Wethouder Litjens gaat uitgebreid in op de doelstellingen van ‘het project Kasteelse Bossen’. Daar valt van alles op af te dingen: wat is er ‘natuurlijk’ aan de opgeworpen heuvel bij de dierenweide?
a) [de naam] Kasteelse Bossen [is] ontstaan als ambtelijke benaming voor het Moelbaerenbos
Valt niets tegen in te brengen.
b) Moelbaerenbos is alleen bekend bij oudere Horstenaren
Is daar onderzoek naar gedaan dan? Zelfs als deze aanname klopt (ik heb m’n twijfels) dan is dat juist een argument om die naam te handhaven. Door het bos Moelbaerenbos te blijven noemen, voorkom je dat die prachtnaam helemaal in de vergetelheid raakt. We vinden dat dialect toch allemaal zo belangrijk? Nou dan.
c) Kasteelse bossen kunnen in elke gemeente of provincie liggen
Geen speld tussen te krijgen: kasteelse bossen kunnen inderdaad overal liggen. Maar dé Kasteelse Bossen liggen maar in één plaats en dat is Horst. Tik voor de aardigheid eens ‘kasteelse bossen’ in op Google.
d) Horst komt op deze manier in de naam voor, dat geeft een duidelijke plaatsbepaling
‘Kasteelpark Horst’ zou een nóg duidelijker plaatsbepaling zijn. De vraag is natuurlijk hoe noodzakelijk die plaatsbepaling is. Bij de Veluwe, de Hamert, het Leudal, de Meinweg en de Peel ontbreekt een duidelijke plaatsbepaling en toch weet iedereen die gebieden te vinden.
e) Kasteelpark verwijst naar het parkachtig gebied eromheen (ook passend bij het Parkhotel)
Er is een bos. Iemand (een hoteleigenaar) noemt dat park. Omdat hij het park noemt, gaan wij het ook park noemen. Vreemd.