Olifantenpad en slakkengang
Toen Wim vroeg of ik mij wilde scharen in een gezelschap van olifantenpaadjesavondcolumnisten ben ik eerst eens door mijn gedachtegangen gaan dwalen of ik wel aanknopingspunten hiermee had.
Soms ontstaan er op zo’n moment spontaan olifantenpaadjes in huis, dan kom je dingen tegen waarvan je even vergeten was dat ze er zijn en zo viel mijn oog op een ansichtkaart die Willem de Kievit mij stuurde. WdK(oprichter van Bouwbureau De Kievit), een vermaard en hoewel gepensioneerd bouwmeester, nog steeds een inspirator en één van de pioniers van het initiëren en opstarten van olifantenpaadjes. Zijn wegen zijn echter niet altijd navolgbaar waardoor er later niet altijd sprake is van het ontstaan van een olifantenpaadje. Maar dat terzijde. Ergens moet het toch beginnen
Hij schrijft op 7 september 2008 vanuit de Pyreneeën in de omgeving van Le Pont d’Espagne, Cauterets:
we hebben vandaag een uur gewonnen, zien geen bergen meer voor ons. Er zijn geen beren op de weg en zijn afgedwaald van het rechte pad. Waar dit toe kan leiden werd duidelijk na de derde fles toen we onze wandeltocht naar boven probeerden te reconstrueren … Eerst stonden we in een rij achter een familie duizendpoten, toen we daar voorbij waren moesten we aan de kant springen voor een hooiwagen die opeens van rechts uit het bos kwam. Een tijdje lang sukkelde er een pantoffeldiertje voor ons uit. Maar het inzicht kwam pas toen we een slak inhaalden: waarom doen wij het ook niet op onze pantoffels? Als we onze tijdwinst op pantoffels kunnen boeken dan telt het misschien wel dubbel!Een heel helder, duidelijk geschreven berichtje, maar waar ik toch nog de nodige vraagtekens bij had. Pas toen ik later zijn opgetekende reisnotities van die dag las kon ik het beter plaatsen:
hartelijke groet vanuit de Pyreneeën, Willem de Kievit
… Op één van onze wandelingen vanuit Cauterets treffen wij een uitzinnige Engels sprekende toerist. Hij komt plotseling vanuit het bos via een onooglijk en bijna als pad onherkenbaar paadje en staat voor onze neus. ‘Follow the desire lines’, spreekt hij triomfantelijk en maakt een plechtig uitnodigend gebaar naar de plek waar hij zojuist vandaan is gekomen. ‘Don’t be afraid, there are no elephants, and if it’s so it is not a white one, … you can have a safe walk …’ Ik kijk mijn compagnon eerst argwanend aan, maar de blik in zijn ogen zegt dat er niet valt aan te ontsnappen. Al bij de eerste stappen die we zetten op het paadje dat eigenlijk geen pad is, zien we de boomstammen voor ons vreemd oplichten. Het is de flits van de camera van de Engels sprekende toerist. Die meteen daarop aan de overkant van de weg uit het zicht verdwijnt via een volgend paadje dat eigenlijk geen pad is ….Wat is dit voor een theater? Onze nieuwsgierigheid is gewekt; we volgen een smal door de tijd uitgesleten paadje en klauteren naar boven. Net als we denken nu wordt het te gek komen we op een grotere weg uit. Op een steenworp afstand zien we de herberg waar we naar toe op weg zijn. Collodi kijkt op z’n horloge en concludeert dat het een uur vroeger is dan dat we gedacht hadden dat het zou zijn als we bij Les Ruisseaux zouden aankomen. Met een grote glimlach kijken we elkaar instemmend aan. De daaropvolgende culinaire zitting duurt veel te smakelijk en veel te lang.
Later die dag dalen we in een slakkengang de berg weer af, terug naar het hotel in Cauterets. Onderweg staan we nogal eens stil bij een boom. En er staan er veel daar … De één wordt de stand van zaken van de Nederlandse architectuur toevertrouwd, de ander wordt getrakteerd op een verdunde hoeveelheid alcohol, een volgende wordt innig omhelsd. Late wandelaars die we tegen komen worden aangemoedigd met ‘follow your desire lines’
Tot zover.
Een mooi staaltje van olifantenpaadjesgebruik ….
Of de in de notities beschreven Engels sprekende toerist Jan-Dirk van den Burg betrof is niet direct op te maken uit Willem’s aantekeningen ...
Maar het is wel duidelijk dat het overal wemelt van de olifantenpaadjes …
Eigenlijk zijn wij mensen best dom. Eerst wordt er voor veel geld een infrastructuur bedacht en aangelegd en vervolgens bewandelen we hele andere paden. Met wat voor doel? Is er iets mis met hoe wij onze wandelpaden aanleggen? Natuurlijke tijdwinst of geen moment te verliezen?
Is dat niet tekenend voor onze tijdgeest? We stellen met zijn allen allerlei structuren, regels, voorschriften, wetgevingen, verordeningen, veiligheidsregels, richtlijnen en nog veel meer op en we doen vervolgens toch wat we zelf willen.
Met een borrel op achter het stuur gaan zitten, met 80 km per uur door een dorp rijden, afval laten dumpen, schelden op de politie en van het rechte pad afwijken …
In feite hebben we te maken met een omgekeerde wereld: we spreken veel dingen af en maken besluiten hoe we onze omgeving gebruiken en doen vervolgens wat anders.
Is water dan niet eigenlijk veel slimmer? Vanuit de bergen stromend, kiest het (veelal zonder uitgewerkt plan) de meest vanzelfsprekende route. Een waterolifantenpad waar desgewenst waterbewoners op mee kunnen liften op weg naar zee.
En wat te denken van het luchtruim: kennen vogels de vrijheid af te wijken van hun voorbestemde vliegbewegingen en vluchtlijnen?
Ik denk dat dat genoeg stof kan opleveren, Wim, voor een in de toekomst te organiseren avondje Mussencorridoortjes of Kievitkoersjes ….
En dan om nog even terug te komen op Willem’s omzwervingen en belevingen:
‘Het is goed om gebruik te maken van olifantenpaadjes maar doe het af en toe ook op je pantoffels!’
Erik van Maarschalkerwaard
Geen opmerkingen:
Een reactie posten