In tegenstelling tot wat u misschien denkt, heb ik van tevoren geen planning gemaakt van kleine mysteries die ik wil behandelen. Nee, het is veel eerder zo dat het ene voortvloeit uit het andere of dat ik ergens toevallig tegenaan loop. Zou ik vooraf wel precies hebben geweten wat ik wilde, dan had ik me de afgelopen weken heel wat autoritjes, fietstochten en wandelingen kunnen besparen. Dan zou ik systematisch de hele gemeente Horst hebben afgewerkt en even systematisch overal foto’s hebben gemaakt. Nu komt het soms voor dat ik bijvoorbeeld ’s ochtends naar America rijd voor een foto van een bruggetje, ’s middags naar Griendtsveen voor een dug out en ’s avonds weer naar America voor een transformatorhuisje. Efficiënt is anders!
Eén voordeel hebben al deze logistieke bewegingen wel: je ontdekt telkens weer nieuwe zaken die aanzetten tot nader onderzoek. Maar zelfs dan zie je nog dingen over het hoofd. Hoe vaak zou ik de voorbije weken wel niet over de Schiksedijk van Meterik naar America zijn gereden? Toch moest iemand anders mij opmerkzaam maken op het felrode huisje met de markante schoorsteen dat – ik moet mezelf toch verdedigen – vanaf de Schiksedijk met het blote oog nauwelijks waarneembaar is: Wat zou het zijn? Een jongerenkeet? Een tijdelijk onderkomen voor Poolse werknemers?
Afgelopen zaterdag nam ik poolshoogte. Baggerend door een drassig weiland bezorgde ik ongewild een forse haas de schrik van zijn leven en maakte ik me weinig populair bij de talrijke watervogels die hier bleken te bivakkeren. Tot overmaat van ramp had ik me van tevoren niet gerealiseerd dat het huisje aan de overkant van de Kabroeksebeek lag. En als klap op de vuurpijl voldeed het niet aan mijn hooggespannen verwachtingen. Toen ik het tot op enkele tientallen meters was genaderd, bemerkte ik namelijk dat het op wielen stond. Dat deed meteen het vermoeden rijzen dat het hier wel eens om een carnavalswagen zou kunnen gaan. Weg droom van een jongerenkeet of onderkomen voor Polen!
Toch houd ik een lichte twijfel. Die is ingegeven door het feit dat dit huisje een veel degelijker indruk maakt dan veel andere carnavalswagens. Wat me nog meer doet aarzelen over de ware aard van dit object is dat het onderdeel is van een opmerkelijk ensemble: behalve het huisje staan hier verder stroomopwaarts langs de beek ook nog een vrijwel volledig ontmantelde huifkar, een in ongebruikelijke kleuren opgeschilderde directiekeet, een ernstig vervallen schuur,een caravan die zijn beste tijd heeft gehad en bovendien nog wat onbestemde spullen. Is het huisje dan misschien toch geen carnavalswagen maar onderdeel van de collectie van een verzamelaar van onderkomens voor circusartiesten?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten