‘En, aan wie heb je je vandaag nog eens gruwelijk geërgerd?’,
placht ik mijn vader zaliger te vragen. Mijn vader beschikte over een groot
talent om zich te ergeren. Ik geloof dat ik wel mag zeggen dat ik iets van dat
talent heb geërfd. Zo heb ik me deze week gruwelijk geërgerd aan de afgelopen
maandag gepresenteerde Structuurvisie
korte en lange termijn Horst centrum. Opgesteld door Jordy van der Sterren
en omarmd door de opdrachtgever, het Centrummanagement Horst Centrum.
Vooropgesteld: het is natuurlijk niet louter kommer en kwel
met het 53 bladzijden tellende rapport (klik hier). Zo vind ook ik dat een fietsverbod
in het Horster centrum onzinnig is en dat aanpassing van de bestaande plannen
voor winkelcentrum Kloosterhof dringend gewenst is. De oproep aan ondernemers
om open te staan voor arbeidsmigranten en ‘inwoners met verschillende
nationaliteiten’ kan me eveneens bekoren. Toch overweegt de ergernis. Over de We-rule-this centrum-houding die uit het
rapport spreekt. Ergernis ook over de totale fixatie op het Horster centrum als
een oord van (winkel)vermaak, commercieel gewin en ‘beleving’. Maar laat ik
specifieker worden: de top 5 van mijn ergernissen over de toekomstvisie van het
Centrummanagement op het Horster centrum.
5. Bewegwijzering
Voor bezoekers van het Horster centrum zou volgens het
rapport niet altijd duidelijk zijn waar winkels, horecagelegenheden en
‘faciliteiten’ zich bevinden. Oplossing: ‘Bewegwijzeringsbordjes
plaatsen in het centrum die commercieel stimulerend werken en tevens bijdragen
aan sfeer en beleving.’
Niks mis met grootheidswaanzin, maar je kunt ook overdrijven,
vooralsnog is Horst geen wereldstad. Al is het wel een vondst, bordjes die bijdragen
aan sfeer en beleving: ‘Ik ga voortaan voor mijn inkopen naar Horst: daar
hebben ze zó’n fantastische bewegwijzeringsbordjes.’
4. Reclameborden
Punten die afbreuk doen aan het aanzien van het Horster
centrum zijn volgens het rapport: ‘Vervuild
straatbeeld in het weekend door rondslingerend afval; weinig sfeer door
minimale groen, aankleding en belichting; rommelig straatbeeld door verdeeld
geparkeerde fietsen’.
Zal best, maar toch vreemd dat het punt dat verreweg het
meeste afbreuk doet aan het aanzien van het Horster centrum ontbreekt: het woud
van op straat geparkeerde reclameborden waar centrumbezoekers zich doorheen
moeten worstelen. Waar is het zelfreinigend vermogen van de Horster
centrumondernemers?
3. Atrium
‘Om doorstroom tussen
de Steenstraat en de Kerkstraat te bevorderen wordt het idee geopperd om
evenementen van het Wilhelminaplein tot en met het Gasthoês te organiseren.
Participatie en betrokkenheid van de kerk moet hierbij in de toekomst een
belangrijke rol spelen. Het is van essentieel belang dat het Atrium en de Kerk,
in de toekomst meer deel uitmaken van de gemeenschap en een open karakter gaan
krijgen.’
Hoezo is het van essentieel belang dat atrium en kerkgebouw
meer deel uitmaken van de gemeenschap en een open karakter krijgen? Ja,
misschien van essentieel commercieel belang. Maar ook van essentieel
stedenbouwkundig belang? Van essentieel religieus of contemplatief belang? Van
essentieel algemeen belang? Van essentieel historisch belang? En heeft de kerk in
dit alles zelf ook nog een stem?
2. Muziek
‘Het draaien van
centrale muziek in Horst centrum gebeurt nu enkel in de decembermaand. De
Sinterklaas- en Kerstmuziek is bevorderlijk voor de sfeer in het centrum. Aan
te bevelen is om het gehele jaar door het gezellig te maken met achtergrondmuziek.
Dit bevordert de beleving in het centrum en de achtergrondmuziek bevordert
mogelijk ook de koopstromen.’
‘Het gehele jaar door
gezellig met achtergrondmuziek.’ Mijn opvatting van gezelligheid is een
andere. Ik ben een groot liefhebber van muziek, maar een even groot
tegenstander van dwingend opgelegde muziek in de openbare ruimte. En een nog
groter tegenstander van dwingend opgelegde gezellige
achtergrondmuziek in de openbare ruimte. Muziek als behang, grrrr. Als er
al muziek zou moeten komen, dan live muziek. Horst aan de Maas is toch ‘van
nature musicerend’, zoals onze bestuurders ons op gezette tijden inpeperen?
Laat maar horen dan.
1.
Sint-Lambertusplein
‘Op initiatief van de
werkgroep Openbare Ruimte wordt het Lambertusplein op korte termijn aangepakt,
levendiger gemaakt en groener gemaakt. De uitvoering van deze taak start op 1
april 2016 door de werkgroep Openbare Ruimte.’
Ik moest het drie keer lezen, maar het staat er werkelijk. Hoe
verzin je het? Kapitalen zijn er gestoken in de renovatie van het
Sint-Lambertusplein. De kruiwagens, shovels en stratenmakers zijn amper weg en
nu wordt het plein alweer ‘aangepakt, levendiger gemaakt en groener gemaakt’.
Ongelooflijk, ongehoord. Dit noem ik ook geen visie, maar een besluit. Arrogantie
ten top. Wat is het Centrummanagement dan wel dat het zulke beslissingen mag
nemen? Nogmaals: ongelooflijk, ongehoord.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten