Wat publieksparticipatie al niet vermag! Vorige week
verscheen hier een stuk over het pompstation in Lottum. Een architectonisch
juweeltje, door mij schandalig lang veronachtzaamd. In mijn privébibliotheek en
op internet kon ik zelfs basale gegevens als architect en bouwjaar niet
achterhalen. Vandaar dat het stukje eindigde met een oproep aan lezers om meer
informatie te verschaffen. En dat gebeurde, tot mijn onuitsprekelijke genoegen!
Jarvin van de Ven reageerde terstond met:
‘Het boek “Architectuur in Noord en Midden Limburg (1900-2000)” beschrijft dit gebouw als volgt: Het pompstation, waarvan de architect niet is te achterhalen, kenmerkt zich door een rijke zoniet overdadige detaillering. Het is een poging om dit utilitaire gebouw omzichtig in te bedden in de omgeving. Het gebouw is gelegen aan de Broekhuizerweg 57-59 in Lottum en dateert van ca. 1955.’
Hans Loonen kwam daar een dag later overheen met een bericht
uit het Limburgs Dagblad van 4
augustus 1967. Daaruit blijkt dat het pompstation in elk geval op dat moment al
operationeel was (alleen dan even niet op 3 augustus 1967):
Nog veel waardevoller was een verwijzing van dezelfde Hans
Loonen naar het archief van de voormalige gemeente Grubbenvorst (klik hier) waarin het
pompstation wordt vermeld. Een afspraak om het archief in te zien was razendsnel gemaakt
met de immer hulpvaardige gemeentelijke archiefbeheerder Martien Peters (en dat
terwijl Martien toch Venraynaar in hart en nieren is).
Archiefbezoek levert nooit helemaal op wat je ervan hoopt,
maar vrijdag toog ik toch redelijk voldaan huiswaarts. Ondanks de mededeling in
de gids van Jarvin (‘Het pompstation, waarvan de architect niet is te
achterhalen’) had ik stille hoop de naam van een architect aan het gebouwencomplex te
kunnen koppelen. Dat is me een beetje gelukt. Hoezo ‘een beetje’? Nou, op geen
enkele van de bouwtekeningen die ik in het archief aantrof is de naam van een
architect vermeld. Wel staat op elke tekening ‘RvD’ dan wel ‘Rijksinstituut
voor Drinkwatervoorziening’ en de paraaf van een architect. Na thuiskomst zocht
ik op internet naar architecten van het Rijksinstituut voor
Drinkwatervoorziening. Dat leidde tot de naam van Johannes Hendrik Jurgen Kording. En het zou me niets verbazen als hij achter ‘GET’ zijn paraaf heeft
gezet:
Kording dus waarschijnlijk architect van in elk geval het
beeldbepalende filtergebouw. Want op de tekening van het machinegebouw kwam ik
weer een heel andere paraaf tegen:
En het bouwjaar? Ook dat kan ik niet met absolute zekerheid
zeggen. Wel blijkt uit het archief dat de bouwvergunning op 5 april 1963 is
verleend en uit bovenstaand krantenbericht dat het station in 1967 in bedrijf
was. Als we zeggen dat het complex ‘omstreeks 1965’ in gebruik is genomen,
zitten we wel veilig lijkt me. Tien jaar later dus dan vermeld in de door
Jarvin geciteerde architectuurgids.
Het archief bevat ook documenten en correspondentie over de
aanleiding voor de bouw. Mogelijk iets voor later, nu ging het me vooral om de
architectuur.
Overigens ben ik er via het Venrayse weekblad Peel en Maas intussen ook achter dat het
in stijl verwante pompstation Breehei in Veulen niet, zoals ik vorige week schreef,
omstreeks 1960 is gebouwd, maar al tien jaar eerder: de opening vond plaats op
10 maart 1950. Klik hier voor het betreffende artikel, dat ook uitleg verschaft
over de werking van het station.
En mochten er behalve Jarvin en Hans, die ik bij dezen nogmaals
hartelijk dank voor hun informatie, anderen zijn die meer weten over de
(bouw)geschiedenis van het Lottumse pompstation, dan houd ik me nog altijd
aanbevolen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten