zij hadden bezocht. Zijn conclusie: er is geen enkel verband tussen het winkelgedrag en hoe of tegen welk tarief auto’s konden worden geparkeerd, ongeacht de grootte van het winkelgebied. Mingardo: ‘Gemeenten hebben de neiging om mee te gaan in de wens van winkeliers voor meer, goedkoop en dichtbij parkeren, maar het slaat eigenlijk nergens op.’  
Geïnteresseerden in de materie zouden beslist ook de samenvatting moeten lezen van een voordracht die Mingardo op 17 april hield (klik hier). In die voordracht rekende hij voor eens en voor altijd af met een aantal ficties, waaronder die van ‘gratis parkeren’ en ‘no parking, no business’.
Zou Mingardo z’n voordacht ook eens voor een Horster gehoor moeten houden? Opdat het roer hier eindelijk omgaat? Ach, die moeite kan hij zich beter besparen. Je hoort het de dames en heren lokale politici al zeggen: ‘Wat weet zo’n man nou van Horst?’, ‘Horst valt niet te vergelijken met andere plaatsen’, ‘Het Centrummanagement is ook niet van gisteren’, ‘Jan Nabben zegt het, dus is het zo’ enzovoort enzovoort. Zoals Mingardo zelft zegt: emoties en onderbuikgevoelens dicteren het parkeerbeleid. Ook in Horst. Juist in Horst. 

Klein mysterie 569 – Scheiven drek

Het is u wellicht ontgaan, maar de FIFA doet momenteel onderzoek naar mogelijk homofoob gedrag van de supporters van Brazilië en Mexico op dit WK. Tijdens de openingswedstrijd tegen Kameroen vergastten de Mexicanen de Kameroenese doelman Itandje bij de aanloop voor een doeltrap telkens op een aanzwellend geloei, gevolgd door een korte kreet op het moment dat Itandje de bal trapte.
De doelman van Brazilië, Julio Cesar, overkwam vier dagen later hetzelfde. ‘Goede vondst’, dachten de Brazilianen en kopieerden dit ritueel bij doeltrappen van de Mexicaanse keeper Ochoa. Onschuldig volksvermaak? Niet volgens FARE, een organisatie die strijdt tegen discriminatie in het voetbal. FARE attendeerde de FIFA erop dat de supporters bij de uittrap van de vijandige keeper niet massaal ‘Mooi weertje vandaag’, ‘Ook goed geslapen vannacht?’ of ‘Zuurkool met vette jus’ schreeuwen, maar puto, een woord dat je met ‘homo’ schijnt te moeten vertalen.
Zou FARE de FIFA ook attenderen (of al geattendeerd hebben) op de excessen in Duitse stadions? Daar wordt de vijandige doelman bij een doeltrap immers steevast getrakteerd op een massaal gescandeerd Arschloch, Wichser, Hurensohn! Zijn alle Arschlöcher, Wichser en Hurensohne dezer wereld ook lekker mee.
Hoe onschuldig ging het er vergeleken bij die Mexicaanse, Braziliaanse en Duitse toestanden dan in de jaren zeventig (tachtig misschien ook nog wel) aan toe in de Venlose Koel. Ook daar een massaal geloei op het moment dat de vijandelijke keeper – denk aan Jaap Bloem, Harry Schellekens, Jan Jongbloed, Bram Geilman, Ton Thie – z’n aanloop nam bij een doeltrap. En ook daar een massaal geslaakte kreet op het moment dat hij de bal raakte. Alleen geen flikker, klootzak, hondenlul, mongool of boerenpummel. Zelfs geen lamzak of zakkenwasser. Nee, hier een oorverdovend scheiven drek! In fatsoenlijk Nederlands: scheef onkruid of scheef vuilnis. Een heerlijke nonsensuitdrukking, die eerder associaties oproept met lieflijke weiden vol boterbloemen, klaprozen, herderstasje en haagwinde, dan met rauw supportersvolk. Scheiven drek, een vleugje romantiek te midden van het stadionbeton.
Of ben ik weer eens slachtoffer van mijn eigen naïviteit en is scheiven drek gewoon de Venlose benaming voor mensen van de verkeerde kant?
Is scheiven drek overigens iets exclusief Venloos of wordt het ook in Horst gebezigd? Zo ja, wat betekent het dan, als het iets betekent?  

Klein mysterie 568 – Fietspad (2)

Geheimtipp voor olifantenpaadjesliefhebbers: sinds kort is een prachtexemplaar te vinden aan de Broekhuizerdijk in Melderslo, van Horst uit gezien iets voorbij motorcamping D’n Toerstop, aan de rechterkant van de weg.
Olifantenpaadjes zijn praktijkcorrecties van de tekentafelwerkelijkheid. Als één olifantenpaadje deze stelling perfect illustreert, dan dit wel. Ter oriëntatie: het paadje bevindt zich aan het begin én het einde – afhankelijk van welke kant je het bekijkt – van het onlangs aangelegde tweerichtingsfietspad aan de zuidelijke zijde van de Broekhuizerdijk.
Ik zou het voor de aardigheid eens moeten turven, maar ik heb het sterke vermoeden dat het vooral uit de richting Horst afkomstige fietsers zijn die het olifantenpaadje (eerst) hebben geschapen en (nu) onderhouden. De voorgeschreven route heeft er namelijk zo’n scherpe bocht dat fietsers nagenoeg tot stilstand komen.
En aan niets hebben fietsers een grotere hekel dan aan tot stilstand komen. Tot stilstand komen impliceert immers dat ze zich ook weer op gang moeten trekken – een krachtenslopende handeling. Het olifantenpaadje voorkomt dit: niks scherpe bocht, niks tot stilstand komen, niks krachtenslopende handeling, alleen even uitkijken voor tegemoetkomende fietsers. Dat de weginrichter hier niet op heeft geanticipeerd, is onbegrijpelijk. Beslist geen fietser. 
Tot zover de fietsers uit de richting Horst. Nu hun collega’s uit de richting Broekhuizen. Voor hen is het olifantenpaadje minstens zo uitnodigend. En ook voor hen geldt dat ze tot stilstand komen liefst vermijden. Ten opzichte van hun collega’s uit de richting Horst kampen zij evenwel met het nadeel dat ze de drukke, door de bomen onoverzichtelijke Broekhuizerdijk moeten oversteken. Tegemoetkomend verkeer is niet zozeer het probleem: dat kijken ze recht in de ogen. Anders is het met achteropkomend verkeer: dat kunnen ze bij gebruik van het paadje slechts waarnemen als ze achterstevoren op hun fiets gaan zitten en ook nog tussen de bomen door weten te kijken, een handeling die niet geheel van gevaar ontbloot is.
Risicomijders kunnen dus maar beter de voorgeschreven route nemen (al zullen ze ook daar hun best moeten doen door de bomen de weg te zien). Probleem is alleen dat de meest frequente gebruikers van het fietspad, scholieren, doorgaans geen risicomijders zijn. Waarmee we met het fietspad tussen Broekhuizen en Melderslo van de regen in de drup zijn beland: de aanleg van het fietspad moest de veiligheid voor fietsers juist bevorderen, maar op dit punt lijkt eerder het omgekeerde het geval. Werk aan de winkel dus voor de weginrichter. Mijn voorspelling: de bomen op deze locatie hebben hun langste tijd gehad. 

maandag 16 juni 2014

Intermezzo – Verschnaufpause (8)

Horst mag nog zo sweet  zijn, enige horizonverbreding op z’n tijd is natuurlijk nooit weg. Een tiendaagse Verschnaufpause  bracht me via München in Noord-Italië waar ik eerst vier dagen aan het Gardameer genoot van de gastvrijheid van I. en daarna vier dagen Verona als uitvalsbasis had. Enkele indrukken.
In München werd me op de Max-Joseph-Platz duidelijk dat het initiatief van het Horster CDA van vijf jaar geleden om stoelen aan de ketting te leggen (klik hier), nu ook internationaal navolging krijgt:
Het initiatief heeft verder natuurlijk niets op de kous, maar dat tragische lot deelt het met alle CDA-initiatieven.  
Rechtopgezette verloren wieldoppen zijn universeel. Maar voor met beton volgestorte rechtopgezette autobanden (inclusief hagedis) moet je toch echt aan het Gardameer zijn. Ook hiervoor geldt: geen idee wat het op de kous heeft. Zal daarom vast en zeker ook een CDA-initiatief zijn.
Maar als u van dat ding op de voorgrond denkt dat het een Horster champignon is die evenmin iets op de kous heeft, vergist u zich: het is een Gardesaanse bank! Geen CDA-initiatief dus.

Zo, weer voor even genoeg over het CDA. Over naar de Italiaanse honden. Die blijken net als veel van hun Horster soortgenoten de schrijfkunst machtig te zijn. Sterker: Italiaanse honden zijn zelfs de Duitse en Franse schrijfkunst machtig. Alleen als het om de Engelse schrijfkunst gaat, moeten ze passen:
Herinnert u zich de ‘Opruimactie zwerffietsen station Horst-Sevenum’ nog? Als de dienders hun actie op station Horst-Sevenum hebben voltooid, zouden ze hun werkterrein eens moeten verleggen naar station Verona Porta Nuova. Valt óók veel eer te behalen en tegelijkertijd zijn wij van hen verlost.
In Mantova kunnen ze overigens eveneens hun hart ophalen.
Over Mantova gesproken: zou een fontein met LED-verlichting, geluidsinstallatie en 25 spuitkoppen die tot acht meter hoog kunnen spuiten dit oersaaie en oerlelijke plein geen hoogstnoodzakelijke boost  geven?
In Venetië trof ik eveneens een plein aan waarin zo’n fontein het broodnodige nieuwe leven kan blazen:
Olifantenpaadjes zijn evenals rechtopgezette verloren wieldoppen een universeel verschijnsel. In Verona heb ik actief bijgedragen aan de instandhouding van dit prachtexemplaar:
Welgemeend advies aan alle klagers over het zogenaamd tot in het extreme doorgevoerde systeem van afvalscheiding in Horst aan de Maas: beslist niet emigreren naar het Gardameer!
Ten slotte: wat zou zo’n reisje zijn zonder graffiti? Louis van Gaal heeft ooit gezegd dat ie vooral zo graag in München vertoeft vanwege de afwezigheid van graffiti. Altijd in voor een grapje, die Louis. Gelukkig heeft ie – tenminste tot woensdag – van voetbal meer verstand.
Neem van mij aan: van Mönchengladbach tot München en van Verona tot Venetië, het stikt er – tot mijn grote genoegen – van de graffiti. Belofte: als het CDA nou eens het initiatief neemt de meest veelbelovende Horster graffitisten een studiereis aan te bieden, zul je mij nooit meer denigrerend horen doen over CDA-initiatieven. 

Klein mysterie 567 – Vogelverschrikker (2)

Met Je gaat het pas zien als je het door hebt  kun je op z’n laatst sinds vrijdag niet meer aankomen. Is zó 1974. Daarom maar liever die andere, écht hedendaagse voetbalfilosoof geciteerd: ben ik nou zo dom of zijn jullie zo slim?  Feit is in elk geval dat ik het niet zie omdat ik het niet door heb en dat dat waarschijnlijk aan mijn domheid te wijten is.  
Om vogelverschrikkers gaat het. Niet zulke ouderwetse, in lompen gehulde gevallen, ook geen imitatie-windwatermolens (klik op pijl)
of gemankeerde discobollen (klik op pijl)
 – vergis ik me of zijn die allebei alweer over hun hoogtepunt heen? – nee, het gaat om vogelverschrikkers in de vorm van een vogel. Beter: vogelverschrikkers in de vorm van door de wind voortgedreven plastic roofvogels. U heeft ze ongetwijfeld wel eens hun onnavolgbare capriolen zien uithalen in de nabijheid van een kersenboom of boven een pas ingezaaide akker. Een lust voor het oog, zullen zelfs niet-liefhebbers van kinetische kunst moeten erkennen.

Sinds enkele weken zijn twee van zulke neproofvogels ook actief op een perceel van de Lim Group (‘agricultural research’) aan de Veld Oostenrijk in Horst. Op zichzelf zijn de vogels al een stukje waard. Toch weet ik niet of ze het zover zouden hebben geschopt als er niet iets bijzonders met ze aan de hand zou zijn. Althans iets waarvan ik, domkop, vind dat het bijzonder is. U, slimmerik, zult er natuurlijk meteen de onbijzonderheid van inzien, maar het is helaas zoals het is (ik had het ook liever andersom gezien): u bent slim, ik ben dom. 
Welnu, het bijzondere is dat beide vogels hun werk doen boven twee hermetisch afgesloten plastic tunnelkassen. Om eens een andere jaren zeventigfilosoof (klik hier) te citeren: Waar heb dat nou voor nodig? Dat heeft totaal geen nut! Dat is toch overbodig? 
Zijn de tunnelkassen misschien toch niet hermetisch afgesloten? Moeten niet de gewassen maar de tunnelkassen zelf worden beschermd tegen vogels dan wel vogelpoep? Staat op de smalle strook tussen beide tunnelbuizen iets dat de bescherming van de vogels verdient?
Genoemde opties lijken me allemaal even onwaarschijnlijk. Welke slimmerik is bereid deze domkop uit z’n lijden te verlossen?

Klein mysterie 566 – Bever (4)

Ook het Kloosterhofvoorzetje dat Horst-sweet-Horst twee weken terug gaf, is inmiddels vakkundig ingekopt door Dagblad De Limburger. De eigenaar van het winkelcentrum liet de krant weten dat de renovatie van het winkelcentrum nog voor Kerstmis begint.
‘Maar volgen er bezwaren en komen er procedures, dan kan het ook zomaar zijn dat je er weer een jaar bij moet tellen.’ Dan wéét je: daar gaat de komende jaren dus he-le-maal niets gebeuren. En oh, wat zijn die bezwaren en procedures toch altijd weer heerlijk om je eigen onkunde of onwil achter te verbergen.  
Dagblad De Limburger  vertoonde de voorbije weken trouwens trekjes van een Van Persie in topvorm: ook het beverdamvoorzetje van Horst-sweet-Horst verhief de krant bekwaam tot doelpunt.
Dat de vernielers van de beverdam in het Lottums Schuitwater een proces-verbaal hadden gekregen, kan voor de lezers van Horst-sweet-Horst geen nieuws meer zijn geweest (klik hier). Wél nieuw, althans voor mij, was dat dat proces-verbaal was uitgeschreven door de Groene Brigade. Dat blijkt geen terroristische dan wel activistische groepering te zijn, maar ‘een samenwerkingsverband van de politieregio’s en handhavingspartners’ dat tot taak heeft ‘het toezicht in het buitengebied te intensiveren en de leefbaarheid in het buitengebied te bevorderen’. Wéér wat geleerd.
Een woordvoerder van Staatsbosbeheer liet de krant voorts weten dat de bever zijn vernielde dam inmiddels weer heeft opgebouwd en zelfs versterkt. Aan vandalen laat het dier zich dus niets gelegen liggen. De vraag is nu of hij zich wel laat dwarsbomen door Staatsbosbeheer. Dat heeft namelijk een aanvraag voor het verlagen van de dam ingediend bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland – nog zo’n naam die het Jiskefetgehalte van deze klucht tot ongekende hoogten opstuwt.
Zal de bever buigen voor het gezag van Staatsbosbeheer en de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland? Ik kan het me nauwelijks voorstellen, de bever lijkt me eerder een anarchist, een gezagsondermijnend type dat er genoegen in schept de zaken te ontregelen. Zou een goed gesprek waarin van beide kanten water bij de wijn wordt gedaan niet meer effect hebben?
Intussen illustreert het hele gedoe mooi de hedendaagse verhouding tussen mens en dier. Sois belle et tais-toi. Braaf zijn en bek dicht. Anders zwaait er wat.