dinsdag 27 september 2011

Actualisatie - Olifantspaden (10)

Weet u met wie ik diep medelijden heb? Met de miljoenen die donderdag de Olifantenpaadjesavond hebben gemist. Van de olifantenpaadjeswandeling tot de nieuwe Horster benaming voor olifantenpaadjes en van mentale olifantenpaadjes tot olifantenpaadjes als metafoor: ik heb van het begin tot het einde genoten. Nu gebiedt de eerlijkheid me wel te zeggen dat ik niet helemaal objectief ben. Maar zowel uit de reacties van de deelnemers aan de wandeling (circa 25) als uit die van de aanwezigen in Cambrinus (een kleine vijftig - in tegenstelling tot de glasvezelaars maakt Horst-sweet-Horst alle cijfers openbaar), meende ik te mogen opmaken dat wel meer belangstellenden aan hun trekken zijn gekomen.
De acht - inderdaad dook er een mystery guest op - Horstenaren die een column voordroegen, hebben er zonder uitzondering mee ingestemd dat ik hun bijdrage op Horst-sweet-Horst publiceer, iets waarvoor ik hen zeer erkentelijk ben. Dus heb ik aan het menu hier rechts een kopje ‘Olifantenpaadjesavond’ toegevoegd. De komende tijd zal ik wekelijks twee columns openbaren. Om te beginnen vandaag de stukjes van Ingrid Koenen en Geert van den Munckhof.
De publicatie van die columns zal de pijn van de miljoenen afwezigen hopelijk iets verzachten. Anders is het met de presentatie van de special guest van de avond, Jan-Dirk van der Burg. Die valt hier niet meer te reproduceren. ‘Helaas’, moet ik daar meteen bij zeggen. Zijn presentatie was namelijk een lust voor oog en oor: een ogenschijnlijk uit de losse pols formulerende en met het grootste gemak improviserende Jan-Dirk, die met een perfecte mengeling van ernst en humor zijn gehoor aan zich wist te kluisteren.
Als we daar nog z’n deskundigheid, z’n enthousiasme en z’n als illustratiemateriaal dienende grappige filmpjes bij optellen en als ik u verder vertel dat ook naaldhakken, de landmeter-look en een keukentrapje om de hoek kwamen kijken, dan aarzel ik niet om zijn optreden als een once in a lifetime experience te betitelen. Inhoudelijk ga ik u hier nu niets wijzer maken. Ik kan slechts herhalen wat ik donderdagavond heb gezegd: kóóp zijn boek (klik hier om het te bestellen)
en bezoek zijn fantastische website.
In het besef dat het succes van deze avond (overigens zeker mede te danken aan de ambiance van Cambrinus en de gastvrijheid van uitbater Jan Duijf) moeilijk te evenaren of zelfs te overtreffen zal zijn, denkt Horst-sweet-Horst intussen toch serieus na over de suggestie in de toekomst vaker zulke bijeenkomsten te organiseren.
P.S. De foto’s bij dit stukje zijn van de hand van een bezoeker van de avond, Ivo de Been. Hij verleende bereidwillig toestemming ze hier te publiceren, waarvoor dank.

Top 5 – Horster bedrijfspoedels

Maand voor maand, week voor week, dag voor dag krijgt het scenario scherpere contouren. Ooit – als je het mij vraagt eerder vroeger dan later – zullen de horden binnenvallen. Onvermijdelijk zal ook Horst aan de Maas worden gezuiverd van onreine elementen. Om onnodig bloedvergieten te voorkomen, heb ik alvast een top 5 van de huidige Horster bedrijfspoedels samengesteld. Mét vermelding van hun verblijfplaats, zodat het een fluitje van een cent moet zijn hen als het moment daar is in een Nacht-und-Nevel-Aktion kalt te stellen.

Mijn top 5 van Horster bedrijfspoedels:

5. Prinses Marijkestraat, Horst:

4. Munckhofplein, America:

3. Blaktweg, Melderslo:

2. Gerard Smuldersstraat, America:

1. De Kievit, Meerlo:

Actualisatie – Oproep (3)

Twitterconversatie op 8 september tussen Leon Litjens en Thijs Coppus, naar aanleiding van deze tweet van Ivan Wolffers: ‘In landen met de progressiefste belastingen zijn de mensen het gelukkigst. Geen antidepressiva maar hogere belasting dus.’
Leon Litjens: ‘Zeker weer een onderzoek v e gedragswetenschapper ;)’
Thijs Coppus: ‘Wetenschap is wetenschap.’
Leon Litjens: ‘Laten we dat nou eens bij alle dossiers als standaard nemen. Lost vele politieke discussies op ;)’
Thijs Coppus: ‘Het wetenschappelijk socialisme? ;-)’
Leon Litjens: ‘Ja ook dat maar dan moet WETENSCHAPPELIJK socialisme wel bestaan ;)’
Thijs Coppus: ‘Kijk maar uit, straks staan we weer op Horst Sweet Horst ;-)’
Leon Litjens: ‘Nu is t inhoudelijk of niet wim?’
Thijs Coppus: ‘Wij hebben toch altijd inhoudelijke discussies?’
Kinderen die vragen, worden overgeslagen. En politici die hengelen naar complimentjes en aandacht al helemaal. Dus negeerde ik deze twitterdialoog. Maar het moet gezegd: intussen heeft Leon Litjens, de Horster CDA-wethouder die het hier vaak zo hard te verduren heeft, wel een koekje verdiend.
Wat zeg ik? Wel twee koekjes!
Afgelopen dinsdag maakte minister Leers bekend dat de 18-jarige Mauro Manuel na een verblijf van acht jaar bij z’n Nederlandse pleegouders weer terug dient te keren naar z’n geboorteland Angola. In reactie daarop twitterde Thijs Coppus: ‘GL en SP gaan in de Staten samen knokken voor Mauro. Hopelijk samen met andere partijen. En met Statenlid Leers.’ Dit ontlokte Leon Litjens de tweetreactie: ‘Doen! Mijn steun heb je.’ Koekje!
Stak de wethouder met deze reactie al z’n nek uit, twee dagen later ging ie nog een stuk verder. Over de confrontatie tussen premier Rutte en Geert Wilders tijdens de Algemene Beschouwingen twitterde hij eerst: ‘Zag beelden van Rutte-Wilders. Geert Wilders handelt schandalig. Spreekwoord luidt: waar je mee omgaat, wordt je mee besmet.’ Kort daarop gevolgd door een tweede tweet: ‘Deze partner moeten we als CDA niet willen en met hem stoppen. Politiek moet zich richten op echte problemen en met dit cabaret stoppen.’
Naar aanleiding van de voorgenomen samenwerking tussen CDA, PVV en VVD riep ik alle Horster CDA’ers op 2 augustus 2010 op uit hun schulp te kruipen, duidelijkheid te scheppen en hun nek uit te steken. Het heeft een tijdje geduurd, maar de eerste is nu over de brug en dat is beslist een koekje waard. Wie volgt?
Mijn koektrommel is nog vol genoeg.

Top 5 – Olifantenmuziek

Oorspronkelijk bedoeld als muzikaal intermezzo op de Olifantenpaadjesavond, daar te midden van al het verbale geweld helaas niet aan bod gekomen, maar nu toch dankzij dit medium aan de openbaarheid prijsgegeven: de door m’n zus Marij samengestelde top 5 van olifantenmuziek (en wees gewaarschuwd: wie negatief commentaar op haar keuzes heeft, krijgt met mij te maken).

5. Baby Elephant Walk door Henry Mancini


4. Le carnaval des animaux: L'Eléphant van Camille Saint-Saëns in een uitvoering door Guy Tuneh


3. M'n tante heeft een olifant door Jan Blaaser


2. Living doll door Cliff Richard and The Young Ones


1. Nellie the elephant door Toy Dolls

Olifantenpaadjesavond – Column Ingrid Koenen

Van de zeven mensen die ik vroeg iets te zeggen op de Olifantenpaadjesavond, is Ingrid Koenen als enige niet woonachtig in Horst aan de Maas. Dat spreekt natuurlijk niet in haar voordeel. Gelukkig staat daar tegenover dat ze wel een groot deel van haar leven hier heeft doorgebracht. En bovendien werkt ze nog altijd in Horst. Ingrid deed een jaar lerarenopleiding, had een baan als directiesecretaresse en werd vervolgens in 1995 ... galeriehoudster. Ze kwam tot mijn grote vreugde afgelopen jaar samen met die andere Horster galeriehoudster in opstand toen wethouder Van Rensch op eigen initiatief een beeld aankocht voor de gemeente. Klik hier voor het weblog van Ingrid over kunst en galerie IROK.

Olifantenpaadjes in de kunst

Ook ik wist niet dat er een woord voor was. Ik stelde de vraag aan een gezelschap van vijftien personen waarmee ik maandelijks aan tafel schuif om persoonlijke en zakelijke ervaringen door te spreken. Allemaal mensen die de week vol proppen met werk en plezier.
Eén tafelgenoot, een vrouw, wist precies waar het over ging. Ja, ‘heb ik in NRC gelezen’, zei ze. Ik moest de rest uitleggen wat het dan was. Iedereen herkende het fenomeen onmiddellijk. Ik vertelde verder over het smakelijke weblog van Wim, de historicus en zoon van mijn vroegere leraar.
Ik vroeg ze ook maar meteen of ik zo gek moest zijn om een soort van column erover te schrijven en voor te lezen.
‘Ja moet je doen, gewoon op de manier zoals jij hier ook altijd aan tafel praat.’ De manier waarop jij normaal ook altijd praat is volgens mij: een beetje chaotisch en relativerend. Maar goed, chaotisch en relativerend praten over olifantenpaadjes? Wat moet ik er überhaupt over zeggen? Ik wilde Wim niet in de steek laten. Ik geniet doorgaans zo van zijn Horst-sweet-Horstblog, dat ik van mezelf aan de vraag van Wim gehoor moest geven. Daarbij had hij mijn ego gestreeld. Wim had een suggestie: misschien over olifantenpaadjes in de kunst? Ja zeg! Helemaal lekker.
Olifantenpaadjes; Je bedoelt: short-cuts. Hoe vaak zeg ik dat niet voor de grap, ffkes short-cut. Ofwel op een route ofwel in een gesprek dat te langdradig dreigt te worden; een ongeduldig jajaja; shortcut. De kortste weg nemen. In de letterlijke betekenis of bedoeld als schijnbaar handige oplossing in een druk bestaan. De kortste weg nemen over olifantenpaadjes kan geen kwaad als ik de foto’s bekijk van de typische voorbeelden.
Het is denk ik wel bewezen dat de kortste weg nemen in het leven vaak niet de juiste weg is. Hoe zit het dan met de olifantenpaadje in de kunst? Ik interpreteer dat dan als volgt: een stap overslaan.
Soms is die stap: de hele opleiding tot kunstenaar. Een sporter met talent maar zonder goede trainer weet niet het maximale uit zijn talent te halen. Zo is het ook met een kunstenaar, deze zal uiteindelijk vastlopen op techniek of in zijn ontwikkeling.
Hoe, veelzijdiger ontwikkelt een talentvolle kunstenaar zich na het volgen van de academie. Het liefst volgt de kunstenaar de opleiding jong, zodat de ontwikkeling nog tijd heeft en stap voor stap tot bloei komt. Slechts een enkeling is geniaal en volgt geen opleiding of volgt deze via een olifantenpaadje en zal toch doorbreken.
Een stap overslaan gebeurt ook in het werk zelf. Een schilderij heeft in veel gevallen lagen verf. De met zorg aangebrachte gelaagdheid voel je door het schilderij heen. Wil een kunstenaar te snel tot het eindresultaat komen, en slaat hij daarbij een paar essentiële lagen over, dan vervalt het schilderij in een stuk zonder ziel.
Is het doel van de kunstenaar om met een minimale streek tot het eindresultaat te komen? Dan zijn daar lange wegen aan vooraf bewandeld alvorens de kunstenaar hiertoe in staat is.
Mag ik concluderen dat olifantenpaadjes in de kunst beter niet genomen kunnen worden? Neem liever een van de uitgestippelde lange routes en zie dat deze je verder zullen brengen.

Ingrid Koenen

Olifantenpaadjesavond – Column Geert van den Munckhof

Geert van den Munckhof is communicatieadviseur bij de gemeente Horst aan de Maas. Wat dat precies betekent, weet ik niet, maar ik vermoed dat je dan recht moet praten wat krom is. De kruimels die hij daarbij laat liggen, raap ik altijd met veel plezier op voor Horst-sweet-Horst. Hij is zoon van Sjàk vaan de Lind en Bets Poels vaan de Hei en de op twee na jongste in een kinderrij van zeven. Geert omschrijft zichzelf als: ‘Rood-groen kleurenblinde die blauw zoekt tussen al het grijs en daar graag over schrijft.’ De resultaten van dat schrijven zijn onder meer te vinden op z’n eigen website: www.geertvandenmunckhof.nl. Hij heeft ook een twitteraccount (klik hier).

Stilletjes door de porseleinkast …

Ik kende het niet, ‘Olifantenpaadjes’, maar er rinkelde meteen een belletje toen ik het woord voor het eerst hoorde. Geen belletje in de spreekwoordelijke zin, van herkenning, maar een alarmbelletje. Geen groot alarm, hoor, schuilkelders waren niet aan de orde. Het was méér een diffuus gevoel van achterdocht. Ik heb me afgevraagd waar dat vandaan kwam. Eén reden die ik kon bedenken was dat het woord zo enorm fantasierijk is. Je kunt er zoveel kanten mee op, dat je gaat twijfelen wat de juiste richting is. Ik ben iemand die graag wil weten waar ik aan en af ben, dus geen richting hebben is geen plezierige omstandigheid. Een andere, misschien nog wel belangrijkere reden voor mijn terughoudendheid was de tegenstelling die het woord bij me opriep. Die samenstelling, ‘olifanten ---paadjes’, dat paste niet bij elkaar. Want olifanten maken geen paadjes, dacht ik meteen. Olifanten maken paden. Groot en breed, zoals dat bij de grootste landdieren op onze aardbol hoort. Het klopte niet, maar het woord intrigeerde me wel.
Nog méér toen ik over de theorie erachter las. Olifanten kiezen blijkbaar altijd de kortste weg, gaan overal dwars doorheen, ja, zelfs als het moet – mochten die op hun pad komen – dwars door porseleinkasten. Al met al een sterk visueel beeld dat bijna vanzelf het bewijs leek te leveren voor de waarheid van het woord. En toch, dat alarmbelletje. Wat overduidelijk wáár leek bevatte tegelijk dat wringende contrast. Voor mij altijd stof tot nadenken, dat soort contrasten. Wat zou er gebeuren, vroeg ik me af, als je het woord ‘Olifantenpaadjes’ niet letterlijk, maar figuurlijk benadert. Meer vanuit de beeldspraak. Ik wil jullie vragen om daar allemaal aan mee te doen. Dus ban even alle beelden uit je hoofd van uitgesleten afkortingen, platgetreden plantsoenpaadjes en rondgelopen boomweggetjes. Concentreer je eens in alle stilte op wat ik jullie nu ga vragen. Loop eens heel stilletjes met me mee door de porseleinkast van je eigen gedachten … mee, op zoek naar de ‘olifantenpaadjes’ in je hoofd.
Vraag je eens af waar bij jou de ingesleten gewoontes liggen, die zijn ontstaan door steeds weer optredende denkpatronen en rondgeredeneerde – kort door de bocht – meningen. Maak je wel eens gebruik van minder voor de hand liggende denkafkortingen of afwijkende route-redeneringen? Loop je ook wel eens over een zorgvuldig door anderen aangelegd of net mooi aangeharkt gedachten-plantsoentje? Ben je je er dan bewust van dat het eigenlijk niet mag of juist onbewust van dat het eventueel wel mag? Negeer je, net als ik ook, bij regelmaat vaak goed doordachte en zinvolle ‘pas ingezaaid, niet betreden’-argumenten? Bemoei je je ook vaak impulsief met die onderwerpen waarvan het ‘gangbare denken’ niet in je straatje past? Laat ik het maar meteen verklappen. Ik herken al die dingen wel bij mezelf. Die ‘olifantenpaadjes’ in mijn hoofd. Dwars door alles heen, en over hele dunne lijntjes. In het begin heel gemakkelijk, maar later ook wel eens erg lastig. Vooral wanneer zo’n afkorting door té veelvuldig gebruik opnieuw een omweg blijkt op te leveren. Dan zijn er wéér momenten van twijfel. Want die ‘kort door de bocht’-gedachtenkronkel was toch juist altijd heel gemakkelijk? En dan ineens blijkt die gedachte platgetreden. Op dat moment ontdek je dat die snelle kronkel je niet meer verder brengt. Sterker nog, de denkafkorting zet je zelfs op achterstand. Het kon blijkbaar toch niet zomaar, klein denken over zoiets groots.
Op die momenten moet je weer even op zoek naar de originele route. Een pas op de plaats is nodig en misschien moet je zelfs wel terug naar de juiste weg. Terugkeren op je schreden, heet dat in paadjestermen. Terug naar de omslachtigheid van de omweg. Want dat is dan de enige manier om op een later moment toch weer kortere routes te kunnen bewandelen. Nieuwe paden banen blijkt alleen te kunnen via gebaande paden. Dat inzicht brengt een interessant punt naar voren. Mentale ‘olifantenpaadjes’ hebben zowél te maken met gewoonte, alsook met verandering. Rechtlijnig denkgeweld, uit gewoonte dwars door alles heen, is niet zaligmakend. Verandering biedt weliswaar nieuwe mogelijkheden maar ‘olifantenpaadjes’ kunnen toch slecht bestaan bij de gratie van de officiële wegen. Zonder de gangbare gedachten geen uitzonderlijke ideeën. Tja, en nou? Zijn we daar nu verder mee gekomen? Overtuigen deze figuurlijke ‘olifantenpaadjes’ me en nemen ze de twijfel weg over het bestaan van de letterlijke? Ja. Zondermeer. Alleen over het nut en de noodzaak heb ik nog soms mijn bedenkingen. Maar daar gaan we het vanavond nog uitgebreid over hebben. Vooralsnog denk ik nog even na over mijn eigen theorie en blijf ik ondertussen heel voorzichtig mijn mening vormen. Olifantenpaadjes of niet, ik loop voorlopig in gedachten heel stilletjes door de porseleinkast.

Geert van den Munckhof

maandag 19 september 2011

Actualisatie – Olifantspaden (9)

Ik was u nog het definitieve programma schuldig van de Olifantenpaadjesavond, komende donderdag. Hoewel, ‘definitieve’. Laat ik het liever het definitieve voorlopige programma dan wel het voorlopige definitieve programma noemen. Niet uit te sluiten valt namelijk dat er op het laatste moment nog iets of iemand afvalt of bijkomt of dat er ineens via een olifantenpaadje een mystery guest opduikt.
Maar goed, we beginnen dus om half zeven op de stoep bij Cambrinus (Venrayseweg 94 te Horst) met het voorprogramma: een wandeling van omstreeks een uur langs en over een aantal Horster olifantenpaadjes, bijna-olifantenpaadjes, ex-olifantenpaadjes, niet-olifantenpaadjes, would-be-olifantenpaadjes en nog veel meer van dat al.
Daarna begint om acht uur in Cambrinus het hoofdprogramma. Speciale gast Jan-Dirk van der Burg zal een uit twee delen bestaande presentatie (met bewegend beeld) verzorgen. Daarvoor, daarna en daartussen geven zeven Horster columnisten hun visie op olifantenpaadjes. In alfabetische volgorde: Jörgen Dinnissen, Jan Duijf (de naamgenoot van de uitbater van Cambrinus), Ger Gubbels, Ingrid Koenen, Erik van Maarschalkerwaard, Geert van den Munckhof en Els van der Molen-Zwart. Hun bijdragen hebben intrigerende titels als Olifantenpad en slakkengang, Stilletjes door de porseleinkast, Olifantenpaadjes: beginspraak een must? en Olifantspaden als metafoor.
Als de voortekenen niet bedriegen, worden provocaties deze avond niet geschuwd. Zelfs zou het me niet verbazen als een enkeling de gelegenheid aangrijpt een openstaande rekening met mij te vereffenen. Afijn, ik laat me maar verrassen; kan de avond er slechts nóg boeiender op maken.
Het eindtijdstip van het programma? Uiterlijk een kwartier vóór de laatste trein vanaf station Horst-Sevenum richting Amsterdam vertrekt om onze hoofdgast huiswaarts te vervoeren. Maar dit hoeft uiteraard voor alle overige aanwezigen geen beletsel te zijn voor een vette afterparty in Cambrinus. Tot donderdag!

Klein mysterie 280 – Straatmuzikanten (2)

Me van de week nog eens ouderwets kapot geërgerd. En wel aan Anthony van Baal, gemeenteraadslid namens de SP. In de raadsvergadering was aan de orde het vaststellen van de Algemene Plaatselijke Verordening. Het college van burgemeester en wethouders stelde voor het artikel over het verbod op optredens van straatartiesten te schrappen. Anthony van Baal was het daar niet mee eens (klik hier, klik vervolgens op agendapunt 19 en spoel door naar 1.23.47): ‘Hiermee sta je toe dat veelal Roemenen met harmonica’s plaatsnemen in winkelcentra. Helaas komen deze muzikanten vaak niet alleen. Met hen worden, volgens diegenen die hier onderzoek naar hebben gedaan, ook vaak familieleden in winkelcentra afgezet. Met als doel zakkenrollen, diefstal door afleiding enzovoort. Ook klagen winkeliers vaak terecht over het feit dat heel de dag dezelfde melodietjes klinken voor hun winkel. Door dit artikel te schrappen, bestaat er geen mogelijkheid om deze muzikanten op dat moment te verwijderen. Wat de SP betreft laten staan dit artikel dus en door de burgemeester gebieden aan te laten wijzen. De goedwillende artiesten halen toch wel hun ontheffing bij de gemeente als ze weten dat deze hier verplicht is.’
Stigmatiseren. Generaliseren. Verbanden leggen die er niet zijn. Eenmaal bekomen van de eerste woede heb ik eens nuchter op een rijtje proberen te zetten wat me nu precies zo stoort aan de woorden van het geachte raadslid:
1. het stigmatiseren van de inwoners van een bepaald land. Het land van herkomst doet toch volstrekt niet ter zake? Vervang het woord ‘Roemenen’ door ‘joden’, ‘moslims’, ‘Brabanders’ of ‘Kronenbergers’ en je hebt de poppen aan het dansen;
2. het stigmatiseren van een bepaald instrument;
3. het stigmatiseren van straatmuzikanten;
4. het betrekken van zakkenrollende en diefstal door afleiding plegende familieleden in zijn redenering. Het ging toch om straatartiesten? Bovendien: zelfs als het verhaal zou kloppen, mag je de straatmuzikanten toch niet verantwoordelijk maken voor het gedrag van hun familieleden?
5. het betrekken van de muzikale smaak van winkeliers in zijn redenering en daar bovendien een waardeoordeel (‘terecht’) over uitspreken. Ik ken componisten die groot zijn geworden met ‘heel de dag dezelfde melodietjes’. Zelf bezit ik een cd met 36 variaties op dezelfde melodie.
73 minuten en 33 seconden lang genieten. Kan ik niet zeggen van de muzak die in sommige winkels heel de dag weerklinkt. Met hoeveel verschillende melodietjes per dag zouden de winkeliers trouwens wel tevreden zijn?
6. de suggestie dat ‘Roemenen met harmonica’s’ kwaadwillende artiesten zijn.
En zo zou ik nog wel even door kunnen gaan.

H.J.A. Hofland treurde in NRC Handelsblad van 25 augustus over de in een crisis geraakte Amsterdamse straatmuziek. Hij pleitte voor herstel van ‘dit gratis openbaar kunstgenot’ door van de tunnel onder het Rijksmuseum ‘het Concertgebouw voor de straatmuziek’ te maken.
Ik ben bereid Anthony van Baal alles te vergeven als hij er voor zorgt dat de eveneens in het slop geraakte Horster straatmuziek een tweede leven krijgt in de naar verluidt overdekte passage bij de nieuwe (en oude) Albert Heijn.

Actualisatie – Quiz

Wat is dat toch met die Horst-sweet-Horst-quizjes? Telkenmale investeer ik een niet onaanzienlijk deel van mijn kostbare vrije tijd om u een sappige quiz te serveren en nooit ook maar een hond die reageert. Over een dankbaar lezerspubliek gesproken! Vertel me eens waar het ’m nou in zit. Schat ik u te hoog in en schotel ik u te moeilijke vragen voor? Of zijn de uitgeloofde prijzen soms niet aantrekkelijk genoeg? Bent u zo verwend dat louter strijden om de eer of om een Horster lekkernij u te min is? Het is hopelijk toch niet zo dat u bang bent door de mangel te worden gehaald? Zoiets zou nou werkelijk nóóit in me opkomen.
Hoewel het me onwaarschijnlijk lijkt dat u wél geïnteresseerd bent in het antwoord als de vraag u niet interesseert, volledigheidshalve toch maar de oplossing van het quizje van vorige week. De vraag was welk typisch Horster geluid u hoort op dit filmpje:
Welnu, kijk en beluister het volgende filmpje en het antwoord dringt zich vanzelf op:

Inderdaad, wat u hoort, is het zo karakteristieke geluid van de in de wind klapperende roodwitte plastic linten die moeten voorkomen dat bezoekers strandbad De Kasteelse Bossen betreden omdat daar voor de zoveelste keer blauwalg is geconstateerd.
Was dat nu echt zo moeilijk? En weet u welke prijzen u allemaal langs de neus zijn gegaan? Een kersenkruimelvlaai van bakkerij Gerards-Steeghs, een potje gedroogde blauwe bessen van Douven Blauwe Bessen, een bakje Elianny’s (bij gebrek aan Lambada’s) van Aardbeienland en last but not least een Tegels konijn van slagerij Joosten. Heb ik in het weekend lekker allemaal zelf verorberd (‘elk nadeel …’).
Wat me – nu we het er toch over hebben – overigens wel tegenvalt, is dat ik ondanks alle sluikreclame die ik hier regelmatig voor hen maak, nog nooit een bedankje in natura van bovengenoemde Horster winkeliers heb mogen ontvangen. Het is mijn eer te na er om te gaan vragen, maar ik zou er geen bezwaar tegen hebben als deze stille wenk het beoogde effect heeft.

Actualisatie – Engelse asfalteerders (2)

En wéér is een van mijn ballonnen doorgeprikt. Na het vogelkooimysterie in de Kasteelse Bossen is het ditmaal de beurt aan de Engelse asfalteerders. Dit blijken hedendaagse slaven te zijn. Slaven van de weg – maar dan letterlijk.
De Engelse asfalteerders: wie waren dat ook alweer? Ik zal uw geheugen opfrissen. In mei 2010 maakte de politie Limburg-Noord melding van ‘Engels sprekende personen die zich aanbieden om goedkoop te asfalteren’. Ze bleken vaak een slechte kwaliteit asfalt te leveren tegen een veel hoger bedrag dan was afgesproken. De politie riep burgers daarom op tot waakzaamheid.
Naarstig politiespeurwerk leidde enkele weken later tot de arrestatie van negentien criminele Engelse asfalteerders. Voorafgaand aan hun uitzetting dienden ze op last van de korpsleiding te worden gefotografeerd. Voor dat klusje werd ondergetekende aangezocht. Op een geheime locatie legde ik ze alle negentien vast op de gevoelige plaat. Weer enkele weken later vereeuwigde ik hen in een (nog altijd verkrijgbaar) boekje, met vermelding van hun personalia.
Einde verhaal, zou je denken. Mooi niet dus. Vorige week zondag deed de Britse politie een inval in een woonwagenkamp in Leighton Buzzard, circa zestig kilometer ten noordwesten van Londen. Ik citeer verder Dagblad De Limburger van 13 september: ‘Bij één van de daar geparkeerde kingsizewagens werden 24 uitgemergelde, verwaarloosde en verwilderde mannen “bevrijd”: zeventien Britten, drie Polen, twee Roemenen en twee Russen. Ze zaten in gammele, lekkende en tochtige caravans. Zonder water, verwarming of toilet. Eten kregen ze niet of nauwelijks. Ze moesten alleen werken.’ Volgens de politie zouden sommige van deze mannen al vijftien jaar in deze ‘toestand van feitelijke slavernij’ hebben geleefd.
Bijzonder triest natuurlijk. Desalniettemin geen nieuws dat normaalgesproken Horst-sweet-Horst zou halen. De alarmbellen gingen pas rinkelen toen ik las tot welke werkzaamheden de mannen werden gedwongen: ‘A range of gruelling manual jobs including asphalting’, aldus The Guardian. Asphalting! Zo willen de puzzelstukjes wel in elkaar vallen!
Intussen heb ik een exemplaar van mijn fotoboekje opgestuurd naar de politie in Bedfordshire. Hopelijk kan het een rol spelen bij de veroordeling van de opdrachtgevers, vier leden van de familie Connors (James ‘Jimmy’ Connors, Tommy Connors, Patrick Connors en schoonbroer James ‘Big Jim’ Connors, aldus opnieuw The Guardian). Het zou me namelijk niets verbazen als onderzoek zou uitwijzen dat mannen als Dwight (Stratford-upon-Avon, 1347; asfalteerder sinds 1371)
en Michael (Bournemouth, 1471; asfalteerder sinds 1499) al veel langer dan vijftien jaar onder dwang asfalteerden.
Horst-sweet-Horst als crimefighter. Wie had dat ooit kunnen denken?

maandag 12 september 2011

Klein mysterie 279 – Uitzetting (4)

Een avond organiseren over olifantenpaadjes, je druk maken over twitterende politici, boodschappenbriefjes interpreteren, je afvragen waarom ergens een vogelkooi hangt: het is allemaal leuk en aardig, maar er is ook nog een andere wereld. De grote boze buitenwereld. De echte wereld.
Bij gebrek aan een live uitgezonden voetbalwedstrijd keek ik op donderdagavond 1 september naar Nieuwsuur (klik hier om de uitzending te bekijken). Over het uitzetcentrum voor asielzoekers in Ter Apel ging het. Officieel VBL (vrijheidsbeperkende locatie) Ter Apel geheten. ‘Moet worden gesloten’, zei de PvdA bij monde van Tweede Kamerlid Hans Spekman.
Of ie wist wat die afkorting VBL betekende, werd aan de Tielse wethouder Ruud Vermeulen (VVD) gevraagd. Niet precies, hij wist wel waar dat woord hem aan deed denken: ‘Concentratiekamp’.
Aan het woord kwamen verder enkele bewoners van de vrijheidsbeperkende locatie. Zo ook een jong meisje met een hoofddoek: ‘Ik ben vaak bang. Dan denk ik eraan dat iemand je ineens op komt halen en dan moet je naar de gevangenis en dan ben je over een paar dagen in je eigen land. Ik ben wel bang, ja. Het is bij andere mensen gebeurd, dus waarom zou het niet bij mij gebeuren?’ Terwijl ik die huiveringwekkende woorden nog op me in liet werken, bedacht ik me dat dat meisje me wel héél bekend voorkwam. Ze leek als twee druppels water op een meisje dat ik op donderdagochtend vaak had zien brigadieren aan het begin van de Herstraat, in de bocht bij het gemeentehuis.
Ineens viel het kwartje: dit moest Muzghan zijn. Muzghan, het Iraans-Koerdische meisje uit het asielzoekerscentrum in Tienray dat tot eind maart in groep 8 van de Weisterbeekschool zat en toen met haar ouders, broertje en zusje naar Ter Apel werd gebracht. Muzghan, die vanuit Ter Apel op 31 maart een e-mail naar de Weisterbeekschool stuurde. Muzghan (toen 11 jaar) die ‘haar’ meester Ton toen liet weten dat ze zich op school in Ter Apel niet kon concentreren omdat ze steeds moest denken ‘aan die mensen die gister zomaar weg werden gebracht terwijl die mensen nog in bed lagen (het was om 6:00)’.
Nu zijn we vijf maanden verder en is Muzghan dus nog steeds bang.
Die VVD-wethouder uit Tiel heeft gewoon gelijk.

Actualisatie - Olifantspaden (8)

Sinds vorige week al op een aantal plaatsen in Horst te bewonderen, nu ook op Horst-sweet-Horst: de poster die Cambrinus-uitbater Jan Duijf heeft ontworpen met het oog op de Olifantenpaadjesavond van volgende week donderdag.
Klik er op, print 'm en hang 'm voor voor uw raam!

Klein mysterie 278 – Quiz

Eerst even wat vlekjes wegwerken die de afgelopen weken zijn blijven liggen.

Twee weken geleden schreef ik, voorbeschouwend op VVV-PSV: ‘Lijkt me niets om je over te verkneukelen, ik kan nu al uittekenen hoe het zal gaan: een machteloos VVV en een zoals altijd abominabel PSV dat in de tweede helft via een paar laffe countertjes de punten veiligstelt.’
Genadeloos door de mand gevallen! Maar wat doet het ertoe? Ik ben live getuige geweest van een wedstrijd die je slechts eens in de paar jaar ziet en niet meer dan achtduizend mensen op deze aardkloot kunnen mij dat nazeggen.
Dan de glasvezel. De hele week in blijde verwachting geweest van de geschenken die geheid zouden binnenstromen om me alsnog over te halen tot inschrijving voor glasvezel. Wat denkt u? Niks, niemand gezien. Tsja, als je er niet eens een paar simpele cadeaus voor over hebt om klanten aan je te binden, dan houdt het natuurlijk op. Aan mijn lijf dus geen glasvezel.
Maar had ik twee weken geleden ook geen voorspelling over glasvezel gedaan? Eens even in de archieven duiken. Ja, hebbes: ‘Ik voorspel: mocht de dertig procent op 11 september niet zijn gehaald, dan wordt de inschrijvingstermijn gewoon met een maand of twee verlengd en wordt de reclamecampagne nog verder verhevigd.’ Toen ik na een lange dag werken Horst aan het begin van deze avond weer binnenreed, dacht ik heel even dat de dertig procent bereikt en de aanleg al begonnen was.
Bij thuiskomst hielp InHorst me meteen uit de droom: ‘Glasvezelcampagne faalt: inschrijfperiode verlengd’! Mijn triomfgevoelens in dezen worden behoorlijk getemperd door het trieste besef dat ons weer een wekenlange reclameterreur te wachten staat. Waarom hebt u ook niet naar mij geluisterd? Had u toch gewoon ingeschreven, dan waren we nu overal vanaf geweest.

And now for something completely different. Hoogste tijd om er weer eens een quizje in te gooien. Waar het om gaat, is of u een typisch Horster geluid thuis kunt brengen. Bij gebrek aan een digitaal geluidsopnameapparaat heb ik wel een niet meteen voor de hand liggende weg moeten bewandelen om het geluidsfragment tot u te brengen: ik heb het geluid opgenomen met de filmfunctie op m’n fototoestel en het filmpje (dat dus eigenlijk een geluidsfragment is) vervolgens op YouTube gezet. Dus laat u niet afleiden door het beeld, maar concentreer u op het geluid:

Mail (HorstsweetHorst@gmail.com) me uiterlijk komende zaterdag wat voor geluid u denkt te horen of plaats uw antwoord uiterlijk zaterdag als reactie op dit bericht. Volgende week hier de oplossing. Onder de juiste inzenders verloot ik een Horster lekkernij.

Klein mysterie 277 – Kasteelruïne (3)

Met z’n reactie op Vogelkooi sloeg Peter de spijker op z’n kop. Het kan inderdaad moeilijk anders of die kooi is een restant van het Birdmanfestival (klik hier); al mijn speculaties kunnen de prullenbak in. Ik heb het betreffende stukje inmiddels verplaatst van ‘onopgeloste mysteries’ naar ‘opgeloste mysteries’.
Geluk bij een ongeluk: deelnemers aan de ideeënwedstrijd over de toekomst van de kasteelruïne hoeven geen halsbrekende toeren uit te halen om hun inzending kwijt te kunnen. Overigens kan ik u verklappen dat ik in elk geval niet tot die deelnemers behoor. Even heb ik nog overwogen een top 5 van toekomstideeën voor de ruïne samen te stellen (5. skiresort; 4. autosloperij; 3. …; 2. skatebaan; 1. …), maar bij gebrek aan inspiratie heb ik besloten daarvan af te zien. De kasteelruïne is de afgelopen tien jaar zo tot op het bot verkamezöld dat ze me niet meer kan boeien. Ze doen er maar mee wat ze willen, mij interesseert het niet langer. Zoals ik drie jaar geleden al schreef: ‘Das ist meine Kasteelruïne nicht mehr.’
De zoveelste Carbootsale op de voorburcht bracht me wel op het idee nog eens te bladeren in Huis ter Horst een toekomst voor een ruïne, het verslag van een in 1995 gehouden studiedag (in sterk ingekorte vorm ook hier te vinden). Aan het woord komt onder meer Marion Kuipers-Verbuijs, specialist op het gebied van (restauratie van) ruïnes. Een fragment uit haar betoog:

‘De moeilijkste restauratie-opdracht is de restauratie van een ruïne. Immers, de ruïne is een gebouw in verval en restauratie zorgt ervoor, dat het verval wordt gestopt. Is het verval gestopt, dan kunnen we niet meer spreken van een ruïne, maar van een “niet-afgemaakt” gebouw, het wezen en karakter van de ruïne zijn opgeofferd aan onze regel- en bewaardrang. In feite moet de ruïne met rust gelaten worden. Langzaam maar zeker brokkelen de resten verder af onder invloed van regen, wind, hitte en vorst. In de geschiedenis van de restauratie-praktijk wordt het “laten liggen en afblijven”-advies gegeven door de Engelse architectuurcriticus John Ruskin (1813-1900). Hij stelt, dat een gebouw niet alleen toebehoort aan de generatie die het heeft voortgebracht, maar aan de mensheid, nu en in de toekomst. Daarom behoort men een gebouw met liefde te onderhouden, niet te restaureren, wanneer het tot een ruïne vervallen is. Stutten of er ijzeren banden omheen leggen om de kostbare resten bij elkaar te houden, mag. Is zelfs dat niet meer mogelijk: ruim het dan helemaal op en bouw iets nieuws. Restauratie is de ergste vorm van vernieling; daarmee pleegt men geschiedvervalsing en wist men bouwsporen uit. De documentaire waarde voor de bouwhistorie en archeologie worden aangetast en de biologische waarde wordt vernietigd door het verwijderen van de vegetatie.’

Het is dat Ruskin al meer dan een eeuw dood is, anders had ik hem toch eens een e-mail gestuurd om te informeren naar zijn oordeel over de Horster kasteelruïne. Zou hij de werkzaamheden van het afgelopen decennium hebben gezien als consolidatie of als restauratie? Het antwoord laat zich raden, vermoed ik.
Marion Kuipers-Verbuijs sprak in 1995 de hoop uit dat de gemeente Horst ‘het oude kasteel Ter Horst een nieuwe plaats in het culturele leven van Horst zal geven, zonder dat men de grens tussen gebruik en misbruik van het culturele erfgoed zal overschrijden.’ Want: ‘Het bewijs van uw lange en roemruchte geschiedenis, namelijk de ruïne, is het waard.’ Hoe zou zij …? Ach, laat ook maar.
Mocht ú wel nog interesse hebben in de toekomst van de kasteelruïne dan kan ik u van harte de lezing aanbevelen die de voorzitter van de Stichting Kasteel Huys Ter Horst, Jos Jenniskens, overmorgen houdt in De Leste Geulde, Noordsingel 75 te Horst. Aanvang: acht uur. Zelf zal ik me omstreeks die tijd voor de treurbuis nestelen: Ajax-Olympique Lyon.