Mild gekruid

vrijdag 5 februari 2021

Intermezzo – Pompstation

‘Foto’s aan het maken?’, vraagt de medewerker van het sloopbedrijf naar de bekende weg. ‘Inderdaad. Zonde dat zo’n mooi gebouw wordt afgebroken.’ ‘Mooi, mooi … het is maar wat je mooi noemt.’ Geen zin om de discussie aan te gaan, daarom onmiddellijke zelfcorrectie mijnerzijds: ‘Klopt. Je kunt erover twisten of het mooi was, maar het was in elk geval wel karakteristiek.’ Met een met-jou-valt-toch-niet-te-praten-blik loopt de medewerker van het sloopbedrijf verder.


Een troosteloze maandagmiddag. Het decor bestaat uit een gebouw dat in verregaande staat van ontbinding verkeert. Daarvoor zijn bulldozers druk in de weer met het afvoeren van puin. Plaats van handeling is Pompstation Breehei in Veulen, aan de rand van de bossen die de gemeenten Venray en Horst aan de Maas van elkaar scheiden. ‘Het vriendelijke gebouw waaruit door allerlei geheimzinnige manipulaties Venray van water voorzien wordt’, schreef Peel en Maas in 1950 bij de ingebruikname van het pompstation. Dat voorzag behalve Venray trouwens ook de Maasdorpen en de toenmalige gemeenten Horst en Sevenum van water.


De directeur-generaal van de Volksgezondheid noemde het bij de ingebruikname ‘een symbool van de wederopbouw en het herstel van deze zo zwaar getroffen streken’. Van dat vriendelijke gebouw, dat symbool van de wederopbouw resteert slechts puin. Het tien jaar later gerealiseerde aanpalende filtergebouw wacht hetzelfde lot.


Het inderdaad vriendelijke, als een boerderij ogende, horizontaal georiënteerde pompstation contrasteerde met het hoog oprijzende robuuste, ongenaakbare filtergebouw met zijn gepleisterde voorgevel. Landelijk versus industrieel. Het oog wil ook wat versus niet lullen maar poetsen. En toch vormden ze een fraai ensemble, voorbeeldig ingepast in de omgeving. Het pompstation een voortborduursel op vooroorlogse architectuuropvattingen, het filtergebouw een karakteristieke representant van de zakelijkheid van de wederopbouwarchitectuur.


Peel en Maas, 4 maart 1950:
‘Onbegrijpelijk is het voor een gewone sterveling, wanneer hij dit gebouw binnenkomt. Zware motoren brommen er hun lied, grote schakelborden staren u geheimzinnig aan en zwaar verzilverde ketels rijzen op uit de kelders en overal slingeren zich de buizen.’
Wat die medewerker van het sloopbedrijf er ook van mag vinden, voor mij is het gemis van het oorspronkelijke pompstation nauwelijks te verteren. Zoals eerder gezegd: laten WML en gemeente Horst aan de Maas alsjeblieft alsjeblieft zuinig zijn op het pompstation aan de Broekhuizerweg in Lottum (klik hier en hier).


(Dit stukje verscheen woensdag in iets andere vorm ook in Via Horst-Venray)

2 opmerkingen:

  1. Van waaruit wordt het water vanaf nu geregeld?

    BeantwoordenVerwijderen
  2. @Bart: voor zover ik weet werd Breehei oorspronkelijk gebouwd voor de drinkwatervoorziening van Venray en zo ongeveer wat nu Horst aan de Maas is. Het pompstation in Lottum werd mede gebouwd om Breehei te ontlasten, een deel van het drinkwater in Horst aan de Maas kwam sindsdien daar vandaan. Maar ik lees op de website van WML ook: 'Een groot deel van het drinkwater voor Venray en Horst aan de Maas levert WML vanuit Breehei.' (https://www.wml.nl/over-wml/nieuws/bouwen-aan-drinkwater-voor-venray-en-horst-aan-de-maas)

    BeantwoordenVerwijderen