Mild gekruid

zondag 29 mei 2022

Intermezzo – Dendron

Zes jaar geleden kwam ik ineens tot de ontdekking dat Horst een fraai staaltje land art rijk is. Ik was er altijd achteloos aan voorbijgegaan, niet beseffend dat het om kunst ging. Toen dat besef ten langen leste was doorgedrongen, schreef ik een stukje over het kunstwerk (klik hier). Daarin wierp ik allerlei vragen op. Antwoorden bleven uit. Tot deze week. In de collectie krantenknipsels die ik ontving uit de nalatenschap van een vroegere bewoner van de Oranjestraat kwam ik een artikel tegen dat antwoord geeft op bijna al m’n vragen van zes jaar geleden.


Het gaat om de schuinstaande bomen voor het Dendron College die samen drie driehoeken vormen. En het gaat om een artikel van Bert Albers uit Dagblad De Limburger van 14 juni 2000, toen het kunstwerk nagenoeg was voltooid. Zó heerlijk dat het artikel mijn meest prangende vragen van toen stuk voor stuk beantwoordt!


Wat zijn het voor bomen?
‘Zilverlinden.’


Wie is de maker van deze land art?
‘René Ziedses des Plantes.’


Wat waren zijn of haar bedoelingen ermee?
‘Dendron is het (oud-)Griekse woord voor boom. Maar bomen zijn op het terrein van het schoolcomplex dun gezaaid. Dus bedacht tekendocent René Ziedses des Plantes het bomenproject. Kunst en natuur die samen voor een spraakmakende aankleding van de school zorgen. Drie driehoeken op de grond, met daarin een aantal bomen.’


Waarom drie driehoeken? Waarom drie driehoeken met een verschillend aantal bomen?
‘Ze moeten de ontwikkeling van de schoolbevolking symboliseren: eerst met z’n velen, dicht opeen, nog een beetje beschermd. In de volgende hoeken staan minder bomen, krijgen ze meer ruimte.’


Waarom wijzen ze, net als de driehoeken, naar het zuiden? (Met andere woorden: waarom staan ze scheef?)

‘Het meest bijzondere aan die bomen is dat ze schuin in de grond staan. Dat staat volgens Ziedzes des Plantes voor de dynamiek van het groeiproces en de ontwikkeling naar volwassenheid. De linden wijzen schuin richting centrum van het dorp.’


In 2016 schreef ik ook: ‘Bovendien stonden er, als mijn geheugen me niet bedriegt, jarenlang veelkleurige palen – ook die heb ik wel gezien, maar nooit bekeken – bij die bomen.’ Mijn geheugen bedroog me niet, blijkt uit het artikel.
‘Op het gazon voor school is een groepje van ongeveer twintig Dendron-leerlingen met verf en kwast in de weer. Ze leggen de laatste hand aan hun werkstukken; een rechtopstaande paal, die een schuin geplante zilverlinde de eerstkomende jaren voor verdere verzakking moet behoeden. Over een jaar of zes tot zeven zullen ze verdwijnen.’ (Wat ook meteen een antwoord is op mijn vraag hoe men erin was geslaagd de bomen allemaal uit het lood te laten groeien.)


Bert Albers schetst in zijn artikel overigens ook prachtig de sfeer onder de leerlingen die bezig zijn met het beschilderen van de palen. Daarover een dezer dagen meer. Dan ook meer over het aantal bomen. En de palen. En René Ziedses des Plantes.

1 opmerking:

  1. Antoon Kerkhoff29 mei 2022 om 11:20

    De driehoeksvorm in de plantage is mij nooit opgevallen.
    De schuine plantwijze van de linden heb ik voor mijzelf altijd als volgt uitgelegd:
    “ aan het begin van hun schoolperiode op Dendron zijn de leerlingen
    “waerse “ en tegendraadse pubers - tegen de keer in-; aan het einde van hun schooltijd richten ze zich op en staan als jong volwassenen rechtop in het leven.
    Zoals deze bomen zich intussen ook rechtop richten.

    BeantwoordenVerwijderen