Posts tonen met het label carnaval. Alle posts tonen
Posts tonen met het label carnaval. Alle posts tonen

zaterdag 1 maart 2025

Intermezzo – Gedraag ow

Met carnaval in aantocht is zo ongeveer heel Horst behangen met Gedraag ow-posters. Hoe verschrikkelijk de aanleiding hiervoor ook mag zijn, het heeft óók wel iets verfrissends dat een oproep om je te gedragen eens een keer niet van bovenaf wordt gedaan maar voortkomt uit de bevolking.


Als het gaat om het reguleren van menselijke gedragingen in het algemeen en die van de viering van carnaval (dan wel vastenavond) in het bijzonder, stonden en staan overheden doorgaans op de eerste rij. Openbare bestuurders was en is het daarbij te doen om het handhaven van de openbare orde en rust. Kerkelijke autoriteiten wilden gelovigen behoeden voor drankmisbruik, overmatig cafébezoek en het samenzijn van vrouwen en mannen, dat het risico van seks buiten het huwelijk met zich meebracht.

Wereldlijke en kerkelijke overheden werkten van oudsher nauw samen bij het beteugelen van feestelijkheden. Bijvoorbeeld toen de Roermondse bisschop Cools in 1680 constateerde dat de wereldlijke autoriteiten niet streng genoeg optraden tegen excessen tijdens de vastenavonddagen. Prompt besloten de wereldlijke autoriteiten dat schandaleus gedrag met vastenavond en het houden van vastenavondbijeenkomsten gedurende de vasten zouden leiden tot een boete van twee gulden.


Of in 1705 in Horst een vergelijkbaar een-tweetje plaatsvond valt niet meer te achterhalen, maar vaststaat dat schout Reinier van Eindt op 24 januari van dat jaar de teugels strakker aantrok wat betreft vastenavondbijeenkomsten. Hem was namelijk ter ore gekomen dat (jonge)mannen op zon- en heiligendagen bij particulieren thuis vastenavondbijeenkomsten hielden. Omdat dat indruiste tegen de regels stond de organisator van zo’n bijeenkomst voortaan een boete van een gulden te wachten. De feestvierders zelf konden rekenen op een boete van een halve gulden.


Van Eindt beriep zich onder meer op regels die in 1689 waren uitgevaardigd. Daarin was ook bepaald dat mannen tot negen uur in herbergen mochten verblijven en vrouwen herbergen vóór zonsondergang dienden te verlaten.


Deze regel werd in de nacht van 16 op 17 februari 1715 – een week voor vastenavond – flagrant overtreden in herberg De Speulhof in Meterik. Daar stond kastelein Andries van Crommentuyn toe dat een ‘troep jonggesellen’ zich tot in de vroege ochtend kostelijk vermaakte met drank en muziek, tot ‘groot schandael’ van de omgeving. Wat het aannemelijk maakt dat toen geregeld ‘Gedraag ow!’ door de Meterikse nacht moet hebben geklonken.

woensdag 26 februari 2025

Intermezzo – Vooroorlogs carnaval

‘Vastenavond 1929’ staat met potlood achterop deze uit het familiearchief opgeduikelde foto vermeld. De enige persoon die ik erop herken is mijn toen twintigjarige oma, zittend links, met een beer op haar schoot. Alle twaalf vastenavondvierders zijn verkleed én goedgemutst; alleen de mannen zijn geschminkt, zij het lichtjes. Op het programma waarschijnlijk een bezoek aan een van de vele cafés in de Herstraat, waar mijn oma woonde.


In een podcast hoorde ik een dezer dagen iemand verwijzen naar een citaat uit Deconstructing Harry, een film van Woody Allen: ‘Tradition is the illusion of permanence.’ Ofwel: ‘Traditie is de illusie van permanentie.’ Ofwel: alles verandert, niets blijft hetzelfde. Dit geldt ook voor carnaval. Ja, verkleden, schminken en cafébezoek behoren nog steeds tot de carnavalsrituelen, maar verder doet de hedendaagse viering van carnaval nauwelijks nog denken aan de vooroorlogse.

De in 1911 in Horst geboren Sjang Hoeijmakers noteerde in Die goeie ouwe tijd – Het leven in een Peeldorp omstreeks 1900:
‘Het carnaval werd nog maar alleen in de steden gevierd. Overigens sprak men toen nog niet van carnaval maar van “vastelavond”. In sommige dorpen werden met vastelavond volksfeesten georganiseerd, dikwijls zeer tot ongenoegen van de geestelijkheid, die in die dagen de kerk vol wilde hebben van ’s morgens vroeg tot ’s avonds laat voor het “veertigurengebed”. Ons werd dan verteld dat we moesten komen bidden voor die mensen, die wèl carnaval vierden.’
Illustratief in dit verband zijn berichten uit de Nieuwe Venlosche Courant van 2 maart 1911


en van 26 februari 1914:


Vooroorlogs vastenavondsvermaak in Horst en omgeving bestond voor een deel uit nu potsierlijk aandoende evenementen als een tentoonstelling van ‘de nuttige en fraaie handwerken der meisjes en van het fröbelwerk der bewaarschool’ in het klooster van de zusters ursulinen (bijvoorbeeld in 1917 en 1930), de eerste Sevenumse middenstandstentoonstelling in het plaatselijke patronaat in 1937 en een jaar later de eerste Horster middenstandstentoonstelling in de Mèrthal.  


Was het dan een rebelse daad van mijn oma en haar elf metgezellen om vastenavond te vieren? Nee, dat ook weer niet. Maar carnaval was beslist nog niet het grote volksfeest dat het nu is. Van een strakke organisatie met een lange reeks van festiviteiten en door iedereen geëerbiedigde protocollen was in elk geval nog geen sprake. Wat niet betekent dat het vooroorlogse vermaak zich uitsluitend tot tentoonstellingen beperkte. Hier en daar was er genkrijden (gans trekken) en in cafés werd gekaart en gedanst. Ook vonden op de vastenavonddagen wel gekostumeerde voetbalwedstrijden, toneelvoorstellingen en ‘komische voordrachten’ plaats.


Een bijzonder spektakel moet zich op carnavalsmaandag en -dinsdag in 1935 in Hegelsom hebben afgespeeld:


Of de antieke hangklok en/of De Mijnwerker van Jan Toorop nog steeds een Hegelsomse huiskamer siert? Barak is overigens een aan biljarten verwant spel.

maandag 3 februari 2025

Intermezzo - Carnavalsetalage

Een kleine vier weken voor het begin van De Drie Dolle Dagen heeft de vakjury weer de winnaar bepaald van de jaarlijkse Horst-sweet-Horst-prijs voor de fraaist gedecoreerde carnavalsetalage van de gemeente. Winnaar is opnieuw De Greef Stoffen.

De voor de zoveelste keer uit de faillissementsas herrezen winkel aan de Meterikseweg in Horst heeft de felbegeerde prijs al sinds 1111 stevig in handen. De vakjury waarschuwt de winnaar wel voor zelfgenoegzaamheid. Uit het juryrapport: ‘De verwachtingen van de jury ten aanzien van De Greef Stoffen waren ditmaal nog hoger gespannen dan anders. Dit omdat de Horster prins van 2025 honderd meter verderop aan de Meterikseweg zijn domicilie heeft. In onze verwachting dat dit voor De Greef Stoffen aanleiding zou zijn om dit jaar extra uit te pakken, zijn we helaas bedrogen uitgekomen. Dit neemt niet weg dat De Greef Stoffen opnieuw ver boven de concurrentie uitstak, maar een aansporing om scherp te blijven lijkt ons wel op zijn plaats.’

De welgemeende felicitaties van de voltallige Horst-sweet-Horst-redactie gaan uit naar directie en personeel van de textielwinkel aan de Meterikseweg in Horst.

zaterdag 20 januari 2024

Intermezzo – Carnavalsetalage

Drie weken voor het begin van De Drie Dolle dagen heeft de Horst-sweet-Horst vakjury weer zijn jaarlijkse rondje door Horst aan de Maas gemaakt om de winnaar te bepalen van de Horst-sweet-Horst-prijs voor de fraaist gedecoreerde carnavalsetalage van de gemeente. Na rijp beraad heeft de jury unaniem besloten de prijs voor het 333e achtereenvolgende jaar toe te kennen aan De Greef Stoffen. De welgemeende felicitaties van de voltallige Horst-sweet-Horst-redactie gaan uit naar directie en personeel van de textielwinkel aan de Meterikseweg in Horst.

dinsdag 26 januari 2021

Intermezzo – Carnavalsetalage

Lieve mevrouw, meneer De Greef,

Of mijn aansporing van afgelopen zaterdag (klik hier) er nu wel of niet aan heeft bijgedragen doet er niet toe. Wat er wel toe doet is dat ik vandaag tot mijn onuitsprekelijke vreugde mocht constateren dat u ondanks corona en ondanks het niet doorgaan van carnaval toch bent overgegaan tot de inrichting van een carnavalsetalage.


Elk jaar is uw carnavalsetalage niet alleen een lust voor het oog, maar ook een ijkpunt voor velen. Dat uw etalage ook in deskundige kring de erkenning krijgt die ze verdient, mag onder meer blijken uit de bijna jaarlijkse koppositie in de Horst-sweet-Horst top 5 van Horster carnavalsetalages.


Voor het feit dat u ondanks de afgelasting van alle carnavalsactiviteiten toch een carnavalsetalage heeft ingericht, kunt u niet hoog genoeg worden geprezen. Iedereen ziet in deze zo zware tijden uit naar verlichting, naar perspectief, naar bakens van hoop. En dat is precies wat uw carnavalsetalage ons biedt.


Met de overwegend rood-witte kleurstelling en de overvloedige aanwezigheid van hartjes in uw etalage sluit u perfect aan bij de actualiteit van nu.


Ook met de in het groen gehulde verpleegster en de in vergelijking met voorgaande jaren wat soberder aankleding van de etalage toont u meer dan overtuigend aan helemaal in het nu te staan. Laten we met z’n allen hopen dat volgend jaar weer een uitbundiger toonzetting op haar plaats zal zijn. Maar voor nu: duizendmaal dank!  

Met hartelijke carnavalistische groet,

Wim


P.S. Bij alle lof wil ik u/jullie als onbezoldigd medewerker van de Horster dialectpolitie wel nog meegeven dat ‘jullie’ een woord is dat het Horster dialect niet kent. Maar nogmaals voor de goede orde: maak jullie geen zorgen! Jullie hebben een mooie carnavalsetalage! Wat zeg ik? Jullie carnavalsetalage is de mooiste van heel Horst aan de Maas!
(Mák ow gen zörg! Geej het en schon vástelaovesetalaasj! Waat zeg ik? Ow vastelaovesetalaasj is de schonste vaan hiël Hôrs án de Maas!)

zaterdag 23 januari 2021

Klein mysterie 793 – Carnaval

De voorpret begint steevast op de elfde van de elfde. Niet dat die dan al heel erg prominent aanwezig is, nee, eerder ergens in je achterhoofd. Een veilige wetenschap, een van die weinige echte zekerheden in een mensenleven. Die je helpt de donkere dagen voor kerst door te komen, de naargeestige periode tussen kerst en nieuwjaar, de troosteloze leegte van de eerste januariweken. En dan, heel geleidelijk maar onontkoombaar, dringt de voorpret zich naar het oppervlak. Het begint te kriebelen. Je verkneukelt je in het prettige besef dat het jaarlijkse hoogtepunt aanstaande is. Als in een roes vliegen de dagen ineens voorbij. Je hebt weer iets om naar uit te kijken. Het wachten schroeft je verwachtingen alleen maar hoger op. En dan knaagt er plots iets. Geduld is een schone zaak, maar toch een begin van twijfel. Het zal toch niet? Het geknaag wordt steeds luider, de twijfel wijkt niet meer, je ligt ’s nachts te woelen in je bed. Het zal toch niet dat ons ook dit nog wordt afgepakt? Het zal godverdegodver toch niet waar zijn dat er dit jaar geen carnavalsetalage van De Greef Stoffen komt? Meneer, mevrouw De Greef, beseft u wel wat u ons aandoet? Nog slechts drie weken te gaan tot het feest der feesten en dit is de aanblik van uw etalage aan de Meterikseweg:


Meneer, mevrouw De Greef, heus, met deze etalage is echt helemaal niets mis. Alleen: op dit moment, in deze tijd van het jaar, verwachten we hier iets anders. Zeker nu, dit jaar, in deze kommervolle tijden. Als iets onze zorgen kan verlichten, ons hoogstnoodzakelijke troost kan bieden, dan is het wel uw carnavalsetalage. Wat hebt u ons in de loop der jaren al niet aan moois voorgeschoteld?




En dan zou u nu, uitgerekend nu, nu de nood het allerhoogst is, verstek laten gaan?


Meneer, mevrouw De Greef, in godsnaam, doe ons dit niet aan! Een jaar zonder carnavalsetalage van De Greef Stoffen kunnen we er onmogelijk óók nog bij hebben.


Meneer, mevrouw De Greef, wij rekenen op u!

woensdag 11 november 2020

Intermezzo – Elfvaanelf

11 november vandaag. Elfvaanelf. Ik zou hier een potje kunnen gaan zitten janken over het niet doorgaan van allerlei carnavalsactiviteiten, vandaag en de komende maanden. Alleen: waarom zou ik? Ergens over gaan zitten janken is me heus wel toevertrouwd, maar mijn geloofwaardigheid zou definitief naar de gallemieze zijn als ik me zou beklagen over het missen van iets dat ik niet als een gemis ervaar. Hoewel ik al mijn hele leven in een hoogst besmettelijke omgeving verkeer, ben ik nooit aangestoken door het carnavalsvirus. Of dat nog ooit zal gebeuren? Lijkt me sterk, al weet je het met die virussen van tegenwoordig natuurlijk nooit. 


Elfvaanelf is voor mij vooral de dag ná Sintermerte. Wat enigszins vreemd is omdat 11 november de naamdag is van Martinus van Tours alias Sint Martinus alias Sint Maarten alias Sintermerte. Maar Sintermerte wordt hier in Horst nu eenmaal sinds jaar en dag gevierd aan de vooravond van de feestdag. Behalve dit jaar dan. U mag raden waarom.


Herinneringen tuimelen over elkaar heen.
Sintermertesveugelke / Háj en roëj keugelke / Háj en blauw stertje / Huupsa Sintermerte.
De lampion waaraan je in de voorafgaande weken zo nijver had geknutseld en die op de avond zelf binnen vijf minuten in de fik vloog dan wel verkamezöld werd door een plotse windvlaag.
Schuimpjes in je plastic tas (van rugzakjes nog geen sprake) geworpen krijgen die een jaar lang hadden gerijpt in een niet goed afgesloten snoeptrommel.
Tiere liere liere / Hee woënt enne giere / Di wil ôs niks gaeve / Hi-j zal ni lang miër laeve (of was het ‘gere’, zoals het volgens de dialectnazi's hoort?) 
Van die ongelooflijk verantwoord bezig zijnde mensen, van wie je geen snoep maar een gerimpeld mandarijntje kreeg of, nog erger, een blokje kaas en een partje van een gerimpeld mandarijntje aan een cocktailprikker.
Als het even kan de Noordsingelflat meepikken in het kader van kleine moeite, groot plezier. 
Daags erna op school een deel van de oogst moeten inleveren ten behoeve van minder goed bedeelde kinderen. 
Van later: de teloorgang van Sintermertesveugelke en de opkomst van een Nederlandstalig iets met de frase ‘de koeien hebben staarten’. 


Zei ik dat Sintermerte in Horst sinds jaar en dag aan de vooravond van de feestdag wordt gevierd? Dat is niet helemaal waar. In 2012 viel 10 november op een zaterdag, elfvaanelf vanzelfsprekend op een zondag. Maar de elfvaanelfactiviteiten vonden in Horst al op zaterdagavond plaats. Volstrekt onlogisch gevolg: Sintermerte werd verplaatst naar 9 november (klik ook hier). Ik kan me er acht jaar later nog steeds kwaad over maken. Wat bewijst dat een potje janken me best is toevertrouwd.

(Dit stukje verscheen vandaag in iets andere vorm ook in Via Horst-Venray)

donderdag 7 mei 2020

Intermezzo – Onderzoek intensieve veehouderij

Wie de grafiekjes en kaartjes van coronaslachtoffers bekijkt, ziet dat Oost-Brabant en Noord- en Midden-Limburg zowel in absolute aantallen als procentueel bovenmatig zijn getroffen. Opmerkelijk. Her en der is geopperd dat dit mogelijk te verklaren valt uit het grote aantal carnavalsvierders in deze regio’s: juist in de carnavalsperiode liet corona zich voor het eerst gelden in Nederland. En als érgens grote groepen mensen dicht bij elkaar op de neus zitten en staan dan wel tijdens carnaval. Onderzoek zal moeten uitwijzen of er inderdaad een verband is tussen coronaslachtoffers en carnaval.


Onderzoek zal eveneens moeten uitwijzen of er een verband bestaat tussen het hoge aantal coronagetroffenen en de slechte luchtkwaliteit in deze regio’s. De hoeveelheid fijnstof is hier aanzienlijk groter dan in andere delen van Nederland. Boosdoener lijkt de intensieve veehouderij te zijn. Onderzoekers van de Wereldbank en de Vrije Universiteit Amsterdam zijn er zelfs al van overtuigd dat twintig procent méér fijnstof kan leiden tot een verdubbeling van het aantal coronabesmettingen. Alleen maar goed dus dat de minister van Landbouw, Carola Schouten, het RIVM heeft verzocht een en ander te onderzoeken.


Wat me verbaast is dat laatstgenoemd onderzoek geen al te hoge urgentie lijkt te hebben. Terwijl ik zou denken: hoe eerder hoe beter. Wat me evenzeer verbaast (maar misschien heb ik niet goed opgelet) is dat ik nog nergens de suggestie heb gehoord of gelezen om de intensieve veehouderijen met onmiddellijke ingang stil te leggen en eerst de resultaten van het onderzoek af te wachten. Dat zou inderdaad de nodige consequenties hebben, maar ook de sluiting van de horeca, kapperszaken, bibliotheken, musea en noem maar op had de nodige consequenties. En toch is het gebeurd. Wat mij betreft zouden de getroffen intensieve veehouders in het geval van stillegging ook financieel gecompenseerd dienen te worden.


Tot nu toe was het, bijvoorbeeld bij het Nieuw Gemengd Bedrijf in Grubbenvorst, altijd zo dat eventuele schadelijke gezondheidseffecten van de intensieve veehouderij eerst maar eens moesten worden aangetoond. Vraagt het buitengewone geval corona niet om buitengewoon beleid? Zou in het geval corona geen omgekeerde bewijslast kunnen of moeten gelden? Zodat eerst aan de hand van onderzoek dient te worden aangetoond dat intensieve veehouderijen géén toename van het aantal coronabesmettingen veroorzaken voordat ze weer in bedrijf mogen gaan?

(Dit stukje verscheen gisteren in licht gewijzigde vorm in Via Horst-Venray.)

dinsdag 25 februari 2020

Klein mysterie 780 – Fazant

Eindelijk weer weer om weer eens een fietstochtje te maken. Ik beland op de Veld Oostenrijk. Ik fiets voorbij drie hoopjes zand. Ik kijk. Ik kijk nog een keer. Ik geloof m’n ogen niet. Toch is het zo, blijkt als ik nóg een keer kijk: op een van de hoopjes prijkt een fazant. Een dode fazant, al doet de felle wind anders vermoeden. Ik walg ervan. Ik maak foto’s.


Ik maak filmpjes.



Ik fiets door. Allerlei vragen spoken door m’n hoofd. Is het een opgezette fazant? Aangereden? Hoe kan het dat ie zo fier rechtop blijft staan? Hoe is die fazant daar beland? En waarom? Zit er een diepere bedoeling achter? Is dit een statement? Humor misschien? Zou het ook humor zijn als het geen fazant maar een kat of een hond was geweest? Heeft het iets met carnaval (fazantenveren) te maken? Bestaat de dierenpolitie eigenlijk nog? Waarom gruw ik er zo van? Is dit een schending van de dierenethiek? Is het een schending van de dierenethiek om hier foto’s en filmpjes van te maken? Is het overdreven om hierover verontwaardigd te zijn? Ben ik te teergevoelig? Of laat ik me op stang jagen door een nep-fazant?

zaterdag 2 maart 2019

Intermezzo – Arnold (1)

5 februari 2019 (klik op de afbeeldingen om ze te vergroten):


28 februari 2019:


Zo Arnold, je bent gelukkig weer aan de beterende hand zie ik?
‘Zó flauw …’
Wat?
‘Dat “beterende hand”!’
Sorry, ik kon het niet laten. Maar er zit toch vooruitgang in?
‘Zeker. Links is de polssteun er alweer af. Rechts heb ik ‘m nog even laten zitten. Is toch altijd uitkijken voor een distale radius fractuur en dan zou het hele liedje weer van voren af aan beginnen.’
Schone broek aangetrokken ook?
‘Nou het was meer dat ik die vorige toch wat aan de korte kant vond. Zag er ook niet uit dat m’n shirt onder het middenrifmanchet uit kwam. Het oog wil ook wat.’
En links de kinesiotape weggewerkt onder een zwarte kniebrace?
‘Klopt. Oogt eveneens beter en bevordert bovendien de stabiliteit van de mediale banden.’
Waardoor je rechts wel een andere oplossing moest bedenken?
‘Was nog niet zo eenvoudig. Uiteindelijk bleek een ouderwetse knieband te volstaan, dat is toch het meest probate middel bij letsel aan de ligamentum cruciatum anterius.’
Zit er nog een gedachte achter de vleeskleur van die knieband?
‘Ja, contrasteert mooi met die brace links en sluit ook perfect aan bij de vleeskleurige enkelbrace rechts.’
Die rechterenkel is een nieuw probleem?
‘Inderdaad. Van de regen in de drup, het houdt maar niet op. Distorsie van de enkel. Vorige week opgelopen bij het buiten zetten van het oud papier. Nu is de dorsaalflexie ernstig verstoord. Ik mag m’n handjes dichtknijpen dat de plantairflexie wél normaal is blijven functioneren.’
Je handen dichtknijpen lukt dus ook weer?
‘Erg grappig, ja.’
Excuses. Laatste vraag: loop je morgen mee in de optocht?
‘Lopen, en zeker zo’n afstand, blijft een probleem met die plaat onder m’n linkervoet. Ik hoop dat ik er nog ooit van af kom. Zo lang dat niet het geval is, kan ik de optocht wel op m’n buik schrijven.’
Op het middenrifmanchet schrijven bedoel je?
‘Als je nu niet ophoudt, laat ik m’n handjes wapperen!’
Dus met de handjes wapperen kun je ook alweer?
‘Wacht eens even, ventje. Hier, dan laat ik het je voelen!’

maandag 12 februari 2018

Top 5 – Silly walks in de Meterikse carnavalsoptocht

De Horst-sweet-Horst top 5 van silly walks in de Meterikse carnavalsoptocht van 2018 (klik op de pijl om het filmpje te starten): 

vrijdag 9 februari 2018

Top 5 – Carnavalsvlaggen in Horst aan de Maas

Nu mijn jaarlijkse stukje voor de Horster carnavalskrant De Klos dit keer is geweigerd vanwege een tekort aan humor en een teveel aan politieke lading, moest ik natuurlijk iets anders verzinnen om aan mijn carnavalstrekken te komen. En dat zijn de carnavalsvlaggen van Horst aan de Maas geworden. Een thema dat weliswaar ook niet overloopt van humor, maar op een teveel aan politieke lading zal ik in dit geval zeker niet gepakt kunnen worden.


Carnavalsvlaggen moeten er in deze gemeente nog een beetje in komen, is mijn indruk. Om Oranje qua vlaggedrag ook maar te benaderen heeft carnaval hier nog een lange weg te gaan: in elk van de zestien kernen van Horst aan de Maas zijn, ook enkele dagen voor het geweld losbarst, nog hele straten te vinden waar geen enkele carnavalsvlag valt te bekennen. Evertsoord en Griendtsveen hebben zelfs niet eens een eigen carnavalsvlag (of hebben haar althans verdomd goed verborgen weten te houden voor mij).


Waarop beoordeel je een carnavalsvlag? Tja. Ik dacht aanvankelijk aan een beoordeling op vormgeving en kleurgebruik en –combinaties. Maar van dat idee ben ik afgestapt nu ik alle vijftien (D’n Dreumel uit Horst heeft een aparte jeugdcarnavalsvlag) carnavalsvlaggen van Horst aan de Maas aan een vergelijkend onderzoek heb onderworpen. Qua vormgeving en kleurgebruik en -combinaties is het namelijk huilen met de pet op met de Horster carnavalsvlaggen. Waardoor uiteindelijk de vlagwappergemaksfactor doorslaggevend is geworden. Met andere woorden: welke Horster carnavalsvlag wappert het mooist?


Eerst de tien vlaggen die buiten de top 5 zijn gevallen (klik op de pijl om het filmpje te starten):


En dan nu … tatatatatatata … de top 5 van carnavalsvlaggen in Horst aan de Maas, dus in de eerste plaats beoordeeld op hun wappergemak (klik op de pijl om het filmpje te starten):

zaterdag 2 december 2017

Intermezzo – Kees (2)

De Limburger publiceerde afgelopen donderdag een afscheidsinterview met onze voormalige burgemeester, kersvers ereburger en trots Bronzen Wijsneusbezitter Kees van Rooij. Ik knipte er enkele fragmenten uit, plakte die op een A4-tje en schreef er mijn commentaar bij (klik vooral op de afbeelding om haar te vergroten en je zult zien dat het dan nog te lezen valt ook, althans als je bereid bent er een beetje moeite voor te doen ... ). 

zaterdag 6 februari 2016

Intermezzo – Horstensia (4) / ’t Dreumelriek

Object: carnavalssjaal
Materiaal: polyester
Afmetingen: 118 x 20,5 cm.
Gewicht: 43 gram
Datering: 2016
Gekocht: 5 februari 2016 bij Jan Linders Horst
Prijs: € 1
‘Ieder dorp zijn eigen sjaal.’ Dixit Jan Linders. ’t Dreumelriek dus. Steekt toch wat magertjes af bij Puinesjöddersland, Soppersrijk, Vlikkelandj of Dwèrsklippelgat. Riekt ook iets teveel naar een mestvork. Waar is het trema of de accent circonflexe op de laatste e? Bij ’t Kujeldreiersrieëk en ’t Louverriêk kan het wel. Heeft een Venraynaar ons hier een hak proberen te zetten? Nee, ‘de gebruikte carnavalsnamen komen van officiële carnavalwebsites’, dekt Jan Linders zich in.
Geen carnavalist, wel chauvinist? Geen nood, gewoon omdraaien die sjaal. Hoars, Hôrs of Hóóóórs had natuurlijk ook gekund. Al zou dat het weer carnavalistischer hebben gemaakt.
Het blauw lijkt net een tint blauwer dan het verkeersblauw (RAL 5017) van het officiële plaatsnaambord. Ultramarijn (RAL 5002) misschien? Nachtblauw (RAL 5022)? Kobaltblauw (RAL 5013)? Foutje? Of een bewuste, onderscheidend carnavalistische keuze van Dock4 Studios – ‘Promotional concepts & inventive solutions’ – uit het Verkeskopperiek?
‘Made in China’, meldt de etiketsticker op de verpakking. Had specifieker gemogen. Changsha? Shijiazhuang? Handan? Benxi? China mag dan misschien geen carnavalistische traditie hebben, ze zullen er toch wel chauvinistisch zijn? Mannen, vrouwen, misschien zelfs kinderen, die met hart en ziel aan dit sjaaltje hebben gewerkt en trots zijn op dit product uit hún stad, bestemd voor mannen, vrouwen, kinderen aan het andere eind van de wereld? Of hebben ze geen beroepstrots? Is het gewoon veertien uur per dag buffelen in een snikhete loods zonder daglicht? Vandaag carnavalssjaaltjes voor Nederland, morgen Boca Juniors-sjaaltjes voor Argentinië en overmorgen Nelson Mandela-sjaaltjes voor Zuid-Afrika? Weten ze dat dit een carnavalssjaaltje is? Weten ze wat carnaval is?

maandag 16 februari 2015

Intermezzo – Carnavalsetalages

Ja, leef Dreumels en Dreumelinnekes en ander vasteloavesgeboefte, ook Horst-sweet-Horst kan er niet omheen: het carnavalsgeweld is weer in alle hevigheid losgebarsten. Voetjes van de vloer, handjes de lucht in – en dat drie dolle dagen lang. Allemaal leuk en aardig, zo lang Horst-sweet-Horst er maar van verschoond blijft. Dat wil zeggen: als tegemoetkoming aan alle carnavalisten en carnavalistinnekes had Horst-sweet-Horst vorige week een top 5 van Horster carnavalsetalages in de planning staan. Het overlijden van beeldend kunstenaar Piet Killaars (klik hier) gooide evenwel roet in het eten. In tegenstelling tot een stukje over Killaars kon die top 5 van carnavalsetalages wel een weekje uitstel velen, zo was de gedachte.
Maar, waarde feestvierders, zoals zo vaak: van uitstel komt afstel. Na uitputtend veldonderzoek kwam Horst-sweet-Horst namelijk tot de trieste conclusie dat die Horster carnavalsetalages helemaal geen top 5 verdienen. Nader onderzoek zou moeten uitwijzen of het fenomeen carnavalsetalage hier ter plaatse nog in zijn kinderschoenen staat dan wel dat het op sterven na dood is. Maar hoe dan ook: plichtmatigheid alom, een stuitend gebrek aan creativiteit, armoe troef, dát was het treurigstemmende beeld.
Is er dan geen witte raaf, geen uitzondering die de regel bevestigt? Toch wel! En voorwaar geen gevalletje ‘in het land der blinden is eenoog koning’. Nee, de carnavalsetalage van De Greef aan de Meterikseweg – want daarover hebben we het uiteraard – kan zich meten met de besten in haar soort: fraaie compositie, kekke uitdossing, afgewogen kleurstellingen, uitgekiende belichting.
Zo was althans het beeld begin januari. Daarna vond iemand het binnen het De Greef-concern blijkbaar noodzakelijk de (licht gewijzigde) etalage haar magie te ontnemen. En wel door haar aan de bovenkant te voorzien van een wanstaltig doek met daarop de aankondiging van een koopavond. Driewerf schande!
Gelukkig kon ik dit weekend constateren dat deze blunder weer is rechtgezet. Sterker, door de nieuwe, exotische uitdossing van het vrouwelijke hoofdpersonage heeft het tafereeltje nog een extra dimensie gekregen.
Gaat dat zien, gaat dat zien, nu het nog kan. Na morgen kon het immers wel eens heel snel gedaan zijn met de pret.
Zo, hoogste tijd dat u zich na deze ontboezemingen weer onderdompelt in het feestgedruis, dunkt me. En nog enne schonne vasteloavend, wàh, leef Dreumels en Dreumelinnekes en ánder vasteloavesgeboefte! Alaaf!

maandag 27 februari 2012

Actualisatie – Officieuze straatnamen (9)

M’n brievenbus puilde uit. M’n telefoon stond roodgloeiend. M’n mailbox stroomde over. Meterik was beledigd. Diep beledigd. Waarom? Omdat ik vorige week wél melding had gemaakt van een carnavalsstraatnaambordje in America
en een vergelijkbaar bord in Meterik onvermeld had gelaten.
En omdat ik over het hoofd had gezien dat werkelijk elke straat in Meterik ter ere van carnaval een alternatieve naam had gekregen.
Behalve een bewijs dat Horst-sweet-Horst zelfs in Meterik gevreten wordt, is dit inderdaad iets om me de ogen uit de kop te schamen.
Dus, waarde Meterikse gemeentegenoten, ik bied u hierbij mijn oprechte excuses aan en hoop dat u mij dit slippertje wilt vergeven.
Ben ik zo genoeg door het stof gegaan?