Soms prijs je je gelukkig in Nederland te leven. Bij mij was
dit gisteravond weer eens het geval. Ik was voornemens een top 5 van Horster
stationsweesfietsen samen te stellen. Omdat ik als altijd goed beslagen ten ijs
wilde komen, oriënteerde ik me op het internet eerst op het begrip ‘weesfiets’.
Ik stuitte meteen op de website van Fietsberaad, ‘kenniscentrum voor fietsbeleid’.
Is een kenniscentrum voor fietsbeleid op zich al iets om
helemaal gelukkig van te worden, toen ik het Handboek weesfietsen (onderdeel van de website) had geopend, wist
ik ineens weer waarom het zo geweldig is om in Nederland te leven. Kent u één ander
land met een Handboek weesfietsen?
Kent u één ander land waar in 29 pagina’s alles wat je (niet) wilt weten over
weesfietsen over je uit wordt gestort? Van ‘juridisch kader’ tot ‘het
fietsdepot’ en van ‘labels & beschikkingen’ tot ‘communicatie’: het staat
er allemaal in! Bovendien gegoten in prachtige zinnen! ‘Als het om weesfietsenbeleid gaat is de beleidsvorming beperkt van
omvang.’ Ook een hele mooie: ‘Het
verdient de voorkeur de uitvoeringsorganisatie centraal te stellen.’ Nog
een toppertje: ‘Aangezien ook de
depotfunctie overbodig is, kan het traject van het fietswrak er in de praktijk
volledig anders uitzien dan dat van de weesfiets.’ Uiteraard ontbreekt ook
een definitie van het begrip ‘weesfiets’ niet: ‘Een weesfiets is een fiets die op openbaar terrein gestald staat en al
langere tijd niet meer is gebruikt. Ze zijn niet direct opvallend of
hinderlijk, ze blokkeren de doorgang niet en ze ontsieren het straatbeeld niet,
ze zijn niet eens op het eerste gezicht herkenbaar.’
Je zou zeggen: ‘Als er dan toch zo’n Handboek weesfietsen bestaat, maak er als politie en gemeente dan
ook gebruik van.’ Maar niet in Horst aan de Maas. Aanleiding voldoende om de
geplande top 5 van Horster stationsweesfietsen nog even uit te stellen ten
faveure van de Horst-sweet-Horst top 5 van instructies uit het Handboek weesfietsen waaraan bij de
‘Opruimactie zwerffietsen station Horst-Sevenum’ (klik hier en hier) geen gevolg is gegeven:
5. Instructie: ‘De
maximale stallingsduur moet worden aangekondigd bij de betreffende
stallingsplaatsen. In een stationsomgeving zijn al gauw meerdere borden nodig.’
De praktijk op station Horst-Sevenum: geen bord te zien.
4. Instructie: ‘De
labeling moet zo gebeuren dat de fiets niet kan rijden zonder dat het label
wordt verbroken. Het moet dus zowel om een spaak als om een vast deel van de
fiets worden bevestigd.’
De praktijk op station Horst-Sevenum: de labels zijn
uitsluitend aan vaste onderdelen van de fiets bevestigd, overwegend aan het
stuur, in enkele gevallen aan de bagagedrager.
3. Instructie: ‘Kies
altijd een label dat bij verwijdering moet worden stukgescheurd, zodat
grappenmakers het niet opnieuw om een andere fiets kunnen bevestigen.’
De praktijk op station Horst-Sevenum: het label is eenvoudig
los te maken zonder het stuk te hoeven scheuren.
2. Instructie: ‘Het
labelen gebeurt op momenten dat er weinig fietsen staan gestald. De avonden op
werkdagen zijn over het algemeen het meest geschikt. Veel fietsen die worden
gebruikt zijn dan weg, zodat het percentage weesfietsen maximaal is.’
De praktijk op station Horst-Sevenum: het labelen gebeurt op
een moment waarop het aantal gestalde fietsen zo ongeveer op z’n hoogst is,
namelijk op een donderdag aan het begin van de middag, buiten vakantietijd.
1. Instructie: ‘Een
goed label is opvallend van kleur (bijvoorbeeld geel,
oranje, rood).’
De praktijk op station Horst-Sevenum: het gebruikte label is
bruin, de schutkleur bij uitstek in een
stationsomgeving.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten