Mooie necrologie van Dien Cornelissen, geschreven door Peter
de Waard, deze week in De Volkskrant.
De in 1923 in Oploo geboren KVP- en CDA-politica overleed op 25 mei in haar
woonplaats Boxmeer. Van beroep maatschappelijk werkster werd ze in 1958 het
eerste vrouwelijke gemeenteraadslid in de gemeente Boxmeer. Dat was het begin
van een lange politieke carrière waarin ze het behalve tot gemeenteraadslid
(1958-1972) ook bracht tot Provinciale Statenlid (1962-1978), Eerste Kamerlid
(1969-1971) en Tweede Kamerlid (1971-1986). Een hemelbestormster was ze niet,
wel wist ze op haar specialismen (volksgezondheid, welzijn, kinderbescherming)
het nodige te bereiken.
Bij het lezen van het in memoriam moest ik meteen denken aan
mijn bijna dertien jaar geleden overleden buurvrouw Riet Geurts (1917-2002). Tenzij
ik me sterk vergis (ik weet niet wie ik het nog zou kunnen vragen) waren Riet en
Dien bekenden van elkaar en kwamen ze zelfs bij elkaar over de vloer. De
parallellen waren talrijk: allebei ongehuwd, allebei geen hemelbestormsters, allebei degelijk katholiek, allebei maatschappelijk
werkster in een tijd waarin werkende vrouwen nog een zeldzaamheid waren, allebei geen feministen, allebei overtuigde KVP- en later CDA-leden. Allebei ook
vrouwelijke politici van het eerste uur: Riet eerder (1953) dan Dien, maar
minder lang en alleen in de gemeenteraad.
Riet werd op 27 mei 1953 als enige kandidaat van de
Vrouwenlijst in de Horster gemeenteraad verkozen. Ruim twee jaar later, op 28
september 1955, wijdde het Dagblad voor
Noord-Limburg een artikel aan het eerste naoorlogse vrouwelijke Horster
gemeenteraadslid. Is de kop al tenenkrommend
bij het lezen van de intro rijzen de haren je pas werkelijk
te berge. Alsof ooit zo over een
man werd geschreven (klik op de afbeelding om haar te vergroten):
De politieke agenda van Riet kende volgens de krant drie
prioriteiten: het opkomen voor de belangen van ‘het onderontwikkelde dorpje
Griendtsveen’, het verlichten van de zorgen van huismoeders en het ‘verbeteren
en vermooien’ van alles in de sociale sfeer. Wat dit laatste betreft pleitte ze
in de raadsvergadering van 26 september voor het plaatsen van bankjes op het
Sint-Lambertusplein. ‘Voor onze bejaarden
kan dat een uitkomst zijn, die willen zo graag eens ’t drukke verkeer gadeslaan
zonder er zelf door opgejaagd te worden.’ Burgemeester Gijsen verklaarde
ook nadelen te zien, maar dit was tegen het zere been van Riet: ‘Zonder ook maar te vragen welke dan die
nadelen waren vaagde mej. Geurts alle halfslachtigheid weg met de verzekering,
dat in de afgelopen zomer naar haar mening de voordelen voor de oudjes heel wat
groter zouden zijn geweest dan de nadelen voor de gemeente.’ Reactie van de
burgemeester, ‘glimlachend’, aldus de krant: ‘U vraagt de dingen zo onweerstaanbaar, dat wij wel gedwongen zijn Uw
wensen zorgvuldig te bestuderen.’
Sois belle et tais-toi,
maar dan verkapt, wat het alleen maar erger maakt. Het zou me niet verbazen als
het nog jaren heeft geduurd voor die bankjes er kwamen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten