Er bestaan tal van definities van het begrip ‘volk’. Volgens sommige van die definities
zou je de inwoners van Horst aan de Maas, of zelfs de bewoners van de
afzonderlijke zestien kernen waaruit de gemeente bestaat, als een volk kunnen
betitelen. Maar ik ken niemand die ons (of de Kronenbergers of de Tienraynaren
of de Lottumers enz.) als een volk beschouwt. Toch hebben zowel de gemeente als
geheel als een aantal van de afzonderlijke kernen een eigen volkslied. Maakt
dat wat uit? Nee!
‘Op de website van Jan van Teng (Verheijen) is te lezen dat het lied gebruikt werd bij de inhuldiging van Baron Clemens Lotharius von Fürstenberg in Horst op 4 januari 1755. Hij verwijst daarvoor naar een publicatie in het blad De Maasgouw uit 1901. Het nummer kent namelijk zes coupletten, die vol zitten met verwijzingen naar vroeger. Jan [Joosten] weet dan ook volop historische verhalen te vertellen op basis van de songtekst. Zo wordt er onder andere verwezen naar de Heren van Ter Horst en naar het turfsteken en de turffabrieken, die in die tijd opkwamen.’Eerlijk gezegd leek het me een beetje vreemd dat al in een lied uit 1755 wordt gerefereerd aan turffabrieken: die kwamen pas anderhalve eeuw later. Maar op de website van Jan Verheijen staat inderdaad dat het zou gaan om een lied uit 1755 (klik hier). Daarom maar eens die Maasgouw uit 1901 er (digitaal) bij gepakt. Wat blijkt? De tekst van het lied uit 1755 lijkt in de verste verte niet op Horst in Limburg, schone gouwe:
Maar wacht eens, heeft Loe Derix voor zijn serie Oud Horst in het nieuws niet ooit over Horster volksliederen geschreven? Ja dus! Deel 3, bladzijde 202-207: drie Horster volksliederen, inclusief tekst en muziek, waaronder het nu opnieuw tot leven gewekte lied (maar niet het lied uit 1755).
Overigens werd Horst in Limburg, schone gouwe ook bij de presentatie van het derde deel van Oud Horst in het nieuws op 8 november 1991 ten gehore gebracht:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten