Had ik zo goed m’n best gedaan, word ik toch nog op m’n
vingers getikt …
Eén van mijn conclusies na diepgaand onderzoek naar het
rijmpje over het Hôrster Hundje (Hedde
dórst?/ Dá godde nà Hôrst: / doa stiët en hundje / dát pist ow in ’t mundje;
klik hier en hier) luidde afgelopen dinsdag:
‘De Horster variant is in zoverre uniek dat het de enige mij bekende is waarin de dorstige het advies krijgt zijn of haar dorst te lessen in een plaats. (En ga me nou niet vertellen dat er ook varianten bestaan waarin een Broekhuizenvorster, Grubbenvorster, Bronkhorster of weet ik wat voor –orster hondje voorkomt.)’
Deze woorden waren amper gepubliceerd of ik werd al
terechtgewezen. En wel door Roel Sanders, op Facebook: ‘Ook De Horst bij Groesbeek kent een zelfde rijmpje en heeft zelfs een
beeld van een hondje dat keurig zijn achterpoot optilt.’
Zowel wat betreft het rijmpje als het beeld heeft Roel het
grootste gelijk van de wereld, zo toont nieuw (internet)onderzoek aan. Wikipedia
zegt bijvoorbeeld over De Horst (klik hier): ‘In het gehele dorp en in heel Groesbeek kent men het
rijmpje: “Hèdde doorst, dan got nor de Hoorst, dur stèt un hunje, die
piest ow rècht ien ow munje”.’ Min of meer dezelfde tekst staat op een
plaquette die op de sokkel van het bronzen beeld in De Horst is bevestigd. Het
beeld staat al sinds 1990 op de speelplaats van basisschool Op De Horst. Het is
gemaakt door Ellen Barendse (klik voor meer informatie en foto's hier, hier en hier). Verschillen met het Hôrster Hundje zijn dat de De
Horster hond een hond met een ziel is (parmantig, eigenwijs, onaangedaan – geef
het maar een naam) en dat deze hond niet zit maar staat en een achterpoot
optilt. Een overeenkomst met de Horster hond is dat ook de De Horster hond na
een druk op een knop een waterstraal produceert.
De reactie van Roel moet het effect van een mokerslag hebben
gehad op de Hôrster Hundje chauvinisten: definitief is nu aangetoond dat het
rijmpje niet iets exclusief Horsters is. En ook het beeld van de hond
(inclusief waterstraal) is dus niet uniek. Sterker nog: in De Horst waren ze
een kwart eeuw eerder al op precies hetzelfde idee gekomen.
Wat me nog wel interesseerde: hoe wist Roel eigenlijk van
het bestaan van het De Horster hondje? Zijn reactie:
‘Sommige dingen weet je gewoon zonder daar de herkomst van te weten. Toen voor mij onverwachts het beeld van het “Horster” hondje verscheen op het Lambertusplein was ik verbaasd over de slechte uitvoering en heb ik op het net het hondje van De Horst terug gezocht. Ik vond de uitvoering dermate slecht dat ik toen ook wat verder gaan zoeken naar mooie uitvoeringen van beelden van “pissende” honden. Brussel kent Zinnneke, een mooi bronzen beeld dat een drie-eenheid vormt met Manneke en Janneke Pis. Ook in de VS is een prachtig voorbeeld van hoe het ook kan.’
En nu we toch in gesprek waren: refereert het prachtige
beeld dat Roel maakte van een man met een hondje en dat nu zo schandelijk is
weggestopt in het Horster gemeentehuis, eigenlijk aan het Hôrster Hundje?
‘Mijn beeld van man met hondje heeft geen direct verband met het “Horster” hundje. Het tilt wel al heel voorzichtig een klein stukje een van zijn achterpootjes op.’
Waarvan akte.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten