maandag 13 oktober 2014

Klein mysterie 596 – Rowwen Hèze

‘Dat row van Rowwen Hèze, wat betekent dat eigenlijk?’, vroeg een hooggeleerde dame die het Horster dialect niet machtig is me een dezer dagen. Typisch gevalletje vragen naar de bekende weg dacht ik in eerste instantie. Row? Dat is toch gewoon … eh … row? Het bleek dus typisch géén gevalletje vragen naar de bekende weg.

Waar ben ik de afgelopen dagen niet overal geweest? Hoofdwegen, zijwegen, B-wegen, onverharde wegen, zandwegen, ballastwegen en weet ik wat voor wegen ik verder nog heb bewandeld, maar het komt me voor dat ik uiteindelijk ben verdwaald en op een doodlopende weg ben beland. Zelfs uitspraak en schrijfwijze zijn al problematisch. Ik geef mijn mening graag voor een betere, maar volgens mij is het niet (klik op pijl)
Dat schrijf je in elk geval niet als row. Hoe dan wel? Typisch gevalletje voor de dialectpolitie dunkt me. Iets van rów, roow of roôw of ergens daar tussenin?
Rów (laat ik die schrijfwijze hier maar aanhouden) komt helaas niet voor in de beide Horster woordenboekjes. Zonder er al te diep over na te denken, zou ik het zelf vertalen met ‘ruw’. Rów waer – ruw weer. Rówwen Hèze (Haeze komt me eigenlijk juister voor) – Ruwe Hesen? Waarom niet?
Maar enne rówwen duvel dan? Dat is dan toch eerder ‘een wilde duivel’ dan ‘een ruwe duivel’. Rówwen Hèze – Wilde Hesen? Of ben ik wellicht abuis met mijn interpretatie van enne rówwen duvel? Het Venrays woordenboek vermeldt bij ròwwen dūvel: ‘onnauwkeurig persoon, slordig iemand.’
(Zandweg: De neeje knaecht ziet nie allenneg uut as enne ròwwen dūvel, hìj is ’t ok nog!’
Venrays is weliswaar geen Horster, maar toch. Aan ròw kent het Venrays woordenboek verder de betekenissen ruw, ruig en wild toe.
(Onverharde weg: ‘Wat ziede ’r toch ròw uut! – Wat zie je er toch ruig uit.’
Nog ingewikkelder wordt het na raadpleging van Het dialect van de gemeente Meerlo-Wanssum. Row, rów, ròw, roow en roôw komen daarin allemaal niet voor. Wel rauw: ‘rauw wèèr – ruw weer.’
(Zijweg: ‘’t Is rauw wèèr – De bevalling is bezig.’
Maar in het Meerlo-Wanssums heeft rauw ook nog een tweede betekenis: ‘onverzorgd, ongekookt. Wat ziede d’r rauw üt – Wat zie je er slordig, onverzorgd uit.’
(B-weg: ‘Ik haj die meid nog liever rauw ás enne pastoeër gebraoje. Ik lustte dat meisje nog liever ongekookt als een pastoor gebraden.’) 
Mielders, Swólgs en Tienders zijn weliswaar evenmin Horster, maar toch.
Op grond van het bovenstaande lijkt me de conclusie gerechtvaardigd dat het Venrays en het Meerlo-Wanssums geen onderscheid kennen tussen de Nederlandse begrippen rauw en ruw. Geldt dat ook voor het Horster? En spreek je rauw in het Horster eigenlijk wel uit als rów? Of toch als row? Rowwe grunte of rówe grunte?
(Ballastweg: met de wetenschap van nu en met de wetenschap dat Christiaan Hesen (‘Rowwen Hèze’) een lege oogholte had die vol ongedier­te zat, altijd kapotte kleren droeg, zich nooit waste en het sap van zijn pruimtabak door zijn stoppelbaard naar beneden liet drijven, is het verleidelijk row te vertalen met ‘ongeciviliseerd’ – maar vraag me niet wat dat dan weer precies betekent.)  
Ik zei het toch: ik ben hopeloos verdwaald! Wie helpt me en voert me terug naar de raechte waeg?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten