Mild gekruid

zondag 24 mei 2020

Intermezzo – Smulparadijs

‘Het verdwijnen van ’t Tömpke zou me werkelijk pijn doen’, schreef ik op 14 februari 2011 (klik hier). Nu het ruim negen jaar later zover is, is die pijn er inderdaad. Dat ’t Tömpke sinds acht jaar onder de naam Friture Smulparadijs door het leven ging, doet daar niets aan af. Ook het feit dat ik het Melderslose frietkot nooit betrad, vermindert de pijn niet.


En nee, het Smulparadijs mag geen architectonisch hoogstandje zijn, karakter heeft het wel. Dat je bovendien, schreef ik destijds al, dertig, veertig jaar terugzet in de tijd. Je zou niet vreemd opkijken als een nozem in leren jackie z’n opgevoerde Kreidler hier plotseling op de stoep parkeert en eenmaal binnen doodgemoedereerd een blikje bier bestelt. Of als Lottum de boel kort en klein komt slaan – een patatje oorlog maar dan letterlijk.


Op de plaats van het Smulparadijs staat al sinds 1962 een frietkraam. Jan Tielen (‘Friet Jan’) was jarenlang exploitant. In een nieuwsbrief van Stichting Geschiedenis Melderslo (klik hier) haalde hij in 2013 kostelijke herinneringen op. Hij gaf daarin antwoord op vragen als hoe het assortiment er in de jaren zestig uitzag (friet, knak en rolmops), hoe je in de jaren zeventig illegaal stroom kon aftappen (door met klimspoane in elektriciteitspalen te klimmen) en waar wethouder Boots politiek bedreef (in het café). Ook aan het ontstaan van de gehaktbal speciaal wijdde Jan enkele woorden:
‘We kwamen begin jaren 70 eens laat thuis van een bruiloft. Ik had nog honger en sneed een gehaktbal in schijven, schoof er gesneden uienringen tussen en spieste alles aan elkaar met een dun stokje dat ik uit een naburige heg had gehaald. Ik noemde deze snack Catweazle, naar een populaire serie die destijds op TV was. Later ben ik dit maar gewoon een gehaktbal speciaal gaan noemen. Maar deze nu zo bekende snack is dus mijn idee!’

Op de Facebookpagina van het Smulparadijs maakten de exploitanten Jan en Bea Marcellis donderdag bekend dat de deur nier meer opengaat. Corona en de daarmee gepaard gaande anderhalve-meter-afstandseis zijn de aanleiding, al laten ze ook doorschemeren dat sluiting sowieso in het verschiet lag.


Aan zestig jaar culinaire geschiedenis en alles wat daarmee verbonden is, komt een einde. Melderslo en Horst aan de Maas verliezen iets dat nooit meer terug zal komen. Rest de vraag wat er met het kot dient te gebeuren. Het antwoord lijkt me simpel: naar De Locht ermee, het museum in!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten