1. ‘De bedenker [van een straatnaam] mag zelf weten hoe hij de naam schrijft en is dus niet verplicht om zich aan de spellingsregels te houden.’
2. ‘Als je een samenstelling maakt met een eigennaam waar één of meer spaties in staan (zoals Rembrandt van Rijn), dan blijven die spaties in de samenstelling behouden. Het andere deel van de samenstelling wordt gewoon aan de naam vast geschreven.’


Hoewel deze bijdrage hier dus net zo goed zou kunnen eindigen, kan ik de verleiding niet weerstaan de voorbeelden die ik de afgelopen twee weken heb genoemd te toetsen aan de tweede conclusie van René. Dat leidt tot het volgende resultaat:
- Hanna van de Voortplein, Cuppenpedje en Jegeringshof: regel keurig toegepast;
- Deckersgoedtweg,
- Zwarte Plakweg en Vonkelse Boschweg: prima, althans als ze verwijzen naar de Zwarte Plak en het Vonkelse Bos;
- Wittebrugweg: een Zwarte Plak en een Wittebrug? Vreemd. Witte Brugweg had meer voor de hand gelegen;
- Driekooienweg/Drie Kooienweg, waar het uiteindelijk allemaal om was begonnen: blijft onduidelijk zo lang niet is opgehelderd of de naam verwijst naar een boerderij of gebied met de eigennaam Drie Kooien dan wel naar drie kooien;
- Diepe Kuilenstraat: vergelijkbaar met Driekooienweg/Drie Kooienweg: akkoord als de straat is vernoemd naar een gebied met de eigennaam Diepe Kuilen, niet akkoord als ze is vernoemd naar diepe kuilen.
Resteert de weg die in Kessel, in Helden en in Odiliapeel Middenpeelweg heet
Mag ik dat vreemd vinden? De eerste conclusie van René indachtig: nee. Daarmee is zijn reactie óók een lesje in nederigheid.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten