maandag 25 juni 2012

Klein mysterie 355 – Bibliotheek (7)

Vrijdag publiceerde wethouder Ger van Rensch op z’n weblog een stukje over (Horster) bibliotheken. De wethouder zegt daarin een hele hoop zinnigs over nut en noodzaak van lezen, leesvaardigheid en bibliotheken. Drie zinnen ter illustratie: ‘Lezen zal een eerste levensbehoefte blijven.’ ‘Zonder leesvaardigheid, en dan vooral begrijpend lezen, is een goede ontwikkeling van je talenten niet mogelijk.’ ‘De meerwaarde van een goed uitgeruste en opgeleide [bibliotheek]organisatie kan veel betekenen voor de bevolking.’ De wethouder wijst verder op het belang van schoolbibliotheken en stipt de ontmoetingsfunctie van bibliotheken aan.
Allemaal zeer behartenswaardig en weinig of niets tegenin te brengen. Het merkwaardige is alleen dat het stukje is geschreven door een wethouder die op het punt staat enkele tonnen te bezuinigen op het bibliotheekwerk in Horst aan de Maas. En nog veel merkwaardiger is dat hij dat in z’n stukje niet expliciet vermeldt en er slechts enkele toespelingen op maakt.
Marcel van Dam noemde donderdag in z’n tweewekelijkse column in De Volkskrant een van de meest ergerniswekkende ontwikkelingen in de politiek ‘het verpakken van maatregelen die voor mensen slecht uitpakken als een cadeautje.’
Nee, een uitgesproken exponent van die ontwikkeling is wethouder Van Rensch niet. Toch komt hij met z’n blogpost een aardig eind in de richting. Hij noemt schoolbibliotheken een belangrijk speerpunt van het beleid, maar vergeet te vermelden dat die schoolbibliotheken het restant vormen van wegbezuinigde volwaardige bibliotheken. Hij merkt op dat schoolbibliotheken ook kunnen fungeren als haal- en inleverpunt voor bestelde boeken in kernen zonder volwassenenbibliotheken, maar verzwijgt dat die volwassenenbibliotheken eerst zijn opgedoekt. Hij meent dat één grote centrale bibliotheek als spil van de activiteiten onmisbaar is, maar laat de toekomst van de overige vestigingen in het ongewisse. Hij prijst de meerwaarde van een goed uitgeruste en opgeleide bibliotheekorganisatie, maar zegt er niet bij dat die met veel minder geld overeind moet zien te blijven.
Dus vergeef me, alle mooie woorden ten spijt zie ik het stukje van de wethouder toch vooral als een poging de geesten rijp te maken voor de ingrijpende bezuinigingen waaraan de gemeenteraad morgen zijn fiat geeft. Want hoe prachtig die visies, hoe fraai die toekomstbespiegelingen en hoe vernieuwend die concepten ook, er gaat één ding aan vooraf: spijkerhard bezuinigen. Als daar blijkbaar niet aan valt te ontkomen, is het wel zo zuiver dat er onomfloerst bij te zeggen. Daarom stel ik voor dat de wethouder aan het stukje op z’n weblog de volgende disclaimer toevoegt: ‘Mensen, bij het lezen van het stukje is het goed het volgende in het achterhoofd te houden: ik moet helaas enkele tonnen bezuinigen op het bibliotheekwerk. Daardoor word ik gedwongen tot het maken van pijnlijke keuzes die duizenden lezers zullen raken. Zo goed en zo kwaad als het gaat, zal ik de schade binnen de perken proberen te houden. Maar wees er vooral van doordrongen dat het nooit meer zo goed zal worden zoals het was.’

Geen opmerkingen:

Een reactie posten