Waar je tegenwoordig ook weinig meer van hoort – en nog
minder van ziet – zijn de Horster centrumstewards. Waar zijn ze toch gebleven,
de met groots trompetgeschal ingehaalde mannen en vrouwen die het Horster centrum
zouden opstuwen in de vaart der volkeren?
Hun komst was een initiatief van Centrummanagement Horst.
‘Wat Panningen kan, kan Horst ook’, zal de gedachte zijn geweest. En dus liepen
vanaf 4 september 2011 vier in groene poloshirts en vesten gehulde stewards in
wisselende diensten een vaste route door het centrum. Zes dagen per week. Behangen
met taken en verantwoordelijkheden. In de woorden van InHorst: ‘De centrum stewards treden tijdens de
winkelopeningstijden op als gastheren en –vrouwen. Ze beantwoorden vragen,
bieden hulp bij problemen op straat en wijzen mensen op de mogelijkheden van
het openbaar vervoer, winkel- en horeca-aanbod. Ze zijn er ook speciaal om
vragen van toeristen te beantwoorden. Als het nodig is kunnen de stewards de
hulp inroepen van artsen, politie of ambulance.’
Die opsomming is bij lange na niet compleet. De stewards
dienden bijvoorbeeld ook bezoekers te helpen bij het vinden van een
parkeerplaats en mensen aan te spreken op verkeerd gedrag. ‘Bijvoorbeeld
als zich gevaarlijke situaties voordoen als mensen door de winkelstraten
fietsen’, aldus voorzitter Jan Nabben van Centrummanagement Horst in Dagblad De Limburger van 27 november
2010.
Hoe lang zouden de centrumstewards operationeel zijn
geweest? Een half jaar? Een jaar? Veel langer kan het niet zijn geweest. En van
die zes dagen per week was men voor mijn gevoel al veel eerder afgestapt (al
kan het ook zo zijn dat ik de dames en heren steeds net misliep).
Interessanter dan de vraag naar de lengte van hun Beschäftigung is de vraag naar het
waarom van hun stille dood. Zijn de centrumstewards bezweken onder de zwaarte
van hun takenpakket? Waren er geen vragenstellende toeristen? Wisten de
bezoekers zonder tussenkomst van de centrumstewards zelf wel een parkeerplaats
te vinden? Deden zich geen gevaarlijke situaties voor met fietsers in de
winkelstraten? Waren er geen problemen die om oplossing schreeuwden? Konden
toeristen zelf wel hun weg vinden in het gigantische Horster winkel- en
horeca-aanbod? Hebben de stewards een mooie transfer gemaakt naar een
concurrent die financieel meer te bieden had? Of mat Horst zichzelf weer eens
een veel te grote broek aan?
Jammer dat Centrummanagement Horst zulke vragen niet voor is
geweest – slecht dat de journalistiek of wat daar voor door moet gaan ze nooit
heeft gesteld. Nu moeten we het doen met een mededeling van dorpsraadslid Ton
van der Pol. Die meldde in de dorpsraadsvergadering van 21 maart van dit jaar
dat de centrumstewards plaatsmaken voor BOA’s (Buitengewoon
Opsporingsambtenaren). Wat weer allerlei nieuwe vragen oproept.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten