Het Meterikseveld is een uitgestrekt akkercomplex waar ik vaak wandel. Zo ook afgelopen dinsdag. Op een van de akkers stootten twee spuitmachines een groenige, stinkende vloeistof uit. In de loop der jaren heb ik het aantal tractoren, het aantal spuitmachines en het aantal gewassen per teeltseizoen op het Meterikseveld gestaag zien toenemen. Ik maak me hier zorgen om: wat zijn de gevolgen van die steeds maar toenemende intensivering voor de bodem, het grondwater, de flora, de fauna, de volksgezondheid? Ik maakte een foto van een van de spuitmachines en plaatste die op Facebook, met daarbij de hashtag ‘waarmoetdatheen’ en de tekst: ‘Ach welja, we pleuren er gewoon weer wat bestrijdingsmiddelen op en dan laat het zoveelste gewas van dit jaar maar komen.’
- Ik had er niet zomaar vanuit mogen gaan dat de spuitmachines op het Meterikseveld een chemisch bestrijdingsmiddel (‘gewasbeschermingsmiddel’ aldus Jan) uitstootten. Als ik zoiets schrijf moeten de feiten kloppen; ik moet zelf niet doen wat ik anderen (soms) verwijt;
- Het was mijn bedoeling om aan de hand van het voorbeeld op het Meterikseveld mijn bezorgdheid te uiten over de ontwikkelingen in de intensieve landbouw. Het was absoluut niet mijn bedoeling om het bedrijf of de medewerkers van het bedrijf die die middag verantwoordelijk waren voor het uitstoten van het gewasbeschermingsmiddel aan de schandpaal te nagelen (al was het maar omdat ze niets illegaals deden). Ik heb me onvoldoende gerealiseerd dat dit wel zo zou kunnen worden opgevat.
- Dat we het op een aantal punten oneens zullen blijven.