Naar schatting ergens eind jaren negentig (in elk geval zo lang geleden
dat ik niet kan instaan voor de juistheid van alle details). De bel
gaat. Vier jongens van een jaar of tien staan aan de deur. Ze vertellen dat ze in
Meterik op de basisschool zitten. Dat er in Meterik geen trapveldje is waar ze
kunnen voetballen. Dat ze dat heel erg jammer vinden. Dat ze een brief hebben
geschreven voor de gemeente. Dat ze nu handtekeningen ophalen, zodat de brief
door zoveel mogelijk mensen wordt ondertekend. Wil ik misschien ook een
handtekening zetten?
December 2002. Onder de kop ‘Trapveldje in zicht?’ meldt de
nieuwsbrief van de Meterikse dorpsraad: ‘Na
vele jaren lijkt er een oplossing in zicht voor het trapveldje. Een terreintje
aan de Crommentuijnstraat (voormalige kas Smulders) is beschikbaar. Met de
buurt wordt gekeken naar de invulling van het veldje.’
Mei 2013. Op zoek naar een trapveldje beland ik met neef T. in
Meterik. Zou het trapveldje aan de Crommentuijnstraat er intussen zijn?
Jazeker! Althans: tussen de huisnummers 15a en 17 leidt een betegeld pad naar
iets wat er vanaf de Crommentuijnstraat uitziet als een trapveldje. Vol
verwachting fietsen we het pad in. En inderdaad: een trapveldje. Maar bij de aanblik van beide goals wijkt ons
enthousiasme al snel voor teleurstelling. Lengte:
5,25 meter. Hoogte: 1,65 meter (ik ben het nog na gaan meten). Neet hoeg mer laank. Hoe verzin je het?
Wat is dat toch met die Horster trapveldjes? Zijn ze niet te nat, dan is het gras wel te hoog. Is het gras niet te hoog dan staan de goals
wel te ver uit elkaar. Staan de goals niet te ver uit elkaar dan is er wel een
ballenvanger die ontbreekt. Is er geen ballenvanger die ontbreekt, dan zijn er
wel kuilen die voetballen onmogelijk maken. Zijn er geen kuilen die voetballen
onmogelijk maken dan staan de tralies achter de goals wel te ver uit elkaar. Staan
de tralies achter de goals niet te ver uit elkaar dan is er wel een
stijgingspercentage dat hoger is dan dat van de Mont Ventoux. Is er geen
stijgingspercentage dat hoger is dan dat van de Mont Ventoux dan is er wel een
klimrek dat in de weg staat. Is er geen klimrek dat in de weg staat dan zijn de
goals wel te breed. Zijn de goals niet te breed dan zijn ze wel te laag.
Waar had het voetbal in Horst aan de Maas niet kunnen staan
met adequate trapveldjes? Of is het andersom en vormen die belabberde
trapveldjes juist de verklaring voor de huidige successen van Sparta ’18
(promotie naar de tweede klasse) en Wittenhorst (in de race voor promotie naar
de hoofdklasse)? Maar hoe valt de degradatie van Meterik (naar de zesde klasse)
dan te verklaren?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten