donderdag 12 januari 2023

Intermezzo – Asielzoekers (8)

De worst van Horst die burgemeester Ryan Palmen een groep van 24 bewoners van de crisisnoodopvanglocatie in de Kasteelse Bossen voorhield, bleek uiteindelijk een dode mus, zo betoogde Marij Moorman dinsdag tijdens de gemeenteraadsvergadering. Bovendien vroeg ze zich af wat de door de burgemeester beloofde ‘warme overdracht’ van de asielzoekers aan de gemeente Landgraaf eigenlijk inhield (klik hier voor haar hele betoog).


Normaliter verziet het protocol van de raadsvergadering er niet in dat de burgemeester of wethouders reageren op iemand die gebruikmaakt van het Burgerpodium, zoals Marij. Om ondoorgrondelijke redenen was het ditmaal anders. Burgemeester Palmen was ergens aan het skiën, maar wethouder Roy Bouten (PvdA) nam wel het woord. Zij het uitsluitend over de worst en niet over de warme overdracht.


De worst die burgemeester Palmen 24 asielzoekers in december voorhield, was een langer verblijf in Horst aan de Maas. Uiteindelijk bleek het niet om asielzoekers maar om statushouders te gaan (een zeer wezenlijk verschil) en niet om een aantal van 24, maar eerst van 23, toen van 15, toen van 7 en uiteindelijk slechts van 5. Wethouder Bouten reduceerde het onjuist gebruik van de termen ‘asielzoeker’ en ‘statushouder’ tot een spraakverwarring. Dat uiteindelijk slechts vijf en niet zoals toegezegd 24 bewoners van de crisisnoodopvang in Horst aan de Maas kunnen blijven, verweet hij het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA). Dat had volgens hem zijn zaakjes niet op orde. Wel erkende de wethouder dat de gemeentelijke communicatie beter had gekund. (Een geluid dat al jarenlang in bijna elk dossier altijd wel weer een keer klinkt – misschien toch eens tijd om er aan te gaan werken.)

Desgevraagd (de familielijntjes zijn kort) reageert Marij (die tijdens de raadsvergadering die gelegenheid niet had): ‘Het verwijt van Roy Bouten aan het COA is terecht. Maar het was helemaal niet nodig geweest het COA vooronderzoek te laten doen. Hoe kan het dat niemand wist dat sommige gezinnen referenten (een gezinslid, een zoon of dochter of vader of moeder) in Nederland hadden? Hoe kan het dat locatiemanagers en ambtenaren dit na zo’n lange tijd met mensen gewerkt te hebben zelf niet in de gaten hadden? Er werd niet mét bewoners gesproken, er werd alleen óver bewoners gesproken. Daar zit de kern van het probleem. De bewoners waren geen mensen, maar nummers.’


En de gemeenteraad? Die deed er grotendeels het zwijgen toe. Met uitzondering van Hilde Spreeuwenberg (Perspectief). Zij constateerde dat ‘de gemeente een groot communicatieprobleem heeft’ en toonde zich ook verder uiterst kritisch over de handelwijze van het gemeentebestuur. Dit wekte dan weer de woede van Bram Hendrix (Essentie). Hij noemde het ‘kwalijk’ en ‘heel erg gemakkelijk’ dat Spreeuwenberg ‘alle schuld bij het gemeentebestuur neerlegt’. Geen woord van Hendrix over de valse hoop die het gemeentebestuur een aantal vluchtelingen heeft gegeven. Zijn uitsmijter: ‘We gaan hier allemaal politiek van maken, ik vind dat echt heel erg zonde.’ Zonde? Een gemeenteraadslid dat het zonde vindt dat een gemeenteraad politiek bedrijft, moet zichzelf misschien toch eens afvragen of hij wel op zijn plaats is in de gemeenteraad.

2 opmerkingen:

  1. Betrokkenheid / intrinsieke motivatie zijn fundamenteel. Maar de vraag is ook of de bewoners llemaal volledige transparantie geven en alles vertellen.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Vanuit de AVG is het als ambtenaar niet of nauwelijks toegestaan gegevens te vragen / te bespreken. Laat staan wat betreft familieleden, herkomst, geslacht, e.d. Doe je dat wel dan ben je in overtreding.

    BeantwoordenVerwijderen