Nu ligt het er nog wat vervallen bij, maar over een jaar moet Recreatiepark
Kasteel Ooijen zijn herschapen in een eldorado met onder veel meer 90 luxe, 75
minder luxe en 30 drijvende recreatiewoningen, een jachthaven met
aanlegplaatsen voor 123 boten, een drijvend restaurant, een paardenhal, allerlei
torens, een bestaand kampeerterrein dat wordt uitgebreid en een nieuw
kampeerterrein met 25 standplaatsen.
Dinsdag dient de gemeenteraad van Horst aan de Maas akkoord te gaan met wat Maasresort
Kasteel Ooijen gaat heten. De gemeenteraad een beetje kennende gaat dat ook gebeuren.
Wat niet wegneemt dat je de nodige vraagtekens kan zetten bij deze
ontwikkeling. Hoe wenselijk is bijvoorbeeld zo’n grootschalige recreatieve
voorziening in een gebied dat juist de afgelopen jaren is omgetoverd in een
landschappelijk pareltje met hoogst bijzondere flora en fauna? Wat doet dit met
de rust en stilte ter plekke? Zet deze ontwikkeling bij gebleken succes de deur
niet open naar verdere expansie? Waarom die nep-historische façade-architectuur
die de illusie van een havendorpje moet gaan wekken? Hoe kan het college van
burgemeester en wethouders akkoord gaan met dit plan terwijl het zelf erkent
dat ‘de ervaring leert dat de overlast op de dorpen op [sic] de omgeving zeker
enorm negatief is’?
Misschien wel het meest onbegrijpelijk is dat het gemeentebestuur de onafhankelijke
Commissie Ruimtelijke Kwaliteit (CRK) en haar eigen ambtenaren op het gebied
van erfgoed en stedenbouw zo onbarmhartig in hun hemd zet. Wat is het geval?
Het plan voorziet in een poortgebouw met een toren van 18,5 meter hoog en een
vrijstaande toren, eveneens 18,5 meter hoog, op enkele meters van kasteel
Ooijen, een rijksmonument. De Commissie Ruimtelijke Kwaliteit en de betrokken
ambtenaren hebben zich tegen dit onderdeel van het plan gekeerd. De
overwegingen van de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit vallen niet te achterhalen
omdat ze niet openbaar zijn. Het enige dat het burgemeester en wethouders
erover kwijt willen: ‘Het advies van de CRK is bijna volledig overgenomen
behoudens het poortgebouw en de vrijstaande toren.’ Vermoedelijk was de
Commissie net als de ambtenaren bang voor ‘aantasting van de beeldkwaliteit, de
uitstraling en de beleving van het monument’. Burgemeester en wethouders hebben
het negatieve advies van de commissie en de ambtenaren vervolgens terzijde
geschoven. Waarom? Het college: ‘De initiatiefnemer wilde graag de toren omdat
dit naar zijn mening paste bij de recreatieve functie van het park. Het is een
bestuurlijke afweging geweest.’ Met andere woorden: de wil van de initiatiefnemer
is wet.
En passant heeft het college de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit ook nog eens
buitenspel gezet als het gaat om toekomstige ontwikkelingen op Maasresort
Kasteel Ooijen.
Opnieuw dreigt historisch erfgoed het onderspit te delven. Ons gebouwd verleden
staat sowieso al niet zo hoog in aanzien op het gemeentehuis. Maar met de draai
om de oren die de gemeente kreeg over haar omgang met de ruïne van kasteel Huys
ter Horst nog vers in het geheugen, had je in dit geval toch anders mogen
verwachten. Een nieuwe oorwassing lijkt aannemelijk: de gemeente heeft de
wettelijke taak om rijksmonumenten te beschermen.
Lieve gemeenteraad, laat dinsdag je tanden zien, volg het advies van de Commissie Ruimtelijke
Kwaliteit en de betrokken ambtenaren wat betreft het poortgebouw en de torens, en maak het buitenspel zetten van de
Commissie Ruimtelijke Kwaliteit wat betreft toekomstige ontwikkelingen ongedaan.
Heel het gemeente bestuur doet precies wat ze zelf willen. Schijt aan de burgers de omgeving gewoon aan alles
BeantwoordenVerwijderen