Soms kan het geen kwaad jezelf te herhalen. Alweer bijna
vier jaar geleden uitte ik hier m’n oprechte verontwaardiging over het begrip
‘verkeersmaatje’. Een verkeersmaatje is een felgroen of –geel plastic mannetje
dat automobilisten moet aanzetten snelheid te minderen.
Maar, schreef ik destijds: ‘Met die naam kom je natuurlijk helemaal nergens. Bij “verkeersmaatjes”
zou ik persoonlijk juist de neiging hebben het gaspedaal nog wat verder in te
drukken.’ Vier jaar later sta ik nog altijd vierkant achter die woorden.
Toen ik deze week in diverse lokale media (klik bijvoorbeeld hier) las dat wethouder
Paul Driessen iemand in Hegelsom twee verkeersmaatjes had overhandigd, kon ik
braakneigingen dan ook nauwelijks onderdrukken. Noem ’m dan tenminste Victor
Veilig, zoals elders in het land te doen gebruikelijk. Nog beter is natuurlijk
Remmie Rem (naar analogie van z’n Duitse broertje Benni Brems). Of Traianus
Traag. Of Stannie Stapvoets. Of Hansje Halt. Of Stoffel Stop.
Uiteraard wilde ik wel eens zien hoe de verkeersmaatjes in
Hegelsom functioneren. Maar hoe goed ik het Bakhuuske (dit is godbetert een
straatnaam – hoe verzin je het?), waar de wethouder beide heren deze week heeft
bezorgd, de afgelopen dagen ook heb uitgekamd: van de verkeersmaatjes geen
spoor te bekennen! Het Victor Veilig Bevrijdingsfront zal toch niet uit de dood
zijn herrezen? Het Bevrijdingsfront baarde enkele jaren geleden opzien door op
tal van plaatsen Victor Veiligs te ontvoeren om hen vervolgens de vrijheid te geven.
Dit in een poging de onderdrukking van ‘onze genetisch geplastificeerde
medemens’ aan de kaak te stellen. De acties van het Victor Veilig
Bevrijdingsfront waren in die zin een succes dat tal van westerse mogendheden
inmiddels zijn gestopt met de genetische modificatie van geplastificeerde mensachtigen.
Een wederopstanding van het front zou verband kunnen houden met het recent
aangenomen voorstel geplastificeerde mensachtigen te beroven van zowel hun
actief als passief kiesrecht.
Mogelijk om eventuele actie van het Victor Veilig
Bevrijdingsfront voor te zijn, heeft een bewoner van de Molenveldweg geopteerd
voor een andere snelheidsremmer. Weliswaar ook van plastic, alleen niet in de
vorm van een mensachtige:
Overigens dient opgemerkt dat ik er pas sinds vorige week, en
dan ook nog dankzij M., achter ben dat deze auto is bedoeld om snelverkeer aan
te zetten tot snelheidsvermindering. Terwijl het ding er toch al minimaal een
jaar staat. Toen ik er voor het eerst acht op sloeg dacht ik dat het een speelobject
betrof. Het vreemde was alleen dat het erg lang bleef staan.
Pas na verloop van tijd zag ik dat de auto met ijzerdraad
aan een hek was bevestigd. Daarop ontwikkelde ik de theorie dat het ding hier
was neergezet om de aandacht te vestigen op de nabijgelegen gastouderopvang
(alweer zo’n vreselijk woord). Toen ik die theorie vorige week voorlegde aan M.
begon hij meewarig te lachen. ‘Snap je dan echt niet dat dat een
snelheidsremmer is? Ligt er wat mij betreft zelfs een beetje té dik bovenop.’
Beschaamd droop ik af.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten