dinsdag 8 april 2025

Intermezzo – Dendron (3)

‘Kunst maken omdat het moet’, luidt de kop boven het artikel van Bert Albers in De Limburger van 14 juni 2000 over het schevebomenproject op het gazon voor het Dendron College. Treffende kop, zo blijkt:

‘De stemming is loom. Liever zaten ze op een terras of lagen ze aan het zwembad. Daarvoor hebben ze geen tijd, de scholieren uit het studiehuis, met als richting cultuur en maatschappij. Tekenen of handvaardigheid is voor hen verplichte kost en het project van Ziedses des Plantes telt mee voor het rapport. Als ze hun werk vandaag niet af krijgen, moeten ze in hun vrije tijd verder. Niet af is geen punt en geen punt betekent een onvolledig rapport en zittenblijven.’

De leerlingen beschilderen de palen die de scheefstaande zilverlindes stutten. Zo ook Trudy:
‘Trudy (16) heeft al twee vrije dagen opgeofferd om haar kleurrijke paal op tijd af te krijgen. Hemelvaartsdag heeft ze gewerkt en eergisteren was ze opnieuw bezig. “Van twaalf uur ’s middags tot ’s avonds half elf”, zegt ze, terwijl ze met een penseel witte hokjes groen inkleurt.’

Ook Yvonne komt aan het woord:
‘Yvonne (16) vindt het idee achter de schuine bomen “een beetje overdreven. Het is onnatuurlijk”, zegt ze zelfverzekerd. “En wie vergelijkt nou brugklassers met schuine bomen?”, vraagt ze zich af. Bovendien had het project wat haar betreft best wat korter mogen duren. “In het begin was het wel leuk, maar ik had niet gedacht dat het zoveel werk zou zijn.”’

Sven uit zich positiever:
‘“Natuurlijk, het is wel leuk dat er op zo’n prominente plaats voor school nog een aantal jaren iets staat wat we zelf gemaakt hebben”, denkt Sven (15), maker van een woest ogende paal. Dan moeten bomen en palen wel de vernielzucht van medescholieren en anderen overleven. Voor ongeveer een derde van de 24 bomen is dat al te laat. Ze zijn vernield en worden in het najaar vervangen door nieuwe.’

Een kwart eeuw na de totstandkoming van het kunstwerk van tekendocent en beeldend kunstenaar René Ziedses des Plantes luidt de verheugende conclusie dat het is meegevallen met die gevreesde ‘vernielzucht van medescholieren en anderen’. Van de oorspronkelijke 24 bomen staan er nog 22: de eerste driehoek, die met vijftien bomen, is nog intact, in beide andere ontbreekt één boom.


De beschilderde palen waren nooit voor de eeuwigheid bedoeld. Na een jaar of zes, zeven zouden de bomen op eigen benen moeten kunnen staan. In 2016 waren de palen dan ook verdwenen.


Maar in de daaropvolgende jaren zijn ze minimaal eenmaal vernieuwd – omdat een nieuwe generatie docenten vond dat ze inmiddels onlosmakelijk met het kunstwerk waren verbonden?

Klik hier, hier en hier voor eerdere stukjes op Horst-sweet-Horst over het enige (?) staaltje land art in Horst aan de Maas.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten