Wie de grafiekjes en kaartjes van coronaslachtoffers bekijkt, ziet dat
Oost-Brabant en Noord- en Midden-Limburg zowel in absolute aantallen als
procentueel bovenmatig zijn getroffen. Opmerkelijk. Her en der is geopperd dat
dit mogelijk te verklaren valt uit het grote aantal carnavalsvierders in deze
regio’s: juist in de carnavalsperiode liet corona zich voor het eerst gelden in
Nederland. En als érgens grote groepen mensen dicht bij elkaar op de neus
zitten en staan dan wel tijdens carnaval. Onderzoek zal moeten uitwijzen of er
inderdaad een verband is tussen coronaslachtoffers en carnaval.
Onderzoek zal eveneens moeten uitwijzen of er een verband bestaat tussen het
hoge aantal coronagetroffenen en de slechte luchtkwaliteit in deze regio’s. De
hoeveelheid fijnstof is hier aanzienlijk groter dan in andere delen van
Nederland. Boosdoener lijkt de intensieve veehouderij te zijn. Onderzoekers van
de Wereldbank en de Vrije Universiteit Amsterdam zijn er zelfs al van overtuigd
dat twintig procent méér fijnstof kan leiden tot een verdubbeling van het
aantal coronabesmettingen. Alleen maar goed dus dat de minister van Landbouw,
Carola Schouten, het RIVM heeft verzocht een en ander te onderzoeken.
Wat me verbaast is dat laatstgenoemd onderzoek geen al te hoge urgentie lijkt
te hebben. Terwijl ik zou denken: hoe eerder hoe beter. Wat me evenzeer
verbaast (maar misschien heb ik niet goed opgelet) is dat ik nog nergens de suggestie heb gehoord of gelezen om de
intensieve veehouderijen met onmiddellijke ingang stil te leggen en eerst de
resultaten van het onderzoek af te wachten. Dat zou inderdaad de nodige
consequenties hebben, maar ook de sluiting van de horeca, kapperszaken,
bibliotheken, musea en noem maar op had de nodige consequenties. En toch is het
gebeurd. Wat mij betreft zouden de getroffen intensieve veehouders in het geval
van stillegging ook financieel gecompenseerd dienen te worden.
Tot nu toe was het, bijvoorbeeld bij het Nieuw Gemengd Bedrijf in Grubbenvorst,
altijd zo dat eventuele schadelijke gezondheidseffecten van de intensieve
veehouderij eerst maar eens moesten worden aangetoond. Vraagt het buitengewone
geval corona niet om buitengewoon beleid? Zou in het geval corona geen omgekeerde
bewijslast kunnen of moeten gelden? Zodat eerst aan de hand van onderzoek dient
te worden aangetoond dat intensieve veehouderijen géén toename van het aantal coronabesmettingen veroorzaken
voordat ze weer in bedrijf mogen gaan?
(Dit stukje verscheen gisteren in licht gewijzigde vorm in Via Horst-Venray
.)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten