De Oranjestraat in Horst is een vrij onbijzondere straat in de Norbertuswijk. Een
verbindingsstraatje van hoogstens honderd meter tussen Jan van Eechoudstraat en
Prinses Margrietstraat. Desondanks geen doorgaand verkeer. Aan de ene straatzijde
drie blokken van twee-onder-een-kapwoningen, aan de andere zijde vijf blokken twee-onder-een-kapwoningen
en een vrijstaand huis, allemaal jaren zestig. Daarmee heb je het wel zo’n
beetje gehad.
Uit de nalatenschap van een vroegere bewoner van de Oranjestraat ontving ik een
grote hoeveelheid krantenknipsels over Horst. Daarvan hebben er twee betrekking
op de Oranjestraat. Allebei zijn ze afkomstig uit het
Dagblad voor
Noord-Limburg en allebei dateren ze uit mei 1977.
Allebei gaan ze ook over het verbod dat de politie oplegde aan vijftien
schoolkinderen om nog langer in de Oranjestraat te spelen. Het
Dagblad voor
Noord-Limburg:
‘Tot voor kort speelden de schoolkinderen, die in leeftijd
variëren van vijf tot elf jaar, vrij veel in deze straat. Omdat enkele
buurtbewoners bij de politie geklaagd hebben over overlast, mag dat nu niet
meer.’ Een politiewoordvoerder tegenover de krant:
‘Het gaat zolang goed
totdat er klachten komen van buurtbewoners. Dan moeten we wel de puntjes op de
i zetten.’
De kinderen lieten het er niet bij zitten, aldus de krant. Ze vroegen kapelaan
Kunnen om te bemiddelen. Bovendien begonnen ze een handtekeningenactie. Arno
van de Munckhof, woordvoeder van de kinderen:
‘We hebben al 120
handtekeningen van mensen die vinden dat wij er best mogen spelen. Misschien
dat we binnenkort toch wel weer in deze straat mogen spelen omdat we zoveel
handtekeningen hebben.’ De kinderen gaven volgens de verslaggever toe wel
eens een bal uit een tuintje te hebben gehaald.
‘Maar we letten erg goed op
dat zoiets niet vaak voorkomt.’
Waarom wilden de kinderen per se in de Oranjestraat spelen? In mijn herinnering
was de Norbertuswijk juist vergeven van de speeltuintjes en trapveldjes. Zelf verklaarden
ze in de krant:
‘Het speelterrein ligt honderden meters verderop. De kleine
gazonnetjes in de Oranjebuurt waar we ook wel eens speelden, verdwijnen nu ook
al. Plantjes worden er geplant en er komt prikkeldraad langs.’ Waaruit ik
dan maar de conclusie trek dat enig effectbejag de kinderen niet vreemd was. Toch
heb ik 45 jaar later nog steeds met hen te doen. Verjaagd door groenvoorzieners, verlinkt door buurtbewoners, erbij gelapt door de politie:
wat een enorme aanslag op de tere kinderziel! Je zou er zomaar een eeuwige afkeer
van groenvoorzieners, buurtbewoners en politie aan over kunnen houden.
Overigens ga ik er gevoeglijk vanuit dat de kinderen zich helemaal niets van het speelverbod in de Oranjestraat hebben aangetrokken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten