‘Relaxcentrum’, ‘sexcentrum’, ‘eroscentrum’, ‘relax-gelegenheid’, ‘club’, ‘etablissement’:
het beestje kan maar een naam hebben. En dat was dan nog slechts het eerste
deel van de naam. Het was vooral het tweede deel dat tot commotie leidde in
America: Smulderslust.
Gerard Smulders was een inwoner van America die tijdens de Tweede Wereldoorlog
in het verzet zat. 26 jaar oud werd hij op 19 augustus 1944 in Kamp Vught gefusilleerd.
Na de oorlog werd in America een straat naar hem vernoemd. In die straat opende
eind 1973 Smulderslust zijn deuren. ‘Een etablissement waar men zogenaamd
gezellig kan relaxen’, aldus het
Dagblad voor Noord-Limburg.
America, de familie Smulders voorop, stond op z’n achterste
poten omdat Gerard werd onteerd door de naam Smulderslust. Het Americaanse
gemeenteraadslid Geurts verzocht het gemeentebestuur dan ook om in actie te
komen. Maar dat verklaarde zich niet bevoegd tot optreden, hoewel wethouder
Claassens liet weten dat het gemeentebestuur ‘met walging’ had kennisgenomen
van advertenties voor Smulderslust.
De familie van Smulders liet het er niet bij zitten en diende een aanklacht in
bij de officier van justitie in Roermond. Op zijn beurt was de exploitant van
het eroscentrum weer verontwaardigd dat de familie geen contact met hem had opgenomen. De echtgenote van de exploitant verklaarde in dagblad
Trouw:
‘Ze zijn
achter onze rug onmiddellijk naar de gemeente en de rechtbank gestapt in plaats
van aan ons te vragen of wij de naam van de zaak wilden veranderen. Dat hadden
we zeker gedaan. Wij wisten niets af van die verzetsstrijder, die was
doodgeschoten. Ik kan me wel voorstellen dat de familie het akelig vindt dat
wij die naam gebruiken voor onze zaak.’ Of haar man de naam dan ging
veranderen?
‘Nou, ik weet het niet. Als ze eerst naar ons waren toegekomen
en het hadden gevraagd, hadden we het zeker gedaan, maar nu ze direkt naar de
rechtbank zijn gestapt, weet ik het niet. Dan heeft hij ook een harde kop.’
Overigens vermoedde de vrouw dat de weerstand van de dorpsbewoners ook
voortkwam uit ongemak over de aard van het etablissement. Daarvan was ze niet
onder de indruk:
‘Ze zijn hier niks gewend.’
Dat van die harde kop bleek te kloppen: de naam bleef zoals ie was. Daarop
stelde de politierechter in Roermond de familie Smulders in het voorjaar van
1974 in het gelijk en veroordeelde de exploitant wegens belediging. Die
uitspraak kwam alleen als mosterd na de maaltijd: Smulderslust was op 27
februari 1974, Aswoensdag (!), tot de grond toe afgebrand en zou niet meer
worden opgebouwd.
(Bronnen:
Dagblad voor Noord-Limburg,
Peel en Maas,
Trouw
en
Het Parool)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten