Ooijen is een buurtschap in het noordoosten van Horst aan de Maas dat valt
onder Broekhuizenvorst. Samen tellen Ooijen en Broekhuizenvorst iets meer dan
duizend inwoners. Ooijen is niet bereikbaar per openbaar vervoer.
Broekhuizenvorst wel. De busreis naar Horst duurt ruim een uur. De afstand vanuit
Broekhuizenvorst tot de dichtstbijzijnde bibliotheek bedraagt 9,6 kilometer.
Die tot het dichtstbijzijnde treinstation 11,7 kilometer. Die tot de
dichtstbijzijnde middelbare school 9,6 kilometer. Die tot het gemeentehuis in
Horst 9,4 kilometer. Die tot de dichtstbijzijnde supermarkt 3,9 kilometer. Die
tot de dichtstbijzijnde huisartsenpost 13,8 kilometer.
Kortom, Ooijen ligt nogal geïsoleerd. Zonder auto is het een hele onderneming je
paspoort te verlengen, boodschappen te gaan doen of een boek te lenen in de
bibliotheek.
Twee weken geleden werd bekend dat de gemeente Horst aan de Maas begin volgend
jaar in Ooijen een doorstroomvoorziening opent voor maximaal vierhonderd statushouders:
mensen die in Nederland mogen blijven en die op een wachtlijst staan voor een
woning in Noord-Limburg. De gemeente: ‘Door de statushouders in de
doorstroomvoorziening te huisvesten kunnen ze meteen beginnen met inburgeren en
meedoen in de regio waar ze ook blijvend gaan wonen. Wij willen dat mensen
vanaf dag één mee (kunnen) doen via (vrijwilligers)werk, onderwijs, taal en
inburgering.’
Je wilt dat mensen vanaf dag één meedoen. En dan plaats je ze uitgerekend in
Ooijen, zo ongeveer de lastigste plek in de hele gemeente om mee te doen, zeker
als je geen auto hebt, zoals statushouders. Maar zelfs als het je zou lukken om
mee te doen en in te burgeren in Ooijen: wat heb je daaraan als je uiteindelijk
een woning krijgt toegewezen in pak ‘m beet Beesel, Venlo-Zuid of Egchel? Kun
je daar opnieuw beginnen met integreren in de buurt, vrijwilligerswerk vinden, wennen
aan nieuwe klasgenoten, nieuwe vriendjes en vriendinnetjes maken.
De vraag dringt zich op of de statushouders wel iets opschieten met de
doorstroomvoorziening. Ze verblijven nu in een azc, waar alles goed is georganiseerd
en waar deskundige mensen werken, die zijn getraind in de omgang met
asielzoekers. Dat was een jaar geleden wel anders toen Horst aan de Maas een
crisisnoodopvang kreeg die werd gerund door een evenementenbureau. Hopelijk is
dat lesje geleerd. Te hopen valt eveneens dat onderwijs, vrijwilligerswerk,
zorg en andere voorzieningen ditmaal zijn geregeld voordat de mensen er wonen
en niet, zoals bij de crisisnoodopvang, dat het regelen pas begint als de statushouders
er al zijn.
(Dit stukje verscheen vorige week woensdag in iets andere vorm ook in Via
Horst-Venray
)