Ik fiets over de Raamweg in America. In het natte bermgras tegenover de
golfbaan zie ik een blaadje liggen. Ik overweeg het op te rapen: rondzwervende
papiertjes kunnen belangwekkend of anders wel interessant dan wel intrigerend zijn.
Maar dit blaadje is nat. En smerig. Ik besluit door te fietsen. Doorfietsend
vraag ik me af of ik het me zo niet te gemakkelijk maak. Ook natte en smerige
papiertjes kunnen toch belangwekkend of anders wel intrigerend dan wel
interessant zijn? Ik besluit me om te draaien en terug te fietsen. Om het
papiertje op te rapen.
Zo gaat het altijd. Als ik het papiertje dan heb opgeraapt, blijkt steevast dat
ik standvastig had moeten zijn en gewoon door had moeten fietsen. Omdat het
papiertje een kassabonnetje is. Of een niet ingevuld invulformulier. Of een pakbon.
Of een fragment van een verpakking. Of – heel vaak – een blanco velletje.
Zo gaat het dus altijd. Maar dit keer niet. Het papiertje dat ik opraap is behalve
nat en smerig, vooral interessant en intrigerend. Het gaat om een aan één zijde
afgescheurd en vervolgens dubbelgevouwen vel ruitjespapier. Daardoor is iets ontstaan
dat je een miniboekje van vier bladzijden zou kunnen noemen. De bladzijden 2 en
4 zijn onbeschreven. Zou bladzijde 1, de voorkant, misschien een
boodschappenbriefje kunnen zijn? En die letters, is dat geen cyrillisch? Inderdaad,
zo blijkt al snel: een in het Oekra
ïens
gesteld boodschappenbriefje! Mijn allereerste op het grondgebied van
Horst aan de Maas gevonden boodschappenbriefje in het Oekraïens! Aan de rand
van
the middle of nowhere!
Zeven items bevat het boodschappenlijstje:
morkva (wortels)
chleb (brood)
maslo (boter)
kawa (koffie)
salat (sla)
syr (kaas)
jablka (appels)
Het ene nog basaler dan het andere, van luxeproducten geen enkel spoor. ‘Zo
komt Jan Splinter door de winter’, zou Marcel van Dam zeggen. Overigens telt
het briefje minimaal twee auteurs: de wortels, het brood en de boter zijn van
één hand en hetzelfde geldt voor de koffie, de sla en de kaas. De appels zouden
van de auteur van de wortels, het brood en de boter kunnen zijn, maar
waarschijnlijker is dat er een derde in het spel is. Wat er vóór ‘appels’ is
doorgestreept? De eerste letters van
jabul (appel), vermoedelijk vanwege
een spelfout.
De tekst op bladzijde 3 is van weer een andere hand. Het lijkt om een kostenraming
te gaan:
podval (kelder)
robota i material (arbeid en materialen) =
1000 euro (= 1000 euro)
Belangwekkend deze vondst? Misschien niet, maar een
sign of the times is
dit briefje wel degelijk. In al zijn bescheidenheid weerspiegelt dit briefje namelijk
óók de wereldgeschiedenis. Veertig jaar geleden zou het nog absoluut ondenkbaar
zijn geweest zo’n briefje in Horst aan de Maas te vinden. Nu kijk je er niet
echt vreemd van op. Hoe zou het over vijf, tien, twintig, vijftig jaar zijn?
(met dank aan Agata Siwek en Hasmik Tangyan voor de vertaling)