Er was geen betere vader dan mijn vader. Heel zeker weten. Toch heb ik altijd
een lichte aarzeling hier met hem te pronken. Zó confronterend voor iedereen die het
minder heeft getroffen met zijn of haar vader. Toch valt er zo af en toe niet
aan mijn vader te ontkomen. Nu bijvoorbeeld.
In een ingezonden stuk (klik hier) riep Andries Brantsma vorige week burgemeester
Kees van Rooij op maatregelen te treffen tegen drankgebruik door jongeren en
tegen kasteleins die jongeren alcohol schenken. Immers, aldus Andries, ‘we
wonen in een regio met het hoogste drankgebruik van Nederland en binnen die
regio zijn we ook nog koploper’.
Met zijn oproep treedt Andries in de voetsporen van mijn vader. Als kakelvers
gemeenteraadslid stelde die in de gemeenteraadsvergadering van 17 oktober 1966 vragen
aan het gemeentebestuur over de vermeende verkoop van sterke drank aan jongeren
beneden de 16 jaar. Dit zou zijn gebeurd in (de gemeentelijke) zaal Moorrees
tijdens ‘beatavonden’ met de Horster kermis. ‘De heer Moorman uitte daarover
zijn bezorgdheid’, aldus het Dagblad voor
Noord-Limburg. Die bezorgdheid werd volgens de krant gedeeld
door burgemeester Geurts, al verklaarde die ook: ‘Ik val niet over iemand die
een glaasje bier op heeft.’ En: ‘Men moet deze zaak positief benaderen en
waakzaam zijn.’ Of er daadwerkelijk alcohol aan 15- en 16-jarigen was
verschonken, bleef onduidelijk. De burgemeester sloot het in elk geval niet
helemaal uit – aanstoot leek hij er niet aan te nemen (klik op de afbeelding om
haar te vergroten).
In een uitvoerig artikel over het (gebrek aan) toezicht door gemeenten op het
verbod alcohol te schenken aan minderjarigen schreef Ingmar Vriesema op 22
december in NRC Handelsblad:‘In kleine gemeenten is de animo om horeca en supermarkten op de bon te slingeren gering. De afstand tussen gemeentebestuur en alcoholverkopers is klein: gemeente en ondernemers organiseren samen lokale evenementen, er zijn subsidierelaties, economische belangen, men kent elkaar.’Zou dit misschien ook het probleem kunnen zijn in Horst? In 1966 al en nu nog steeds? Of is het gewoon een houding van ‘Ach, drankgebruik, ook door jongeren, hoort er hier nu eenmaal bij, laten we er vooral niet te moeilijk over doen’? In 1966 al en nu nog steeds?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten