Onverwacht snel ontving ik een reactie van het platform Signalering Onjuist Spatiegebruik op mijn vragen over spatiegebruik op straatnaamborden. Ik kom er later nog een keer op terug, maar hierbij alvast de reactie, niet nadat ik René Dings daarvoor hartelijk heb bedankt en u aanspoor toch vooral zijn boek Weg om legging aan te schaffen (bestel het bijvoorbeeld hier). Daar komt ie:
Hallo Wim,
Wat een leuke vraag! Toevallig heb ik niet alleen een website over spatiegebruik, maar ook een weblog over straatnaamgeving. Deze vraag past dus wel ‘in mijn straatje’. ;-)Samenstellingen worden in het Nederlands bij voorkeur helemaal aaneengeschreven. Een winkel waar je schoenen kunt kopen om mee te voetballen, is een voetbalschoenenwinkel. Voor straatnamen geldt echter wat voor alle namen geldt: de bedenker mag zelf weten hoe hij de naam schrijft en is dus niet verplicht om zich aan de spellingsregels te houden. Als je je zoon niet Jan maar Jann, Jhan of Jahn wilt noemen dan mag dat. En je mag je voetbalschoenenwinkel best ‘Voetbalschoenûhwinckel’ noemen. Maar als een gemeente straatnamen kiest, is het natuurlijk wel netjes als ze zich daarbij gewoon aan de spellingsregels houden.Hoe zit het met de spaties in straatnamen zoals ‘Rembrandt van Rijnlaan’, ‘Pieter van den Hoogenbandstraat’ en ‘Heilig Landpark’? Mogen die daar gewoon staan? Daarvoor citeer ik gemakshalve even een stuk van bladzijde 106 uit mijn boek Weg om legging, waar je zelf ook al naar verwees:‘... Als je een samenstelling maakt met een eigennaam waar één of meer spaties in staan (zoals Rembrandt van Rijn), dan blijven die spaties in de samenstelling behouden. Door de hoofdletters in de naam is het wel voldoende duidelijk dat je met een samenstelling met een eigennaam te maken hebt. Het andere deel van de samenstelling wordt gewoon aan de naam vast geschreven. Een straat die naar Rembrandt van Rijn genoemd is, heet dus de ‘Rembrandt van Rijnstraat’. En een pad dat naar Wim Kan genoemd is, heet het ‘Wim Kanpad’. Als je het duidelijker vindt, mag je er een streepje tussen zetten. Dan worden het dus de ‘Rembrandt van Rijn-straat’ en het ‘Wim Kan-pad’. Ik vind dat vaak duidelijker. Volgens dezelfde regel heet een filiaal van Albert Heijn een ‘Albert Heijnfiliaal’ (of een ‘Albert Heijn-filiaal’), de fanclub van Paul de Leeuw de ‘Paul de Leeuwfanclub’ en een lid van de Tweede Kamer een ‘Tweede Kamerlid’. Daar is geen onjuiste spatie te vinden ...’Voor de voorbeelden die je op je weblog noemt, is dus de vraag of de straten vernoemd zijn naar namen met een spatie erin. Is de Drie Kooienweg bijvoorbeeld vernoemd naar een oude boerderij of herberg die ‘Drie Kooien’ heet, dan is ‘Drie Kooienweg’ de juiste spelling. Maar als er op de plek van die weg ooit gewoon drie kooien stonden en is de straat daar naar genoemd, dan is de juiste schrijfwijze ‘Driekooienweg’. Dat de ‘Zeven Provinciënstraat’ in Amsterdam met een spatie is geschreven, lijkt gewoon te kloppen, want die straat is naar de ‘Zeven Provinciën’ genoemd. En de ‘Zevenheuvelenweg’ in Berg en Dal moet inderdaad zonder spatie, want die weg is gewoon naar de zeven heuvelen genoemd waar de weg je over voert. Als het gebied officieel ‘Zeven Heuvelen’ heet, zou het ook de ‘Zeven Heuvelenweg’ kunnen zijn.In hoofdstuk tien van mijn boek (‘Spaties op straat’) geef ik nog veel meer voorbeelden van onjuiste spaties op straatnaamborden. Soms is die fout de schuld van de gemeente die gewoon een fout heeft gemaakt bij de vernoeming, en soms is het een fout van de bordenmaker die de foute naam op het bordje heeft gezet. Ik heb zelf vorig jaar een keer een stuk geschreven over de Derde Werelddreef hier in Delft, zowel op mijn spatiesite als op het straatnamenblog.Hopelijk heb je hiermee een antwoord op je vraag. Als je nog meer vragen hebt over dit onderwerp, dan hoor ik dat graag.
Vriendelijke groeten,
René Dings
Geen opmerkingen:
Een reactie posten