Broekhuizenvorst, sportpark ’t Venneke, 30 december 1984.
Winterstop? Kennen we niet! En dus moeten we op deze stervenskoude
zondagmiddag gewoon aantreden. ‘We’ zijn de reserves van VVV. Een verzameling absolute
nobody’s. Te klein voor een tafellaken, het merendeel zelfs te klein voor een servet.
Een enkeling zal het tot een spaarzame invalbeurt in de hoofdmacht brengen,
maar doorbreken – zoals dat in voetbaljargon heet – zal uiteindelijk niemand.
Eerder dit jaar heeft Wittenhorst ons (en mijn melkboer mij
in het bijzonder) helemaal zoek gespeeld en hebben we de bekerwedstrijd tegen
het nietige Holthees pas in de verlenging weten te beslissen. En nu moeten we
hier op sportpark ’t Venneke aantreden tegen de plaatselijke trots, Excelsior
’18. Keeper Wim, Johan, Leslie, Jacques, Wim, Marc, Rob, Har, Alec, Wil. En
Johnny. Johnny Taihuttu!
Dan al drie jaar lang dé vedette van VVV: gemakkelijk
scorend, met z’n snelheid menig verdediger trauma’s voor de rest van z’n leven
bezorgend en toeschouwers, journalisten en niet te vergeten stadionspeaker Hay
van Dreumel (‘Johnny Taiaiai…huttu!’)
in extase brengend. Díe Johnny Taihuttu, die bijkans goddelijke Johnny
Taihuttu, is op deze zondagmiddag verdwaald in Broekhuizenvorst. Op sportpark
’t Venneke. Conflict met de trainer, boete van vijfhonderd gulden en verbannen
naar de reserves. Zo gaat dat in de voetballerij.
Zeggen dat Johnny er geen zin in heeft, zou een eufemisme
zijn. Zwijgzaam, gekrenkt, gezicht als een oorwurm. Waar heeft hij het in
godsnaam aan te danken dat hij onder deze omstandigheden in deze negorij met
dit stelletje klunzen moet opdraven? Eenmaal op het veld past hij zich
moeiteloos aan aan het niveau van z’n medespelers. Hij loopt geen meter teveel
– lóópt-ie überhaupt? Bij de tegenspelers is het net andersom: de aanwezigheid
van Johnny stoot hun adrenalineniveau op tot nooit eerder vertoonde hoogten. Ze
rennen alsof hun leven ervan afhangt, maken meterslange slidings op het
bevroren veld. Met 3-0 komen we er nog genadig van af. Hoongelach van de
weinige toeschouwers valt ons, valt Johnny ten deel.
Enkele dagen later wordt hij voor een half jaar verhuurd aan
Fortuna Sittard. Daarna keert hij terug bij VVV. Maar het beste is er intussen
af, hij is ten slotte al 31.
Een kleine twintig jaar later kom ik ’m toevallig tegen in
Venlo. Hij herkent me meteen. Is spraakzaam, aardig, belangstellend. Net als
die een of twee keer dat ik ’m daarna nog tegen het lijf loop. Die wedstrijd op
sportpark ’t Venneke blijft telkens onbesproken. En zal ook onbesproken blijven.
Afgelopen maandag is Johnny overleden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten