NRC Handelsblad
berichtte afgelopen dinsdag dat veel te weinig vluchtelingen met een
verblijfsvergunning (‘statushouders’) doorstromen naar normale huisvesting. Oorzaken,
aldus de NRC, zijn een tekort aan sociale woningbouw en ‘maatschappelijke
weerstand tegen het idee om vluchtelingen voorrang te geven bij het verdelen
van sociale woningen’.
Dit roept de vraag op hoe Horst aan de Maas er in dit
opzicht voorstaat. Precies een half jaar geleden beloofde het gemeentebestuur 160
tot 400 statushouders extra op te vangen in Horst aan de Maas. Op hoeveel staat
de teller inmiddels? Is dit conform de verwachtingen? Wanneer denkt het
gemeentebestuur 160 extra statushouders te hebben gehuisvest? Wanneer 400?
Stokt ook hier de huisvesting van statushouders? Zo ja, waarom?
Zelf zie ik die extra statushouders liever vandaag dan
morgen komen. Kwestie van solidariteit met mensen die het, al dan niet
tijdelijk, minder hebben getroffen dan wij. Kwestie van solidariteit ook met
gemeenten die wél paraat stonden toen er noodopvang moest komen en met
gemeenten die wél bereid waren of zijn tot het opzetten van een
asielzoekerscentrum op hun grondgebied.
In november verscheen hier de Horst-sweet-Horst top 5 van positieve
effecten van de komst van statushouders naar Horst aan de Maas. Op dat moment
kende ik nog geen Horster statushouders. Intussen wel. Nog veel te weinig en ik
ken ze nog niet goed genoeg. Maar het begin is er en ik ben er nu nog zekerder
van dat Horst aan de Maas baat heeft bij de komst van meer statushouders. Ik
ben er ook nog dieper van doordrongen geraakt dat je mensen niet als groep maar
als individu moet zien. Dat ‘de’ Nederlander niet bestaat, stond voor mij al
heel lang vast. Het afgelopen jaar ben ik er achter gekomen dat ‘de’ Pool niet
bestaat. Sinds enkele maanden weet ik dat ook ‘de’ Syriër, ‘de’ moslim en ‘de’
vluchteling niet bestaan. Ali heeft een heel ander levensverhaal dan Aisha.
Tahira heeft heel andere opvattingen dan Ibrahim. Mohamed heeft heel andere
idealen dan Sahar. Open deur natuurlijk, maar je beseft het pas echt als je hen
spreekt.
Het contact met de statushouders heeft me ook geconfronteerd
met mijn eigen vooroordelen. Zo leek het me een uitgemaakte zaak dat belijdende
moslims zeker in het openbaar geen alcohol drinken. Mag u raden wat de eerste
de beste moslim die ik hier tegenkom doet. Ander, misschien nog wel sprekender
voorbeeld: twee weken geleden trad op het Mondiaal Evenement (klik hier) een
bijzonder schaars geklede Braziliaanse sambadanseres op. ’t Gasthoês was op dat
moment voornamelijk gevuld met meer of minder zwaar gehoofddoekte vrouwen. ‘Ai,
ai, als dat maar goed gaat’, dacht ik, ongetwijfeld niet als enige.
Koudwatervrees: al die gehoofddoekte vrouwen hadden de grootste lol.
Velen zien de komst van vluchtelingen naar Nederland en van
statushouders naar Horst aan de Maas niet zitten. Dat mag uiteraard. Feit is
dat die statushouders er zijn en waarschijnlijk ook nog wel even zullen
blijven, of je dat nu leuk vindt of niet. Je kunt ze uit de weg gaan en blijven
volharden in je oordelen, maar je kunt ook proberen er het beste van te maken. Hen
opzoeken, het gesprek met hen aangaan en hen confronteren met je oordelen. Goed
mogelijk dat je die vervolgens moet bijstellen. Zo niet, dan kun je ze
tenminste voortaan baseren op ervaringen. Grijp die kans! Kom maar op met die extra
statushouders.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten