Zaterdagmiddag, omstreeks half vier, Witveldweg.
Ter hoogte van Interchalet word ik staande gehouden door een
man van een jaar of vijftig die uit een auto met Duits kenteken stapt. Hij
houdt me een beduimeld briefje voor. Spor
veg 6. AN-BERKT. Spreekt hij Duits, Engels? Nee, geen woord, uitsluitend Pools.
Ik spreek geen woord Pools. Na enig vruchteloos heen en weer gepraat weet de
man me duidelijk te maken dat Spor veg
6 een adres is dat hij zoekt. Terwijl ik me vertwijfeld afvraag waar in Horst
een Sportweg ligt, tovert de man een beeldschermpje tevoorschijn waarop een
straatnaam oplicht. Songertweg. Natuurlijk!
Stom dat ik daar zelf niet opgekomen ben! Hier vijftig meter vandaan! Intussen
licht er nog iets anders op zijn beeldscherm op. AB Werkt. Maar wacht eens even, uitzendbureau AB Werkt zetelt
helemaal niet aan de Songertweg, maar aan de Spoorweg. Vijf kilometer verderop!
Ook met handen en voeten lukt het me niet hem te wijzen hoe hij daar komt. Wat
nu? ‘Ik voorop fietsen en jij achter me aan rijden?’, gebaarzeg ik. ‘Waarom zou
ik je fiets niet in de auto leggen?’, gebaarzegt hij.
Fiets in de kofferbak, ik op de achterbank. Naast me een
andere man, voorin een vrouw. Ook al geen woord Duits of Engels, uitsluitend
Pools. Wat een uitkomst dat we bijna overal rechtdoor moeten. Posz to of iets dergelijks in het Pools.
Veel dieper gaat het gesprek niet, kan het niet gaan. Of toch: ze wonen in
Weeze en zijn afkomstig uit de buurt van Opole. Na vijf minuten arriveren we
bij AB Werkt aan de Spoorstraat in Hegelsom. Geen mens te bekennen natuurlijk.
De man, hij heeft zich inmiddels voorgesteld als Kuba, gebaarzegt dat hij me
wil terugbrengen naar de Witveldweg. ‘Wacht eens even’, gebaarzeg ik, ‘waarom
zouden we niet naar het Poolse informatiepunt in Meterik rijden?’ We draaien de
Spoorweg weer op, gaan rechtsaf de Tongerloseweg op en vervolgens alsmaar posz to naar Meterik.
Natuurlijk is ook het Pools informatiepunt dicht. Gelukkig
lopen we de uitbaatster van het aanpalende Poolse winkeltje tegen het lijf. Zij
vertaalt voor mij de beerput die wordt opengetrokken. Ze zijn hier op zoek naar
werk. In Duitsland houden ze het niet langer vol: twaalf uur per dag zware
lichamelijke arbeid, loon van 800 euro, 560 euro huur voor een kamer van drie
bij drie met stapelbed en een met dertig anderen gedeelde keuken, badkamer en wc. Wie het waagt er iets van te
zeggen kan onmiddellijk vertrekken. De Sloveen die op z'n werk drie
vingers verloor werd in allerijl op het vliegtuig naar z’n vaderland gezet. Enzovoort.
Ze laten loonstrookjes en contracten zien. Om tranen van in de ogen te krijgen
allemaal. Hoe graag zou ik willen gebaarzeggen dat het hier allemaal zoveel
anders, zoveel beter is. Ik doe het niet: zoveel anders, zoveel beter is het
hier niet. Leg je oor maar eens goed te luisteren. Om je kapot te schamen.
‘Gelukszoekers’ schijn je mensen zoals deze drie Polen denigrerend
te moeten noemen. Zullen we daar eens heel snel mee ophouden?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten