maandag 8 september 2008

Intermezzo – Watou

Afgelopen woensdag was ik in Watou. In dit West-Vlaamse dorpje vindt jaarlijks tijdens de zomermaanden een poëzie- en beeldende kunstmanifestatie plaats. Ik zou iedereen een bezoek aan willen raden, ware het niet dat de Poëziezomer gisteren eindigde. De editie van dit jaar stond in het teken van de op 19 maart overleden Hugo Claus, wiens uit staal gesneden silhouet – een prachtig werk van Roger Raveel – een prominente plek op het dorpsplein heeft gekregen.De veelal laagdrempelige gedichten van Claus konden me wel bekoren. Werk van andere dichters vond ik soms onbegrijpelijk. Jammer genoeg heb ik geen antenne voor poëzie. Daardoor kan ik ook geen kwaliteit van bagger onderscheiden. Waarom is bijvoorbeeld dit gedicht (of is het een wanhoopskreet?) van Timo – dat ik op een elektriciteitskastje in Watou aantrof – minder dan een gedicht van Gerrit Kouwenaar of Rutger Kopland?
Wat me in Watou nogmaals duidelijk werd, is dat kunst in de openbare ruimte echt niet altijd tonnen hoeft te kosten. Ook met relatief bescheiden middelen vallen verrassende effecten te bereiken. Zie bijvoorbeeld dit venster op de wereld (of althans een weiland):Of dit gedicht-op-een-muur:Of deze kubus met een uitsparing die uitzicht biedt op de kerktoren van Watou en het zwerk:Stuk voor stuk (permanente) kunstuitingen die beslist geen kapitalen hebben gekost, maar Watou toch net iets extra’s geven. Waarom zou zoiets in Horst niet kunnen? Ik heb op dit weblog al enkele keren mijn verbazing uitgesproken over de opheffing van de commissie Kunstvoorzieningen. Naar de reden daarvan blijft het gissen, maar het zou er bij mij niet in kunnen dat hieraan bezuinigingsoverwegingen ten grondslag liggen.

Ten slotte nog iets anders. Ook in Watou kwam ik een in mijn ogen volstrekt overbodig verbodsbordje tegen (vergelijk klein mysterie 17):

1 opmerking:

  1. Wim,

    M.b.t. het overbodige 'Verboden te storten bord'. Als historicus zou je toch moeten weten dat iedere plek z'n geschiedenis heeft. Het lijkt me - merk op dat ik me baseer enkel op je foto en fantasie - een plek waar "vroeger" vuil of bouwafval gestort werd. Zoiets als wij in Nederland na de Tweede Wereldoorlog op veel plaatsen ook kenden. In de jaren 1980/ 1990 zijn al deze plekken verdwenen. Overbodig bord? Het is maar hoe je er tegenaan kijkt: jij kunt er nu een stukkie over schrijven; teken van overpeinzing; teken van een plek waar "vroeger" kennelijk wel vuil gestort werd; teken dat processen in de openbare ruimte altijd "beter" kunnen m.b.t. wie verantwoordelijk is (qua beleid en uitvoering) voor het actueel houden van borden.

    Laat lekker hangen! In mijn fantasie mooi versieren met een veldboeket van boerenwormkruid.

    JeanD

    BeantwoordenVerwijderen